direct naar inhoud van 4.6 Externe veiligheid
Plan: Buitengebied Vlieland
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0096.BP087103-VA01

4.6 Externe veiligheid

4.6.1 Algemeen

In het “vierde Nationale milieubeleidsplan” (NMP4) zijn de beleidslijnen voor een vernieuwing van het externe veiligheidsbeleid vastgesteld. Deze vernieuwing gaat uit van de zogenoemde risicobenadering. Er wordt onderscheid gemaakt tussen het:

  • plaatsgebonden risico: het risico op een plaats buiten een inrichting, bepaald als de kans per jaar dat een persoon die onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval binnen deze inrichting waarbij een gevaarlijke stof is betrokken;
  • groepsrisico: de cumulatieve kansen per jaar dat ten minste 10, 100 of 1000 personen overlijden als rechtstreeks gevolg van hun aanwezigheid in het invloedsgebied van een inrichting en een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijke stof is betrokken.

Het plaatsgebonden risico en groepsrisico zijn verwerkt in strikte normen die uitgangspunt moeten zijn voor het ruimtelijk en milieubeleid. Ze zijn vastgelegd in het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). In dit besluit zijn grenswaarden vastgesteld voor het plaatsgebonden risico. Voor het groepsgebonden risico zijn alleen oriënterende waarden vastgesteld.

4.6.2 Onderzoek

Op Vlieland zijn een viertal locaties aangegeven op de risicokaart als het gaat om veiligheidszaken (zie figuur 13).

afbeelding "i_NL.IMRO.0096.BP087103-VA01_0015.png"

Figuur 13: risicobronnen op Vlieland (bron: fragment risicokaart.nl)

De risicolocaties die zijn aangewezen zijn:

  • 1. de gebouwen bij het militaire terrein Vliehors;
  • 2. de gasleiding/ electraleiding;
  • 3. het zwembad bij het strandhotel (opslag chloor);
  • 4. Gasdepot aan de Kampweg 3.

De locaties 3 en 4 maken geen onderdeel uit van dit bestemmingsplan. Eveneens zijn de risicocontouren dermate klein dat er geen maatregelen getroffen hoeven te worden in het kader van dit bestemmingsplan.

Ten aanzien van het militaire terrein is op de verbeelding en in de regels een veiligheidszone opgenomen waarbinnen verschillende activiteiten niet toegestaan zijn. Daardoor zal de veiligheid niet verslechteren. De gasleiding is op de verbeeling aangegeven binnen een leidingstrook met bijbehorende veiligheidsafstanden aan weerszijden van de leiding. Voor beide locaties geldt daarnaast dat er in de directe omgeving weinig mensen permanent verblijven zodat ook vanuit dat kader er geen problemen te verwachten zijn.

4.6.3 Conclusie

Met bovengenoemde maatregelen vormt het aspect externe veiligheid geen beperkingen voor de uitvoerbaarheid van dit bestemmingsplan.