direct naar inhoud van Artikel 12: Algemene afwijkingsregels
Plan: Bedrijvenpark Drachten-Azeven
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0086.03BPBedrijvenpark-0401

Artikel 12: Algemene afwijkingsregels

12.1. Afwijken

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:

  • a. de bij recht in de regels gegeven maten, afmetingen en percentages, tot ten hoogste 10% van die maten, afmetingen en percentages;
        • a. de bestemmingen in die zin dat het beloop of profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of -intensiteit daartoe aanleiding geeft;
        • b. de bestemmingen in die zin dat bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
        • c. de regels in die zin dat gebouwen ten behoeve van een
          kiosk worden gebouwd, mits:
    • 1. de oppervlakte van een gebouw ten hoogste 50 m² zal bedragen;
    • 2. de bouwhoogte van een gebouw ten hoogste 5,00 m zal bedragen;
        • a. de regels in die zin dat openbare (nuts)gebouwtjes, wachthuisjes ten behoeve van het openbaar vervoer, telefooncellen, gebouwtjes ten behoeve van (de bediening van) kunstwerken, toiletgebouwtjes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen gebouwtjes worden gebouwd, mits:
    • 3. de inhoud per gebouwtje ten hoogste 75 m³ zal bedragen;
        • a. de regels ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in die zin dat de bouwhoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot ten hoogste 10,00 m;
        • b. de regels ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in die zin dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van zend-, ontvang- en/of sirenemasten, wordt vergroot tot ten hoogste 40,00 m, mits:
    • 4. zoveel mogelijk wordt aangesloten bij bestaande verticale elementen, zoals gebouwen, torens en bestaande masten;
        • a. de regels ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in die zin dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van zonne-energiemasten, wordt vergroot tot ten hoogste 15,00 m;
        • b. de regels ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in die zin dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van reclamemasten wordt vergroot tot ten hoogste 30,00 m, met dien verstande dat:
    • 5. het aantal reclamemasten met een bouwhoogte van ten hoogste 20,00 m ten hoogste 4 mag bedragen;
    • 6. het aantal reclamemasten met een bouwhoogte van ten hoogste 30,00 m ten hoogste 1 mag bedragen;
    • 7. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan van het karakter van de zichtzone langs de A7 en de N381;
    • 8. de reclamemast bedrijfsgebonden is;
    • 9. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan landschappelijke en cultuurhistorische waarden;
        • a. het bepaalde ten aanzien van de maximale bouwhoogte van gebouwen in die zin dat de bouwhoogte van de gebouwen ten behoeve van plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftkokers, lichtkappen, kapconstructies en overkappingen, wordt vergroot, mits:
    • 10. deze vergroting niet meer dan 20 m² per plaatselijke verhoging bedraagt;
    • 11. de vergroting leidt tot een bouwhoogte welke ten hoogste 1,50 maal de maximale bouwhoogte van het betreffende gebouw bedraagt.
12.2. Toetsingscriteria

Er kan uitsluitend worden afgeweken, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:

  • a. het bebouwingsbeeld;
  • b. de milieusituatie;
  • c. de verkeerssituatie;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.