direct naar inhoud van Artikel 3 Maatschappelijk
Plan: Ulohof
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0106.00BP20116F-C001

Artikel 3 Maatschappelijk

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor " Maatschappelijk " aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. maatschappelijke voorzieningen, waaronder mede begrepen bijzondere woonvormen;

met daarbij behorende:

  • b. gebouwen;
  • c. bouwwerken, geen gebouw zijnde;
  • d. tuinen;
  • e. erven;
  • f. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • g. groenvoorzieningen;
  • h. parkeervoorzieningen, met dien verstande dat het parkeren ten behoeve van deze functie binnen de bestemming dient te worden opgelost.

In de bestemming zijn dienstwoningen niet begrepen.

3.2 Bouwregels

Op de voor " Maatschappelijk " aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

3.2.1 Gebouwen

Voor gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. hoofdgebouwen dienen binnen een bouwvlak te worden gebouwd met dien verstande dat bijgebouwen tot een oppervlakte van totaal 100 m2 buiten het bouwvlak mogen worden gebouwd;
  • b. de goot- en bouwhoogte van hoofdgebouwen mogen niet meer bedragen dan respectievelijk 8 m en 12 m;
  • c. de goot- en bouwhoogte van bijgebouwen mogen niet meer bedragen dan respectievelijk 3,5 en 6 m.
3.2.2 Andere-bouwwerken

Voor andere-bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van andere-bouwwerken vóór de voorgevel bedraagt ten hoogste 1 m, met uitzondering van straatmeubilair waarvoor een bouwhoogte geldt van 1,5 m;
  • b. in overige gevallen dan genoemd onder a mag de bouwhoogte niet meer dan 2,5 m bedragen, met uitzondering van licht- en vlaggenmasten waarvoor geldt dat de hoogte ten hoogste 8 m bedraagt;
  • c. afwijkingen in maten en afmetingen zoals die bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan mogen worden gehandhaafd.
3.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan:

  • a. de plaats en afmetingen van de bebouwing;

ten behoeve van:

  • b. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de verkeersveiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • f. de sociale veiligheid;
  • g. externe veiligheid.
3.4 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen in een woonbestemming, met dien verstande dat:

  • a. een woongebouw met daarin niet meer dan 18 woningen wordt gebouwd;
  • b. er voor de nieuwe functie voldoende parkeergelegenheid wordt gerealiseerd;
  • c. de goot- en bouwhoogte van het hoofdgebouw niet meer mogen bedragen dan respectievelijk 8 m en 12 m;
  • d. geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.