direct naar inhoud van Artikel 3 Gemengd
Plan: Nieuwebrug - Lier 6
Status: Vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0051.BPNWB10DELIER6-VA01

Artikel 3 Gemengd

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. gebouwen ten behoeve van:
    • 1. een bijzondere woonvorm voor maximaal 14 cliënten;
    • 2. bedrijven die zijn genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1 en 2;
    • 3. een jachtwerf;
  • b. een jachthaven;
  • c. bijgebouwen bij de gebouwen ten behoeve van een bijzondere woonvorm;
  • d. een bijgebouw bij een woonschip;

met de daarbijbehorende:

  • e. wegen, straten en paden;
  • f. water;
  • g. parkeervoorzieningen;
  • h. groenvoorzieningen;
  • i. nutsvoorzieningen;
  • j. tuinen, erven en terreinen;
  • k. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder vlaggenmasten.

3.2 Bouwregels
3.2.1 De in lid 3.1. sub a genoemde gebouwen

Voor het bouwen van de in lid 3.1 sub a en b genoemde gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw zal binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de goothoogte van de gebouwen zal ten hoogste 5,00 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van de gebouwen zal ten hoogste 8,00 m bedragen.

3.2.2 Bijgebouwen bij gebouwen ten behoeve van een bijzondere woonvorm

Voor het bouwen van bijgebouwen bij gebouwen ten behoeve van een bijzondere woonvorm gelden de volgende regels:

  • a. de bijgebouwen zullen ten minste 3,00 m achter de naar de weg gekeerde gevel(s) van de gebouwen ten behoeve van een bijzondere woonvorm c.q. het verlengde daarvan worden gebouwd;
  • b. de gezamenlijke oppervlakte van de bijgebouwen bij gebouwen ten behoeve van een bijzondere woonvorm zal ten hoogste 60 m² bedragen;
  • c. de bouwhoogte van een bijgebouw zal ten hoogste 3,00 m bedragen.

3.2.3 Bijgebouwen bij gebouwen ten behoeve van de jachtwerf

Voor het bouwen van bijgebouwen bij gebouwen ten behoeve van een jachtwerf gelden de volgende regels:

  • a. de bijgebouwen zullen ten minste 3,00 m achter de naar de weg gekeerde gevel(s) van de gebouwen ten behoeve van de jachtwerf c.q. het verlengde daarvan worden gebouwd;
  • b. de gezamenlijke oppervlakte van de bijgebouwen bij gebouwen ten behoeve van een jachtwerf zal ten hoogste 30 m² bedragen;
  • c. de bouwhoogte van een bijgebouw zal ten hoogste 3,00 m bedragen.

3.2.4 Bijgebouwen bij woonschepen

Voor het bouwen van bijgebouwen bij woonschepen gelden de volgende regels:

  • a. het aantal bijgebouwen zal ten hoogste één per woonschip bedragen;
  • b. de oppervlakte van een bijgebouw zal ten hoogste 30 m² bedragen;
  • c. de bouwhoogte van een bijgebouw zal ten hoogste 3,00 m bedragen.

3.2.5 Overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen;
  • b. er mogen ten hoogste 3 vlaggenmasten per bouwperceel worden gebouwd;
  • c. de bouwhoogte van vlaggenmasten zal ten hoogste 8,00 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.

3.3 Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een goede milieusituatie;
  • b. een goede woonsituatie;
  • c. de sociale veiligheid;
  • d. de verkeersveiligheid; en
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

3.4 Afwijken van de bouwregels

Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwinsbeeld, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:

  • het bepaalde in lid 3.2.2 sub b in die zin dat de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen bij gebouwen ten behoeve van een bijzondere woonvorm wordt vergroot tot ten hoogste 200 m².

3.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van bedrijven die niet zijn genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1 en 2;
  • b. het gebruik van bijgebouwen voor bewoning;
  • c. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel;
  • d. het gebruik als ligplaats voor woonschepen met een bouwhoogte groter dan 3,00 m, gemeten vanaf de waterlijn;
  • e. de oppervlakte van een woonschip zal ten hoogste 100 m² bedragen;
  • f. het gebruik van de gronden voor meer dan één ligplaats.

3.6 Afwijken van de gebruiksregels

Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:

  • a. het bepaalde in lid 3.5 sub a in die zin dat tevens bedrijven worden gevestigd die naar de aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met bedrijven die zijn genoemd in bijlage 1 onder de categorieën 1 en 2, mits:
    • 1. het geen geluidszoneringsplichtige inrichtingen, risicovolle inrichtingen en/of vuurwerkbedrijven betreft;
    • 2. het gaat om bedrijven die niet zijn genoemd in bijlage 1, maar die qua milieubelasting gelijkwaardig zijn aan de bedrijven die wel genoemd zijn onder de categorieën 1 en 2, of om bedrijven die wel zijn genoemd in bijlage 1 onder een hogere categorie dan 2, maar die in een individueel geval feitelijk een lagere milieubelasting hebben.