direct naar inhoud van Regels
Plan: Paraplubestemmingsplan standplaatsen Terschelling
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0093.PH2021STANDPLTSN-ON01

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan:

het bestemmingsplan "Paraplubestemmingsplan standplaatsen Terschelling" met identificatienummer NL.IMRO.0093.PH2021STANDPLTSN- van de gemeente Terschelling;

1.2 bestemmingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

1.3 standplaats:

het vanaf een vaste plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen of het anderszins aanbieden van goederen en diensten, gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel, zoals omschreven in de Algemene plaatselijke verordening.

1.4 stikstofdepositie:

neerslag van stikstofverbindingen uit de lucht op een oppervlakte, uitgedrukt in mol per hectare per jaar.

Artikel 2 Toepassingsregels

  • a. Dit plan is van toepassing op de bestemmingsplannen, zoals opgenomen in onderstaande tabel.
  • b. Het in artikel 1 lid 1.3 genoemde begrip wordt toegevoegd c.q. vervangen in artikel 1 van de in onderstaande tabel opgenomen bestemmingsplannen.
  • c. Ter plaatse van de in dit bestemmingsplan opgenomen aanduiding 'overige zone - standplaats' vervangt de regeling opgenomen in artikel 5 van dit bestemmingsplan de regeling voor standplaatsen uit de in onderstaande tabel opgenomen bestemmingsplannen.

Bestemmingsplan   Vaststellingsdatum   IMRO-codering  
Havengebied Terschelling   5 februari 2020   NL.IMRO.0093.BP2017HAVENGEBIED-VG02  
Buitengebied Polder   24 november 2015   NL.IMRO.0093.BP2013BUITENGEBIED-VG03  
Hoorn en De Duunt   27 januari 2015   NL.IMRO.0093.BP2013HOORNDUUNT-VG03  
West-Terschelling 2012   22 april 2014   NL.IMRO.0093.086406-VA03  
Midsland aan Zee   29 mei 2012   NL.IMRO.0093.10640705-VG01  
Midsland   12 februari 2011   NL.IMRO.00930000BPMIDSLAND-  

Hoofdstuk 2 Algemene regels

Artikel 3 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 4 Algemene bouwregels

Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - standplaats' mogen bouwwerken ten behoeve van een standplaats worden gebouwd, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van een gebouw of overkapping zal ten hoogste 4,00 m bedragen;
  • b. het aantal gebouwen of overkappingen zal per standplaats ten hoogste één bedragen.

Artikel 5 Algemene gebruiksregels

5.1 Strijdig gebruik

Tot een gebruik in strijd met de in artikel 2 genoemde bestemmingsplannen wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de gronden als standplaats, met uitzondering van de gronden ter plaatse voorzien van de aanduiding 'overige zone - standplaats' in welk geval het gebruik als standplaats is toegelaten voor maximaal 1 standplaats per aanduidingsgebied, tenzij ter plaatse de aanduiding 'maximum aantal standplaatsen' is aangegeven, in welk geval het aantal standplaatsen ten hoogste het in het aanduidingsvlak aangegeven aantal mag bedragen;
  • b. het gebruik van de gronden als standplaats als er sprake is van een significant negatief effect op een Natura 2000-gebied door stikstofdepositie.

Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels

Artikel 6 Overgangsrecht

6.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
    • 1. worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • b. Het bevoegde gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in lid 6.1 sub a een omgevingsvergunning voor het bouwen verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 6.1 sub a met maximaal 10%.
  • c. Lid 6.1 sub a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
6.2 Overgangsrecht gebruik
  • a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet, behoudens voor zover uit de Richtlijn 79/409/EEG en 92/43/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand onderscheidenlijk van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna beperkingen voortvloeien ten aanzien van ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaand gebruik.
  • b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 6.2 sub a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • c. Indien het gebruik, bedoeld in lid 6.2 sub a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • d. Lid 6.2 sub a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 7 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van de Paraplubestemmingsplan standplaatsen Terschelling van de gemeente Terschelling.


Behorende bij het raadsbesluit van ……….