direct naar inhoud van Artikel 10 Sport
Plan: Kloosterveen 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0106.08BP2011KLVEEN-C001

Artikel 10 Sport

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor " Sport " aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. sportvelden en sportterreinen, alsmede een ijsbaan.

met daaraan ondergeschikt:

  • b. dagrecreatieve voorzieningen;
  • c. horecavoorzieningen in de vorm van een sportkantine ten dienste van de bestemming.

met daarbijbehorende:

  • d. beheersgebouwen - een bedrijfswoning niet daaronder begrepen;
  • e. andere-bouwwerken;
  • f. groenvoorzieningen;
  • g. parkeervoorzieningen;
  • h. erven;
  • i. water;
  • j. wegen en paden.

10.2 Bouwregels

Op de voor " Sport " aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

10.2.1 Bouwperceel

Voor een bouwperceel gelden de volgende regels:

  • a. het bebouwingspercentage van het bouwperceel bedraagt ten hoogste het ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)' aangegeven bebouwingspercentage.
10.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw dient binnen een bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. in afwijking van lid a, zijn buiten het bouwvlak ook gebouwen toegestaan in verband met schuilgelenheid, bergruimte en nutsvoorzieningen met een oppervlakte van 20 m² per gebouw en een bouwhoogte van 3,00 m;
  • c. de bouwhoogte bedraagt ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' aangegeven hoogte.
10.2.3 Andere-bouwwerken

Voor een andere-bouwwerk gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van andere-bouwwerken in de vorm van ballenvangers en lichtmasten mag ten hoogste 20,00 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag ten hoogste 6,00 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van andere-bouwwerken voor de voorgevel of een naar de weg gekeerde zijgevel van het hoofdgebouw of het verlengde daarvan mag ten hoogste mag 2,50 m bedragen;
  • d. In overige gevallen dan genoemd onder sub a, b en c mag de bouwhoogte ten hoogste 5,00 m bedragen.
10.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de milieusituatie;
  • c. externe veiligheid;
  • d. de verkeerssituatie;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

10.4 Afwijken van de bouwregels
10.4.1 Afwijken

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:

  • a. het bepaalde in 10.2.2 onder a. ten behoeve van de bouw van ten hoogste 2 ondergeschikte bijbehorende bouwwerken buiten het bouwvlak, mits:
    • 1. de hoogte ten hoogste 3,00 m bedraagt;
    • 2. de oppervlakte per gebouw ten hoogste 30 m² bedraagt;
    • 3. de afstand van het bijgebouw tot de grens van de bestemmingen "verkeer" en/of "verkeer- en verblijf" tenminste 3,00 m bedraagt;
10.4.2 Afwegingskader

De in lid 10.4.1 genoemde omgevingsvergunning kan uitsluitend worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de milieusituatie;
  • c. de verkeerssituatie;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.
10.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van horeca anders dan horeca ondergeschikt aan en ten dienste van de bestemming;
  • b. een gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van sporten die veel omgevingslawaai tot gevolg hebben, zoals (model)vliegsport en motorcross.