direct naar inhoud van 4.5 Ecologie
Plan: Bestemmingsplan Reduzumtankstation
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0055.BPReduzumtankstat-OH01

4.5 Ecologie

Algemeen

Ten aanzien van natuurwaarden zijn zowel gebiedsbescherming (Natuurbeschermingswet en Ecologische Hoofdstructuur) als soortbescherming (Flora- en faunawet) van belang.

Natuurbeschermingswet 1998

Uit een oogpunt van gebiedsbescherming is de Natuurbeschermingswet 1998, die op 1 oktober 2005 in werking is getreden, van belang. Deze wet onderscheidt drie soorten gebieden, te weten:

  • a. door de minister van LNV aangewezen gebieden, zoals bedoeld in de Vogel- en Habitatrichtlijn;
  • b. door de minister van LNV aangewezen beschermde natuurmonumenten;
  • c. door Gedeputeerde Staten aangewezen beschermde landschapsgezichten.

De wet bevat een zwaar beschermingsregime voor de onder a en b bedoelde gebieden (in de vorm van verboden voor allerlei handelingen, behoudens vergunning van Gedeputeerde Staten of de minister van LNV). De bescherming van de onder c bedoelde gebieden vindt plaats door middel van het bestemmingsplan. De speciale beschermingszones hebben een externe werking, zodat ook ingrepen diebui ten deze zones plaatsvinden verstoring kunnen veroorzaken en moeten worden getoetst op het effect van de ingreep op soorten en habitats.

Bij de voorbereiding van het bestemmingsplan moet worden onderzocht of de Natuurbeschermingswet 1998 de uitvoering van het plan niet in de weg staat. Dit is het geval wanneer de uitvoering tot ingrepen noodzaakt waarvan moet worden aangenomen dat daarvoor geen vergunning ingevolge de Natuurbeschermingswet 1998 zal kunnen worden verkregen. Speciale beschermingszones maken onderdeel uit van een samenhangend Europees ecologisch netwerk: Natura 2000. Dit netwerk is vergelijkbaar met de Nederlandse Ecologische Hoofdstructuur, echter op Europees niveau.

Ecologische Hoofdstructuur

De Nota Ruimte geeft het beleidskader voor de duurzame ontwikkeling en een verantwoord toekomstig grondgebruik in de vorm van onder andere de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). De EHS is een samenhangend netwerk van bestaande en te ontwikkelen natuurgebieden. Het netwerk wordt gevormd door kerngebieden, natuurontwikkelingsgebieden en ecologische verbindingszones. Het plangebied ligt niet in de EHS.

Flora en fauna

Op 1 april 2002 is de Flora- en faunawet in werking getreden. Deze wet regelt de bescherming van wilde dier- en plantensoorten. In de wet zijn de voormalige Jacht- en Vogelwet opgenomen, alsmede desoortbeschermingsparagrafen uit de Natuurbeschermingswet. Tevens is een deel van de verplichtingen op grond van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn opgenomen. De Flora- en faunawet verbiedt om dieren te doden of hun rust- of verblijfplaats te verstoren. Ook legt de wet de zorgplicht van de burger voor de flora en fauna vast. Er zijn vrijstellingsbepalingen, onder andere in verband met de jacht en de schadebestrijding. Afwijkingen van de verbodsbepalingen zijn mogelijk indien geen afbreuk wordt gedaan aan de gunstige staat van instandhouding van de soort.

Het plangebied is nu al verhard en een klein gedeelte bestaat uit grasveld. Hier zitten geen specifieke soorten plant- en/of diersoorten die door de Flora en faunawet beschermd worden.

Natura 2000-gebied

De planlocatie ligt niet in of nabij een Natura- 2000 gebied. In de omgeving liggen op ruime afstand drie Natura-2000 gebieden (zie figuur 10):

  • 1. Sneekermeer (afstand ca. 7 km);
  • 2. De Alde Feanen (afstand ca. 7 km);
  • 3. de Deelen ( ca 11 km).

afbeelding "i_NL.IMRO.0055.BPReduzumtankstat-OH01_0010.png"

Figuur 10: Omliggende Natura-2000 gebieden

Het tankstation zorgt niet voor een toename van het verkeer of andere verkeersstromen die van invloed zijn op de omliggende Natura-2000 gebieden. Men zal niet vanuit de verre omgeving naar dit tankstation toe komen, omdat er andere tankstations in de omgeving aanwezig zijn. De komst van dit tankstation zal geen negatieve invloed hebben op Natura 2000-gebieden. Tevens bestaat er vanwege de zeer geringe invloed op de omliggende natuurwaarden geen plicht tot het uitvoeren van een MER.

Aan de rand van het plangebied zelf is nu een bossage aanwezig. Er is voor gekozen om deze groenstructuur zoveel mogelijk te handhaven. Dit is gedaan om een afschermende werking te creƫren richting de bewoners van het buurtschap Tsienserbuorren (zie ook hoofdstuk 2 - planbeschrijving).

afbeelding "i_NL.IMRO.0055.BPReduzumtankstat-OH01_0011.png"

Figuur 11: zicht op het plangebied vanuit zuidelijke richting met de aanwezige bossage.