Gemeente:
Leeuwarden
Plannaam:
Leeuwarden - Newtonpark 1-2-3 e.o.
Status:
Vastgesteld
Statusdatum:
24-06-2013

Artikel 7 : Bedrijventerrein

 

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. gebouwen ten behoeven van:

  1. bedrijven die zijn genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1 en 4.2 ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 4.2';

  2. bedrijven die zijn genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1, 4.2 en 5.1, ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 5.1';

  3. bedrijven die zijn genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1, 4.2, 5.1 en 5.2, ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 5.2'

  4. een verkooppunt van motorbrandstoffen zonder lpg, ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg';

  5. de opwekking van energie uit hernieuwbare energiebronnen en de opwekking van duurzame elektriciteit, waarbij:

  • de gezamenlijke capaciteit van de productie-installaties voor het opwekken van duurzame elektriciteit minder bedraagt dan 50 MW;

  • de gezamenlijke capaciteit van de productie-installaties voor het opwekken van duurzame elektriciteit met behulp van windenergie minder bedraagt dan 5 MW;

 

en mede bestemd voor:

  1. het tegengaan van een te hoge geluidbelasting op geluidsgevoelige objecten, ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'geluidzone-industrie';

 

met de daarbij behorende:

  1. tuinen, erven en terreinen;

  2. wegen, straten en paden;

  3. voet- en rijwielpaden;

  4. aanleggelegenheid;

  5. laad- en loswallen;

  6. parkeervoorzieningen;

  7. groenvoorzieningen;

  8. sloten, bermen en beplanting;

  9. waterlopen en waterpartijen;

  10. nutsvoorzieningen;

  11. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder:

  • windturbines, ter plaatse van de aanduiding 'windturbine'.

  • voorzieningen ten behoeve van watertechnologie en duurzame energieopwekking.

 

7.2 Bouwregels

 

7.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  1. de gebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd;

  2. de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen ten behoeve van een verkooppunt van motorbrandstoffen zonder lpg, zal ten hoogste 50 m² bedragen;

  3. het bebouwingspercentage van het bouwperceel zal ten hoogste 70% bedragen;

  4. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding ‘maximale bouwhoogte (m)’ aangegeven bouwhoogte;

 

7.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  1. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen;

  2. windturbines en kleine windturbines mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding "windturbine";

  3. er zullen ten hoogste twee windturbines worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding "windturbine";

  4. de hoogte van een windturbine zal ten hoogste 43,00 m bedragen;

  5. de tiphoogte van een windturbine zal ten hoogste 65,00 m bedragen;

  6. de bouwhoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 15,00 m bedragen, tenzij de bestaande bouwhoogte groter is, in welk geval de bestaande bouwhoogte als maximum geldt.

 

7.3 Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen, nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  1. het straat- en bebouwingsbeeld;

  2. de sociale veiligheid;

  3. de waterhuishouding;

  4. de verkeersveiligheid;

  5. de milieusituatie;

  6. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

 

7.4 Afwijken van de bouwregels

 

7.4.1 Afwijking

Met omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:

  1. het bepaalde in lid 7.2.1 sub a in die zin dat gebouwen gedeeltelijk buiten het bouwvlak worden gebouwd;

  2. het bepaalde in lid 7.2.1 sub c in die zin dat de bouwhoogte van een gebouw wordt vergroot tot ten hoogste 15,00 m;

  3. het bepaalde in lid 7.2.2 sub b in die zin dat kleine windturbines worden gebouwd buiten de aanduiding ‘windturbine’;

  4. het bepaalde in lid 7.2.2 sub f in die zin dat de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot ten hoogste 25,00 m.

 

7.4.2 Toetsingscriteria

Van het bepaalde in lid 7.4.1 kan uitsluitend worden afgeweken, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:

  1. het straat- en bebouwingsbeeld;

  2. de sociale veiligheid;

  3. de waterhuishouding;

  4. de verkeersveiligheid;

  5. de milieusituatie;

  6. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

 

7.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  1. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van zelfstandige kantoren;

  2. het gebruik van de gronden en bouwwerken voor risicovolle inrichtingen;

  3. het gebruik van de gronden en bouwwerken voor vuurwerkbedrijven;

  4. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel, anders dan:

  • de verkoop van motorbrandstoffen, ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg'.

  1. het gebruik van de gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 4.2' ten behoeve van bedrijven anders dan de bedrijven genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1 en 4.2;

  2. het gebruik van de gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 5.1' ten behoeve van bedrijven anders dan de bedrijven genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1, 4.2 en 5,1;

  3. het gebruik van de gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 5.2' ten behoeve van bedrijven anders dan de bedrijven genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1, 4.2, 5,1 en 5.2.

 

7.6 Afwijken van de gebruiksregels

 

7.6.1 Afwijking

Met omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:

  1. het bepaalde in lid 7.5 sub e in die zin dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 4.2' tevens bedrijven worden gevestigd die naar aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met bedrijven die zijn genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1 en 4.2;

  2. het bepaalde in lid 7.5 sub f in die zin dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 5.1' tevens bedrijven worden gevestigd die naar aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met bedrijven die zijn genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1, 4.2 en 5.1;

  3. het bepaalde in lid 7.5 sub g in die zin dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 5.2' tevens bedrijven worden gevestigd die naar aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met bedrijven die zijn genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1, 2, 3.1, 3.2, 4.1, 4.2, 5.1 en 5.2.

 

7.6.2 Toetsingscriteria

Van het bepaalde in lid 7.6.1 kan uitsluitend worden afgeweken, mits:

  1. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:

  1. de milieusituatie;

  2. gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

  1. het gaat om bedrijven die niet zijn genoemd in bijlage 1, maar die qua milieubelasting gelijkwaardig zijn aan de bedrijven die wel worden genoemd of bedrijven die wel zijn genoemd in bijlage 1 onder een hogere dan de toegestane categorie, maar in een individueel geval een lagere milieubelasting hebben.

 

7.7 Wijzigingsbevoegdheid

 

7.7.1 Wijziging

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat:

  • de aanduiding 'windturbine' wordt verwijderd, mits de betreffende functie ter plaatse is beëindigd.