direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Buitengebied 2010, wijzigingsplan Trekkersweg
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0082.000300wp01-0004

Toelichting

Aanleiding van het wijzigingsplan en huidige situatie

Met het voorliggende wijzigingsplan beoogt de gemeente Lemsterland medewerking te verlenen aan het wijzigen van de vorm van een agrarisch bouwblok aan de Trekkersweg te Delfstrahuizen. Het perceel ligt in de Veenpolder Delfstrahuizen, even ten noorden van de Pier Christiaansleat.

Op het betreffende perceel aan de Trekkersweg is een melkveehouderijbedrijf gevestigd. Op onderstaande afbeelding is een luchtfoto van het perceel opgenomen. Het gaat om agrarische bedrijfsbebouwing zonder bedrijfswoning.

afbeelding "i_NL.IMRO.0082.000300wp01-0004_0001.png"

Afbeelding: Luchtfoto van het betreffende perceel aan de Trekkersweg (bron: Google Maps).

Beoogde ontwikkeling

Het agrarisch bouwblok van dit bedrijf is in het geldende bestemmingsplan "Buitengebied 2010" (2011) per abuis niet logisch ingetekend. Op de volgende afbeelding is een fragment van de verbeelding opgenomen van het geldende bestemmingsplan. Uitbreiding van het bedrijf (met bebouwing) is op basis van het geldende bestemmingsplan alleen mogelijk aan de zuid- en zuidoostkant van de bestaande bebouwing. De agrariër heeft een omgevingsvergunning aangevraagd voor een bedrijfswoning, maar loopt nu tegen het probleem aan dat hij de bedrijfswoning niet op de door hem gewenste (en logische) plek kan bouwen. Het voornemen is namelijk de bedrijfswoning aan de Trekkersweg te bouwen, vóór de agrarische bedrijfsbebouwing. Op de bovenstaande afbeelding (met de luchtfoto) is de gewenste locatie voor de bedrijfswoning met een rode pijl aangegeven. Daarnaast wil de agrariër aan de zuidoostkant van de bestaande bebouwing nog ruimte voor eventuele uitbreiding in de toekomst. Dit wijzigingsplan maakt dit bouwplan en eventuele toekomstige bouwplannen mogelijk.

afbeelding "i_NL.IMRO.0082.000300wp01-0004_0002.png"

Afbeelding: Fragment verbeelding bestemmingsplan "Buitengebied 2010".

Wijzigingsbevoegdheid bestemmingsplan "Buitengebied 2010"

Op basis van het geldende bestemmingsplan "Buitengebied 2010" (vastgesteld door de gemeenteraad op 27 juni 2011 en in werking getreden op 22 september 2011) zijn burgemeester en wethouders bevoegd de bestemming Agrarisch te wijzigen in de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf ten behoeve van het wijzigen van de begrenzing van een bestaand bouwblok (artikel 3.8.1 onder a), waarbij de totale oppervlakte van het bouwblok ongewijzigd blijft, met dien verstande dat:

  • 1. de bedrijfseconomische noodzaak hiertoe aannemelijk is gemaakt;
  • 2. het gewijzigde bouwblok landschappelijk wordt ingepast conform een door burgemeester en wethouders goedgekeurd landschapsplan;
  • 3. bij wijziging ten behoeve van intensieve veehouderij de aanduiding intensieve veehouderij overeenkomstig mag worden toegepast;
  • 4. gelijktijdig gebruik wordt gemaakt van de wijzigingsbevoegdheid in 4.8.1 onder h, zodat de totale oppervlakte van het bouwblok ongewijzigd blijft.

Ter beoordeling van de toelaatbaarheid van de wijziging dient een evenredige belangenafweging plaats te vinden, waarbij betrokken worden:

  • de mate waarin de waarden en functies van de gronden die het plan beoogt te beschermen door de wijziging worden geschaad;
  • de mate waarin de belangen van de gebruikers en/of eigenaren van de aangrenzende gronden en/of nabijgelegen agrarische bedrijven door de wijziging worden geschaad;
  • de uitvoerbaarheid, waaronder begrepen de aanvaardbaarheid op het gebied van milieu, externe veiligheid, ecologie, archeologie en waterhuishouding;
  • de landschappelijke inpassing.

Toets aan de voorwaarden

Hierna wordt getoetst aan de in de wijzigingsbevoegdheid geldende voorwaarden.

Bedrijfseconomische noodzaak (voorwaarde 1)

Bij agrarische bedrijven is een bedrijfswoning in het algemeen noodzakelijk voor een doelmatige exploitatie en voor het uitoefenen van controle en toezicht, ook buiten normale werktijden.

Landschappelijke inpassing (voorwaarde 2)

In deze situatie wordt de vorm van het bouwblok gewijzigd ten behoeve van de bouw van een bedrijfswoning. Een beplantingsplan dan wel landschapsplan voor het hele erf acht de gemeente daarom niet nodig.

Intensieve veehouderij (voorwaarde 3)

Er is hier geen sprake van een intensief veehouderijbedrijf. Deze voorwaarde is daarom niet van toepassing.

Gebruik wijzigingsbevoegdheid in 4.8.1 onder h (voorwaarde 4)

Met deze wijziging wordt ook gebruik gemaakt van artikel 4.8.1 onder h van de regels van het bestemmingsplan "Buitengebied 2010". Een gedeelte van het nu geldende agrarisch bouwblok krijgt de bestemming Agrarisch. De grootte van het agrarisch bouwblok blijft met dit wijzigingsplan ongewijzigd. Alleen de vorm van het bouwblok wijzigt.

Waarden en functies van de betrokken gronden

De bestemmingswijziging die met dit wijzigingsplan tot stand komt, zal geen schade toebrengen aan de waarden en functies van de betrokken gronden. De bestemmingswijziging betreft enkel de wijziging van de begrenzing van het agrarisch bouwblok, opdat deze beter afgestemd wordt op de bestaande situatie en uitbreiding met bebouwing mogelijk wordt op daarvoor logische plekken (aan de voorkant ten behoeve van een bedrijfswoning en aan de zuidoostkant ten behoeve van een eventuele nieuwe stal). Op deze manier blijft sprake van een "compact" bouwblok en vindt geen onevenredige aantasting plaats van de landschappelijke waarden (openheid) van het gebied.

In het kader van de omgevingsvergunningaanvraag voor het bouwen van de bedrijfswoning zal een quickscan natuurtoets en een verkennend bodemonderzoek aan de gemeente worden voorgelegd. De bedrijfswoning wordt gebouwd op een gedeelte van een graslandperceel. Met betrekking tot eventuele bodem- en grondwatervervuiling kan daarom opgemerkt worden dat er geen aanleiding bestaat de locatie als verdacht te beschouwen.

De provincie heeft bepaald dat agrarische bouwvlakken die uitgebreid worden middels een wijzigingsplan, worden uitgezonderd van archeologisch onderzoek, tenzij er binnen de uitbreiding sprake is van bekende archeologische waarden. In deze situatie is geen sprake van bekende archeologische waarden. Dit betekent dat een archeologisch onderzoek in deze situatie niet nodig is.

Belangen van aangrenzende grondgebruikers dan wel nabijgelegen agrarische bedrijven

Agrarische bedrijven van derden liggen op voldoende afstand van het plangebied. De bestemmingswijziging en de bouw van de bedrijfswoning heeft geen nadelige gevolgen voor de agrarische bedrijfsvoering van omliggende agrarische bedrijven. De bestemmingswijziging heeft evenmin nadelige gevolgen voor het gebruik van aangrenzende gronden.

De (milieutechnische) uitvoerbaarheid en toelaatbaarheid

De woningen gelegen aan het Kettingpad ondervinden geen hinder van de bestemmingswijziging, omdat het enkel een wijziging van de vorm van het agrarisch bouwblok betreft. Het agrarisch bedrijf wordt niet uitgebreid.

In het kader van de Wet geluidhinder kan geconcludeerd worden dat de te realiseren bedrijfswoning is gelegen buiten de geluidszone van 250 meter van de Trekkersweg. Een akoestisch onderzoek vanwege het wegverkeer is daarom niet noodzakelijk.

In het kader van externe veiligheid kan geconcludeerd worden dat in de directe omgeving van het plangebied geen sprake is van risicovolle bedrijven die vallen onder het Bevi, in de nabijheid geen sprake is van routes voor het vervoer van gevaarlijke stoffen en ook geen sprake is van aardgastransportleidingen.

Verder kan, omdat het hier slechts gaat om de bouw van één woning, in het kader van het aspect luchtkwaliteit worden opgemerkt dat de luchtkwaliteit "niet in betekenende mate" zal verslechteren.

Het wijzigingsplan heeft niet of nauwelijks gevolgen voor de waterhuishouding en de afvalwaterketen, omdat het hier gaat om de bouw van slechts één woning. Het vuilwater wordt aangesloten op de riolering.

De aspecten ecologie, bodem en archeologie zijn in het voorgaande reeds aan de orde gekomen (zie onder het kopje "waarden en functies van de betrokken gronden").

De landschappelijke inpassing

Het agrarisch bouwblok zoals dat met dit wijzigingsplan tot stand komt, is afgestemd op de feitelijke situatie. Uitbreiding met bebouwing kan op deze manier plaatsvinden aan de voorkant (ten behoeve van een bedrijfswoning) en aan de zuidoostkant (ten behoeve van een eventuele nieuwe stal). De landschappelijke waarden (openheid van het gebied) blijven daarmee gewaarborgd. Met deze bestemmingswijziging kan geen nieuwe bebouwing meer worden opgericht achter de huidige bebouwing. Voor het landschap heeft dit wijzigingsplan daarmee positieve gevolgen.

Conclusie en planopzet

De voorliggende wijziging wordt, zoals hiervoor aangegeven, in overeenstemming geacht met de van toepassing zijnde voorwaarden zoals opgenomen in artikel 3.8.1 onder a van de regels van het bestemmingsplan "Buitengebied 2010".

Dit wijzigingsplan bestaat uit een verbeelding en planregels en gaat vergezeld van deze toelichting. In de planregels is aangegeven dat het bestemmingsplan "Buitengebied 2010" wordt gewijzigd juncto artikel 3.8.1 onder a van de regels. Daarbij zijn de regels van het bestemmingsplan "Buitengebied 2010" op voorliggend wijzigingsplan van toepassing verklaard. De verbeelding maakt duidelijk voor welke gronden de wijziging van toepassing is en welke bestemmingen op basis van dit wijzigingsplan gaan gelden.

Economische uitvoerbaarheid

Met betrekking tot de economische uitvoerbaarheid kan worden opgemerkt dat hier sprake is van een particulier initiatief. De kosten die verbonden zijn aan de bouw van de bedrijfswoning, zijn voor rekening van de initiatiefnemer. Een beschrijving van de economische uitvoerbaarheid wordt derhalve achterwege gelaten.

februari 2012.