direct naar inhoud van Artikel 9 Recreatie - Recreatiewoningen 4
Plan: Schiermonnikoog - Dorp - Herziening 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0088.106302-VG03

Artikel 9 Recreatie - Recreatiewoningen 4

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Recreatiewoningen 4' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. recreatiewoningen;
  • b. bijgebouwen bij een recreatiewoning;

met de daarbijbehorende:

  • c. tuinen, erven en terreinen;
  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. nutsvoorzieningen;
  • f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

9.2 Bouwregels
9.2.1 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. als hoofdgebouw mogen uitsluitend recreatiewoningen worden gebouwd;
  • b. een hoofdgebouw dient voor ten minste 75% binnen een bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat de naar de weg gekeerde bouwgrens niet wordt overschreden;
  • c. het aantal hoofdgebouwen mag per bouwvlak ten hoogste één bedragen;
  • d. de oppervlakte van een hoofdgebouw mag ten hoogste 85 m² bedragen;
  • e. de goot- en bouwhoogte van een gebouw mag ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte (m)" aangegeven hoogte bedragen.

9.2.2 Bijgebouwen bij recreatiewoningen

Voor het bouwen van bijgebouwen bij een recreatiewoning gelden de volgende regels:

  • a. per recreatiewoning mag ten hoogste één bijgebouw worden gebouwd;
  • b. de oppervlakte van een bijgebouw mag ten hoogste 10 m² bedragen;
  • c. de bouwhoogte van een bijgebouw mag ten hoogste 3,00 m bedragen.

9.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

  • de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 1,00 m bedragen.

9.3 Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. de natuurlijke en landschappelijke waarden van het omliggende gebied;
  • b. een goede woonsituatie;
  • c. de verkeersveiligheid;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

9.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de gronden en bouwwerken voor permanente bewoning;
  • b. het gebruik van bijgebouwen voor recreatieve bewoning.