direct naar inhoud van Artikel 30 Waterstaat
Plan: Ter Apelervenen
Status: concept
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0048.BP0901-0001

Artikel 30 Waterstaat

30.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waterstaat' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

  • a. behoud en ontwikkeling van de waterhuishoudkundige functie en de scheepsvaartfunctie;
  • b. wateraan- en -afvoer en waterberging, alsmede voor beroeps- en recreatievaart.
30.2 Bouwregels
30.2.1 Gebouwen

Op deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

30.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Op of in de tot Waterstaat bestemde grond mag niet worden gebouwd, met uitzondering van waterstaatkundige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die noodzakelijk zijn in verband met de waterhuishouding en/of de regeling van het verkeer te water.

30.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend straat en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de sociale veiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
30.4 Specifieke gebruiksregels

Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende opstallen te gebruiken of in gebruik te geven of te laten voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming.

30.5 Ontheffing van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders verlenen ontheffing van het bepaalde in lid 30.4, indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.

30.6 Wijzigingsbevoegdheid
30.6.1 Wijzigingsregels

Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van het gebied, ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied', wijzigen met in achtneming van de volgende regels.....

30.6.2 Procedureregels

Bij de toepassing van de wijzigingsbevoegdheid worden de procedureregels van Afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht in acht genomen