Plan: | Verlegging gasleiding N366 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0047.01BPGasN366-0401 |
het bestemmingsplan 'Verlegging gasleiding N366' met identificatienummer NL.IMRO.0047.01BPGasN366-0401 van de gemeente Veendam.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.'
het bestemmingsplan 'Buitengebied Veendam' met identificatienummer NL.IMRO.0047.01BP00012014-0402 vastgesteld op 2 mei 2018 door de gemeenteraad van Veendam;
het inpassingsplan 'N366 Veendam - Nieuwe Pekela - Stadskanaal' met identificatienummer NL.IMRO.9920.IPN366VENPST-VA01 vastgesteld op 20 april 2016 door de Provinciale Staten van Groningen;
het inpassingsplan 'Agrarische bouwpercelen' met identificatienummer NL.IMRO.9920.IPagrarischebouwpc-VA01 vastgesteld op 31 januari 2018 door de Provinciale Staten van Groningen;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een strook grond of water waaraan beperkingen kunnen worden opgelegd in verband met de veiligheid van ondergrondse en/of bovengrondse leidingen;
bestaand ten tijde van het in werking treden van dit bestemmingsplan;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
een object als bedoeld in artikel 1, sub l van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
werkzaamheden die regelmatig noodzakelijk zijn voor een goed beheer van de gronden, waaronder begrepen de handhaving dan wel de realisering van de bestemming;
een vergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo);
het plaatselijke niveau ten opzichte van het Normaal Amsterdams Peil;
alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen, daaronder begrepen de bijbehorende kunstwerken, de tot de wegen behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de weg liggende parkeergelegenheid.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen, mede bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Met een omgevingsvergunning van Burgemeester en Wethouders kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 3.2 voor het bouwen binnen de belemmeringenstrook overeenkomstig de andere daar voorkomende bestemming(en), indien de veiligheid van de betrokken leiding niet wordt geschaad en vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is van Burgemeester en Wethouders een omgevingsvergunning vereist:
Het bepaalde in 3.5.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien hierdoor geen afbreuk wordt gedaan aan het doelmatig functioneren van de betreffende hoofdgastransportleiding.
Alvorens te beslissen op een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 3.5.1, winnen Burgemeester en Wethouders schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen in verband met de leiding niet worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld ter voorkoming van eventuele schade.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Het bepaalde in de regels en op de verbeeldingen van het:
blijven onverkort van toepassing, met dien verstande dat:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Verlegging gasleiding N366 van de gemeente Veendam.