direct naar inhoud van Artikel 4 Maatschappelijk
Plan: Recreatiepark Zeijerveen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0106.08BP2009227-C001

Artikel 4 Maatschappelijk

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. kinderboerderij met dierenweide ter plaatse van de aanduiding 'kinderboerderij';
  • b. dagbesteding;
  • c. jeugdwerk, scouting of buitenschoolse opvang/naschoolse activiteiten;
  • d. bebouwing in de vorm van dienstwoning, beheergebouwen en sanitaire voorzieningen;

met daaraan ondergeschikt:

  • e. horeca in de categorie 3b;
  • f. detailhandel;
  • g. wegen en paden;
  • h. water;
  • i. groenvoorzieningen;
  • j. voet- en fietspaden en verhardingen;
  • k. parkeervoorzieningen;

met daarbij behorende:

  • l. bouwwerken, geen gebouw zijnde.

De activiteiten van de dagbesteding bestaan onder andere uit:

  • het beheer van de kinderboerderij;
  • de exploitatie van aan de functie gerelateerde horeca en detailhandel;
  • de exploitatie van een kleinschalige houtzagerij/meubelmakerij;
  • de exploitatie van een koeriersbedrijf;
  • het verzorgen van het terrein- en groenonderhoud;
  • het verrichten van schoonmaakwerkzaamheden.
4.2 Bouwregels

Op de voor 'maatschappelijk' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

4.2.1 Gebouwen

Voor gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd met uitzondering van schuilstallen ten behoeve van de kinderboerderij tot een maximale oppervlakte van 50 m2;
  • b. het bebouwingspercentage bedraagt 50%;
  • c. de goot- en bouwhoogte van gebouwen mogen niet meer bedragen dan de in het plan aangegeven goot- en bouwhoogte;
  • d. de houtzagerij/meubelmakerij dient te worden geïntegreerd in het hoofdgebouw;
  • e. de bouw van ten hoogste één dienstwoning is toegestaan, bij voorkeur geïntegreerd in het hoofdgebouw.
4.2.2 Andere-bouwwerken

Voor andere-bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 3 m, met uitzondering van licht- en vlaggenmasten waarvoor geldt dat de hoogte ten hoogste 8 m bedraagt.
4.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan:

  • a. de plaats en de afmetingen van de bebouwing;

ten behoeve van:

  • b. het behoud van de ruimtelijke kwaliteiten van het terrein;
  • c. de sociale veiligheid;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • e. de hoogspanningslijnen;
  • f. externe veiligheid.
4.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:

  • a. het gebruik van gronden voor prostitutie- of escortbedrijf;
  • b. het gebruik van gronden voor opslag van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen en materialen;
  • c. het gebruik van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone' voor functies waar kinderen meer dan 14 uur per dag verblijven.