direct naar inhoud van Artikel 11 Leiding - Water
Plan: Harlingen - Oostpoort
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0072.Oostpoort-GV01

Artikel 11 Leiding - Water

 

11. 1.    Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Leiding - Water’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

a.    een waterleidingstrook;

met de daarbijbehorende:

b.    bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

11. 2.    Bouwregels

11. 2. 1. In afwijking van het bepaalde bij de andere aangewezen bestemmingen (basisbestemmingen), mogen op of in deze gronden geen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze dubbelbestemming.

11. 2. 2. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

11. 2. 3. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van deze bestemming, geldt de volgende regel:

-        de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 2,00 m bedragen.

11. 3.    Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van:

 

a.    het bepaalde in lid 11.2.1. en lid 11.2.2. en toestaan dat de in de basisbestemming genoemde gebouwen worden gebouwd, mits:

1.    geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het doelmatig en veilig functioneren van de leiding;

2.    vooraf advies is ingewonnen bij de beheerder van de leiding omtrent de vraag of dit uit een oogpunt van doelmatig beheer en onderhoud bezwaren oplevert;

b.    het bepaalde in lid 11.2.1. en lid 11.2.3. en toestaan dat de in de basisbestemmingen genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, mits:

1.    geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het doelmatig en veilig functioneren van de leiding;

2.    vooraf advies is ingewonnen bij de beheerder van de leiding omtrent de vraag of dit uit een oogpunt van doelmatig beheer en onderhoud bezwaren oplevert.

11. 4.    Aanlegvergunning

11. 4. 1. Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning), de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, zulks ongeacht het bepaalde in de regels bij de andere op deze gronden van toepassing zijnde bestemmingen:

a.    ontginnen, bodem verlagen of afgraven, ophogen of egaliseren;

b.    het aanbrengen van diepwortelende beplantingen en bomen;

c.    het rooien van diepwortelende beplantingen en bomen;

d.    het aanbrengen van gesloten oppervlakteverhardingen;

e.    het uitvoeren van heiwerkzaamheden of het op andere wijze indrijven van voorwerpen in de grond.

11. 4. 2. Het in lid 11.4.1. vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

a.    het normale onderhoud betreffen;

b.    reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan.

11. 4. 3. De in lid 11.4.1. genoemde vergunning wordt uitsluitend verleend, indien:

a.    geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het doelmatig en veilig functioneren van de leiding;

b.    vooraf advies is ingewonnen bij de beheerder van de leiding omtrent de vraag of dit uit een oogpunt van doelmatig beheer en onderhoud bezwaren oplevert.