direct naar inhoud van 4.4 Externe veiligheid
vastgesteld
NL.IMRO.0082.BVLEM13LEMSTERLAND-VA01

4.4 Externe veiligheid

Op grond van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) en de daarop gebaseerde Regeling externe veiligheid inrichtingen (Revi) gelden bepaalde normeringsafstanden tussen risicovolle en risicogevoelige functies. Daarbij wordt er onderscheid gemaakt tussen het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. In het Bevi wordt aangegeven hoe met het plaatsgebonden risico en het groepsgebonden risico moet worden omgegaan. De risicovolle inrichtingen zijn op de risicokaart van de provincie Fryslân weergegeven.

In het verordeningsgebied ligt een gasleiding parallel langs de A6. Het betreft een gasleiding met een diameter van 8 inch en een druk van 40 bar. Voor deze leiding geldt verder een bebouwingsvrije zone die al in het geldende bestemmingsplan is geregeld. De beheersverordening neemt deze regeling over. Volgens de risicokaart heeft deze gasleiding een Plaatsgebonden Risico (PR) van 0 meter. Omdat de beheersverordening een conserverende regeling betreft, wijzigt het groepsrisico van de leiding niet. Een verantwoording van het groepsrisico is dan ook niet aan de orde.

De rijksweg A6 ligt (gedeeltelijk) binnen het verordeningsgebied. Hierop is de Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen 2010 (cRNVGS 2010) van toepassing. Betreffende circulaire is een voorloper van de in de Nota Vervoer Gevaarlijke Stoffen aangekondigde wettelijke verankering van het beleid, in het toekomstige Besluit transportroutes externe veiligheid (Btev, dit wordt vanaf 2013 verwacht).
De PR-contour van de rijksweg ligt op het wegvak zelf en legt hiermee geen planologische beperkingen op aan de omgeving. Ook heeft de weg geen Plasbrandaandachtsgebied (PAG). Wel dient bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen binnen 200 meter van de weg aandacht te worden geschonken aan het groepsrisico. Het GR is zeer laag, dan wel niet aanwezig. Bovendien maakt de beheersverordening geen ontwikkelingen mogelijk die het groepsrisico kunnen vergroten. De transportroute vormt dan ook geen belemmering voor de risicogevoelige functies in het verordeningsgebied.

In en nabij het verordeningsgebied bevinden zich twee risicovolle inrichtingen die vallen onder het Bevi, namelijk LPG-stations aan het Lemsterpad 38 en de Zeedijk 1. Voor beide LPG-stations geldt een PR 10-6-contour van 35 meter rondom het vulpunt, 25 meter rondom de tank en 15 meter rondom de afleverzuil. Binnen deze zones komen geen kwetsbare functies voor. Om te voorkomen dat de risico’s voor de veiligheid in de toekomst toenemen en omdat de LPG-stations nabij woningen zijn gelegen, zijn nieuwe kwetsbare functies nabij deze LPG-installatie op basis van de beheersverordening uitgesloten. Hiervoor is een besluitvlak op de verbeelding opgenomen.

Voor het groepsrisico geldt een invloedsgebied van 150 meter. Binnen het invloedsgebied worden geen nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk gemaakt, een uitgebreide verantwoording van het GR is niet aan de orde is.

Externe veiligheid is derhalve geen belemmering voor het verordeningsgebied.