Artikel 3 Centrum - 1
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Centrum - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
3.1.1 begane grond en kelderverdieping
-
a. detailhandel, met uitzondering van supermarkten, en/of;
-
b. horeca;
-
c. consument verzorgende dienstverlening;
alsmede voor:
-
d. ter plaatse van de aanduiding 'dienstverlening', dienstverlening;
-
e. ter plaatse van de aanduiding 'horeca tot en met categorie B', horeca t/m categorie B van de Staat van bedrijfsactiviteiten -
gemengd;
-
f. ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk', maatschappelijke voorzieningen;
-
g. ter plaatse van de aanduiding 'muziekschool', een muziekschool;
-
h. ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage', een parkeergarage voor ondergronds parkeren;
-
i. ter plaatse van de aanduiding 'sport', een sportschool;
-
j. ter plaatse van de aanduiding 'supermarkt', een supermarkt;
-
k.
ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - galerij',
een galerij;
en met dien verstande dat:
-
l. in de eerste plaats het bepaalde in artikel 10 van toepassing is voor zover deze gronden mede zijn bestemd voor “Waterstaat”.
3.1.2 eerste en hogere verdiepingen
alsmede voor:
-
b. ter plaatse van de aanduiding 'bibliotheek', een bibliotheek;
-
c. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel', detailhandel;
-
d. ter plaatse van de aanduiding 'dienstverlening', dienstverlening;
-
e. ter plaatse van de aanduiding 'horeca', horeca van ten hoogste categorie A van de Staat van bedrijfsactiviteiten - gemengd;
-
f. ter plaatse van de aanduiding 'kantoor', een kantoor;
-
g. ter plaatse van de aanduiding ‘maatschappelijk’, maatschappelijke voorzieningen;
-
h. ter plaatse van de aanduiding 'muziekschool', een muziekschool;
-
i. ter plaatse van de aanduiding 'sport', een sportschool;
-
j.
ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - galerij',
een galerij.
3.2 Bouwregels
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
3.2.1 Bouwvlak
-
a. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd met gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en met inachtneming van de overige bouwregels;
-
b.
ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang' dient de bestaande
onderdoorgang gehandhaafd te worden;
-
c.
ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' mag de
aangeduide bouwhoogte niet door gebouwen worden
overschreden;
-
d.
ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - galerij',
mag de bestaande galerij niet worden bebouwd;
-
e. binnen het bouwvlak mag de verticale diepte van gebouwen niet meer dan 5 meter bedragen;
-
f. binnen het bouwvlak mag de bouwhoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 meter bedragen en van overige bouwwerken, geen
gebouwen zijnde niet meer dan 3 meter, met dien verstande dat vlaggenmasten zijn toegestaan met een hoogte van maximaal 6 meter.
3.2.2 Buiten het bouwvlak
-
a. van de gronden buiten het bouwvlak mag per bouwperceel maximaal 30% worden bebouwd met gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en met inachtneming van de overige bouwregels;
-
b. buiten het bouwvlak mag de bouwhoogte van de gebouwen niet meer dan 3 meter bedragen;
-
c. buiten het bouwvlak mag de verticale diepte van gebouwen niet meer dan 5 meter bedragen;
-
d. buiten het bouwvlak en achter de voorgevel van het hoofdgebouw, mag de bouwhoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 meter bedragen en van overige bouwwerken, geen gebouwen zijndeniet meer dan 3 meter, met dien verstande dat vlaggenmasten zijn toegestaan met een hoogte van maximaal 6 meter.
3.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan afwijken van de bouwregels voor de plaatsing van terrasschermen ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang', mits:
-
a. de schermen haaks op de voorgevel worden geplaatst;
-
b. een vrije doorgang van 3,5 meter breed voor hulpdiensten is gegarandeerd;
-
c. bouwhoogte niet meer dan 1,8 meter bedraagt.
3.4 Specifieke gebruiksregels
Voor het medegebruik van een woning ten behoeve van een aan huis verbonden beroep gelden de volgende regels:
-
a. het gebruik uitsluitend is toegestaan aan de bewoner(s) van de woning;
-
b. er mag geen afbreuk worden gedaan aan het woon- en leefklimaat van de buurt;
-
c. het ruimtebeslag dient van ondergeschikte betekenis te zijn met dien verstande dat ten hoogste 30% van de aanwezige vloeroppervlakte van de woning en de daarbij behorende aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen tot een maximum van 50 m2 mag worden aangewend ten behoeve van een aan huis verbonden beroep;
-
d. een kappersbedrijf is niet toegestaan;
-
e. detailhandelsactiviteiten zijn niet toegestaan.