direct naar inhoud van Artikel 5 Verkeer - Verblijf
Plan: Beetsterzwaag - Van Lyndenpark
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0086.02BPVanlyndenpark-0401

Artikel 5 Verkeer - Verblijf

 

5. 1.       Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Verkeer - Verblijf’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a.    woonstraten;

b.    (ontsluitings)wegen;

c.    voet- en rijwielpaden;

d.    parkeervoorzieningen;

e.    bos, ter plaatse van de aanduiding “bos”;

waarbij, ter plaatse van de aanduiding “bos”, het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de landschappelijke waarden van het gebied wordt nagestreefd;

met daaraan ondergeschikt:

f.     groenvoorzieningen;

g.    bebossing;

h.    waterlopen en waterpartijen;

i.      speelvoorzieningen;

j.      nutsvoorzieningen;

met de daarbijbehorende:

k.    bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder bruggen, duikers en/of dammen.

5. 2.       Bouwregels

5. 2. 1. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

5. 2. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

a.    de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen;

b.    de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan rechtstreeks ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer, zal ten hoogste 6,00 m bedragen.

5. 3.       Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen, ten behoeve van de landschappelijke waarden, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing.

5. 4.       Aanlegvergunning

5. 4. 1. Ter plaatse van de aanduiding “bos” is het verboden, zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:

a.    het geheel of gedeeltelijk verwijderen van boombeplanting met een stamdikte van meer dan 0,4 m;

b.    het geheel of gedeeltelijk verwijderen van aaneengesloten boombeplanting.

5. 4. 2. Het bepaalde in lid 5.4.1. is niet van toepassing op werkzaamheden die:

a.    het normale onderhoud betreffen;

b.    reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan.

5. 4. 3. De in lid 5.4.1. genoemde vergunning kan slechts worden verleend, mits:

-       geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke waarden van het gebied.