direct naar inhoud van Artikel 10: Gemengd - 4
Plan: Drachten De Drait - Morrapark
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0090.BP2009SDM001-0501

Artikel 10: Gemengd - 4

10.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Gemengd - 4' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. maatschappelijke voorzieningen;
  • b. wonen;

maar ook voor de daarbij behorende:

  • c. restauratieve voorzieningen;
  • d. groenvoorzieningen en water;
  • e. parkeervoorzieningen;
  • f. speelvoorzieningen;
  • g. wegen, straten en paden;
  • h. openbare nutsvoorzieningen;
  • i. kunstobjecten;
  • j. tuinen en erven.

10.2. Bouwregels

10.2.1. Toegelaten bouwwerken

Op de gronden, bedoeld in lid 10.1, mogen de volgende bouwwerken worden gebouwd:

  • a. gebouwen ten dienste van de bestemming zoals kerken, onderwijsinstituten, kinderdagverblijven, buurthuizen en woningen;
  • b. andere bouwwerken, zoals erf- en terreinafscheidingen.

10.2.2. Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. als gebouwen mogen alleen de in lid 10.2.1 sub a genoemde gebouwen worden gebouwd;
  • b. de gebouwen mogen alleen worden gebouwd binnen de aangegeven bouwvlakken;
  • c. het aantal woningen mag ten hoogste het in de aanduiding "maximum aantal wooneenheden" aangegeven maximum aantal bedragen;
  • d. de goot- en bouwhoogte van een gebouw mag ten hoogste de in de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte (m)" aangegeven goot- en bouwhoogte bedragen.

10.2.3. Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. erf- en terreinafscheidingen en pergola's mogen alleen worden gebouwd binnen de aangegeven bouwvlakken;
  • b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 1 meter zijn, maar als een erf- of terreinafscheiding achter (het verlengde van) de aan de kant van de weg gelegen gevel wordt gebouwd, mag deze maximaal 2 meter zijn;
  • c. de bouwhoogte van palen en masten mag maximaal 8 meter zijn;
  • d. de bouwhoogte van kunstobjecten mag maximaal 12 meter zijn;
  • e. de bouwhoogte van overige andere bouwwerken mag maximaal 5 meter zijn.

10.3. Ontheffing van de bouwregels

10.3.1. Ontheffingsbevoegdheden

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van:

  • a. de regel van lid 10.2.2 sub a en toestaan dat een overdekte voetbrug wordt gebouwd, mits:
    • 1. deze ontheffing alleen wordt toegepast ter plaatse van de aanduiding "wro-zone - ontheffingsgebied";
    • 2. deze ontheffing alleen wordt toegepast in combinatie met de ontheffing genoemd in lid 18.3.1;
    • 3. de bouwhoogte van een voetbrug maximaal 8 meter zal zijn;
  • b. de regel van lid 10.2.3 sub a en toestaan dat erf- en terreinafscheidingen buiten de aangegeven bouwvlakken worden gebouwd.

10.3.2. Beoordelingscriteria

Ontheffingen als bedoeld in lid 10.3.1 kunnen alleen worden verleend als hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:

  • a. de woonsituatie;
  • b. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de verkeersveiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

10.3.3. Ontheffingsprocedure

Als Burgemeester en Wethouders de ontheffingsbevoegdheden van lid 10.3.1 toepassen, moeten zij de procedure volgen die omschreven staat in artikel 35.1

10.4. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de gronden en bouwwerken voor wonen op de eerste en tweede bouwlaag;
  • b. het gebruik van de gebouwen op een bouwperceel voor meer dan één woning.