direct naar inhoud van Artikel 30 Waarde - Beschermd Dorpsgezicht
Plan: Hollum 2009
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0060.020203-VA01

Artikel 30 Waarde - Beschermd Dorpsgezicht

30. 1.    Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Waarde - Beschermd Dorpsgezicht’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, het herstel en de uitbouw van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd dorpsgezicht en zijn bebouwing, zoals beschreven in paragraaf 3.2 van de toelichting en in het Aanwijzingsbesluit Beschermd Dorpsgezicht (bijlage 1 bij de toelichting).

30. 2.    Bouwregels

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

a.    indien een gevellijn is aangegeven, zal (zullen) per hoofdgebouw één (of meer) gevel(s) ter plaatse van de aanduiding “gevellijn” worden gebouwd;

b.    de hoofdgebouwen zullen zijn voorzien van een kap waarbij de nokrichting haaks op de weg zal staan;

c.    de hoogte van de openingen van de in de gevellijn(en) gebouwde gevel(s) zal groter zijn dan de breedte.

30. 3.    Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bouwwerken, ten behoeve van:

a.    de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het

Beschermd Dorpsgezicht;

b.    een goede woonsituatie;

c.    een goede milieusituatie;

d.    de verkeersveiligheid;

e.    de sociale veiligheid; en

f.     de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

30. 4.    Ontheffing van de bouwregels

30. 4. 1. Burgemeester en Wethouders kunnen, met inachtneming van het gestelde in paragraaf 3.2 van de toelichting, ontheffing verlenen van:

-       het bepaalde in lid 30.2. sub b en toestaan dat een hoofdgebouw wordt voorzien van een plat dak, mits:

-       geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het Beschermd Dorpsgezicht.

30. 4. 2. De in lid 30.4.1. bedoelde ontheffing zal worden getoetst door de Begeleidingscommissie Beschermd Dorpsgezicht.

30. 5.    Aanlegvergunning

30. 5. 1. Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning), de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, zulks ongeacht het bepaalde in de regels bij de andere op deze gronden van toepassing zijnde bestemmingen:

a.    het vellen en rooien van bomen en struiken;

b.    het verwijderen van erfafscheidingen;

c.    het aanleggen, verbreden, verleggen of verharden van wegen, paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen (zoals inritten over gemeentegrond), alsmede het wijzigen van de verhardingssoort.

30. 5. 2. Het bepaalde in lid 30.5.1. is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, die:

a.    het normale onderhoud betreffen;

b.    reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan.

30. 5. 3. De in lid 30.5.1. genoemde vergunning mag uitsluitend worden verleend, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het Beschermd Dorpsgezicht.