direct naar inhoud van Artikel 12 Wonen
Plan: 327.500.02 (Ysbrechtum)
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0091.Ysbrechtum-VST1

Artikel 12 Wonen

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woningen, al dan niet in combinatie met ruimte voor een aanhuis- verbonden beroep of bedrijf;
  • b. aan- en uitbouwen en bijgebouwen,

met de daarbij behorende:

  • c. erven;
  • d. paden;
  • e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
12.2 Bouwregels

Op de in lid 12.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden opgericht met dien verstande dat:

  • a. met betrekking tot hoofdgebouwen geldt dat:
    • 1. als hoofdgebouw uitsluitend woningen mogen worden gebouwd;
    • 2. een hoofdgebouw uitsluitend binnen een bouwvlak mag worden gebouwd;
    • 3. het aantal woningen binnen een bouwvlak ten hoogste het bestaande aantal bedraagt;
    • 4. in afwijking van het bepaalde onder 3 mag het maximum aantal te bouwen wooneenheden niet meer bedragen dan op de plankaart binnen een bestemmingsvlak of een bouwvlak is aangegeven, waarbij geldt dat:
      • in totaal niet meer dan 25 woningen mogen worden gebouwd;
      • ten hoogste drie aaneengesloten woningen mogen worden gebouwd;
    • 5. de afstand van een hoofdgebouw tot de zijdelingse bouwperceelgrens ten minste 3 m bedraagt, dan wel ten minste de bestaande afstand, indien deze minder is;
    • 6. de goothoogte respectievelijk bouwhoogte ten hoogste de op de plankaart aangegeven hoogte mag bedragen;
  • b. met betrekking tot aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij hoofdgebouwen geldt dat:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen per bouwperceel ten hoogste 75 m2 mag bedragen met dien verstande niet meer dan 50 % van het erf buiten het bouwvlak gelegen mag worden bebouwd, dan wel ten hoogste het bestaande percentage indien dit meer is;
    • 2. de goothoogte van vrijstaande bijgebouwen ten hoogste 3 m en de bouwhoogte ten hoogste 6 m mag bedragen;
    • 3. de goothoogte van een aan- en uitbouw en een aangebouwd bijgebouw niet meer mag bedragen dan 0,25 m boven de vloer van de eerste verdieping van het hoofdgebouw dan wel de bestaande hoogte indien deze hoger is;
    • 4. de bouwhoogte van een aan- en uitbouw en een aangebouwd bijgebouw ten minste 1 m lager dient te zijn dan de hoogte van het hoofdgebouw;
  • c. met betrekking tot bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt dat:
    • 1. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen niet meer dan 2 m mag bedragen;
    • 2. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten hoogste 5,5 m mag bedragen;
    • 3. de hoogte van vlaggenmasten ten hoogste 8 meter mag bedragen.
12.3 Ontheffing van de bouwregels
  • a. Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde onder 12.2 onder b sub 1 voor:
    • 1. het bouwen van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen per bouwperceel tot een maximum van 100 m2 wanneer de oppervlakte van het bouwperceel meer bedraagt dan 500 m² waarbij de eis van kracht blijft dat ten hoogste 50% van het erf buiten het bouwvlak onbebouwd blijft.
    • 2. het vergroten van het bebouwingspercentage van het erf buiten het bouwvlak tot ten hoogste 70%;
  • b. Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde onder 12.2 onder c sub 2 voor het bouwen van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde met een maximale hoogte van 5,5 m;
  • c. een ontheffing als bedoeld onder a en b wordt slechts verleend, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de milieusituatie, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
12.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruiken of laten gebruiken van vrijstaande bijgebouwen voor bewoning;
  • b. het gebruiken of laten gebruiken van gronden en bouwwerken voor detailhandel en overige bedrijfsactiviteiten anders dan een beroep of bedrijf aan huis, al dan niet in combinatie met daarvoor benodigde opslagruimte;
  • c. het gebruik van een woning ten behoeve van een aan huis verbonden beroep- of bedrijf in strijd met de volgende bepalingen:
    • 1. de woonfunctie mag worden gecombineerd met een beroep / bedrijf aan huis, voorzover de oppervlakte hiervan ten hoogste 30% van de begane grond oppervlakte van de woning, inclusief aan, en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen mag bedragen met een maximum van 50 m2;
    • 2. een aan huis verbonden beroep of bedrijf is uitsluitend toegestaan in de woning en in aan, en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen;
    • 3. alleen het beroeps- of bedrijfsmatig gebruik dat niet vergunningplichtig of meldingplichtig is ingevolge de Wet milieubeheer is toegestaan;
    • 4. de omvang van reclame-uitingen mag ten hoogste 0,5 m2 bedragen;
    • 5. parkeren dient op eigen erf plaats te vinden;
    • 6. er mag geen sprake zijn van een onevenredige verkeers- en/of publieksaantrekkende werking;
    • 7. detailhandel, anders dan die welke direct voortvloeit uit het bedrijfs- of beroepsmatig gebruik; is niet toegestaan;
    • 8. er mag geen buitenopslag van goederen plaatsvinden.