direct naar inhoud van 3.7 Flora en fauna
Plan: GEMEENTE ASSEN Milieu Educatief Centrum
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0106.201105BP400A-C001

3.7 Flora en fauna

Inleiding

In het kader van het plan voor de oprichting van het MEC is een ecologisch onderzoek uitgevoerd naar de flora en fauna in het gebied zelf en de omgeving en de effecten hierop door de uitvoering van het plan.

Onderzoek

Het onderzoek is vastgelegd in het rapport Advies Natuurwaarden Milieu Educatief Centrum te Assen van 22 november 2011 dat als bijlage bij dit bestemmingsplan is opgenomen. In het onderzoek is zowel gekeken naar de gebiedsbescherming als de soortenbescherming.

Opgemerkt wordt dat in dit onderzoek tevens is gericht op de effecten van het voorziene klim- en speelbos op de aanwezige flora en fauna. Vanwege het feit dat dit planonderdeel buiten het onderhavig bestemmingsplan is gelaten, is in dit hoofdstuk niet nader op dit onderzoek ingegaan.

Beschermde gebieden in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 liggen op ruime afstand van het plangebied. Gezien de ligging van het plangebied en de aard van de plannen zijn geen negatieve effecten op deze gebieden te verwachten. Voor deze activiteit is daarom geen vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 nodig.

Een gedeelte van het plangebied ligt in de Ecologische Hoofdstructuur (het Asserbos). De bescherming van de Ecologische Hoofdstructuur ligt alleen op de bestemming van de kinderboerderij en het natuurspeelbos. In het gebied van de kinderboerderij zullen geen nieuwe bouwactiviteiten worden ontplooid. De ontwikkeling van het natuurspeelbos zal in harmonie met de natuur plaatsvinden. De effecten op de wezenlijke kenmerken en waarden als gevolg van de realisatie zijn hierdoor beperkt.

De Omgevingsverordening Drenthe geeft in artikel 3.13.3 aan dat een ruimtelijk plan binnen de EHS geen nieuwe activiteiten dan wel wijziging van bestaande activiteiten mogelijk maakt die de wezenlijke kenmerken en waarden van de ecologische hoofdstructuur significant aantasten. Op grond van het bovenstaande is er (in overleg met de provincie Drenthe) geconcludeerd dat er geen sprake is van significante aantasting. Daarnaast kan nog worden vermeld dat de gemeente in het Asserbos algemene verbeteringen aanbrengt waardoor eventuele kleine nadelen ruimschoots worden gecompenseerd.

Onderzoek is gedaan naar alle beschermde soorten in het kader van de Flora- en faunawet. Omdat de aanwezigheid van huismus en vleermuizen (allen streng beschermd) in de te slopen bebouwing (perceel Stadsbroek 3) op voorhand niet was uit te sluiten, heeft ten aanzien hiervan een nader onderzoek plaatsgevonden (Nader onderzoek naar vleermuizen en huismus Milieu Educatief Centrum te Assen d.d. 30 juni 2011). Uit dit aanvullend onderzoek is gebleken dat er geen verblijfplaatsen van vleermuizen en nestplaatsen van huismussen in de bebouwing aanwezig zijn.

Op basis van het onderzoek is geconcludeerd dat met het planvoornemen op voorhand geen verbodsovertreding in het kader van de Flora- en faunawet plaatsvindt, mits rekening wordt gehouden met het broedseizoen van vogels.

De uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan is, met betrekking tot de natuurwetgeving, niet in het geding.