direct naar inhoud van 4.5 (Civiel)technische aspecten
Plan: Bestemmingsplan Buitengebied 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0040.bp00019-41vg

4.5 (Civiel)technische aspecten

4.5.1 Hoogspanningsleidingen

Ten behoeve van de stroomvoorziening lopen 2 bovengrondse tracés door Slochteren. Eén hoogspanningleiding van 110 kV loopt vanuit De Groeve bij Appingedam langs het Eemskanaal naar Lageland en vervolgens naar Groningen en één 380 kV leiding volgt vanuit de Groeve globaal de N33 in zuidelijke richting.

Aan de tracés is een dubbelbestemming 'Leiding- Hoogspanningsverbinding' toegekend. De bestemming heeft een breedte van 20 meter aan weerszijden van de verbinding. Doel hiervan is bescherming te bieden aan personen die daar niet gedurende lange tijd mogen verblijven en anderzijds de leiding te beschermen tegen activiteiten die het functioneren van de leiding kunnen beïnvloeden. Aangezien geen nieuwe woningen of andere bestemmingen waar mensen langdurig verblijven worden mogelijk gemaakt leidt voorliggend bestemmingsplan niet tot een verslechtering van de situatie in verband met electromagnetische straling. Buiten het gebied van de dubbelbestemming heeft het tracé geen planologische invloed.

Daarnaast liggen er in het plangebied een aantal ondergrondse 110 kV-hoogspanningskabels in het gebied ten behoeve van de NAM-winningslocaties. Deze zijn bestemd als 'Leiding - Hoogspanning'.

4.5.2 Rioolpersleidingen

In het plangebied liggen ook enkele rioolpersleidingen, die van regionale betekenis zijn na ontmanteling van de twee rioolwaterzuiveringsinstallaties in de gemeente. Ook aan deze traces is een dubbelbestemming toegekend ter bescherming van de leidingen. De persleidingen hebben behoudens de zakelijk rechtstrook geen invloed op de planologische mogelijkheden van de gronden.

4.5.3 Voorziening voor het luchtverkeer

Als gevolg van haar wettelijke taken (artikel 5.23 lid 1 van de Wet luchtvaart) beheert Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL) technische installaties en systemen ten behoeve van de luchtverkeersbeveiliging. Een belangrijk deel hiervan betreft de apparatuur voor Communicatie-, Navigatie- en Surveillance infrastructuur (CNS). CNS apparatuur wordt gebruikt om:

  • het radiocontact tussen de verkeersleiding en de piloten te onderhouden;
  • navigatie in het naderingsgebied;
  • 'en-route' mogelijk maken en
  • de plaatsbepaling van vliegtuigen zeker te stellen.

Deze technische installaties staan met name op en in de omgeving van luchtvaartterreinen, maar ook verspreid in het land zoals in Slochteren.

In het plangebied staat aan de Groenedijk in Slochteren een locator opgesteld. Het is een bakenzender die een radiosignaal uitzendt dat door een peilontvanger in een vliegtuig wordt ontvangen. Een locator is een onderdeel van de navigatie infrastructuur (CNS) van LVNL en wordt gebruikt als hulpmiddel op vliegroutes.

Alle CNS apparatuur maakt gebruik van radiogolven die uitgezonden en/of ontvangen worden antennesystemen. Objecten, zowel vast (gebouwen, windmolens etc.) als mobiel (bouwkranen, heistellingen etc.) vormen in potentie een bedreiding voor de goede werking van de apparatuur omdat ze de uitgezonden radiosignalen kunnen verstoren. Het is in het belang van de veiligheid van de luchtvaart om de diverse systemen tegen verstorende objecten te beschermen.

De CNS systemen kennen elk een eigen driedimensionaal toetsingsvlak ter bescherming. De afmetingen van deze toetsingsvlakken zijn berekend op basis van internationale burgerluchtvaartcriteria. Objecten die het toetsingsvlak doorsnijden kunnen verstoring opleveren.

afbeelding "i_NL.IMRO.0040.bp00019-41vg_0006.jpg"

Figuur: locator met bijbehorend toetsingvlak

Ingeval de beoogde maximale hoogte van een (bouw)plan een toetsingsvlak van de apparatuur voor luchtverkeerscommunicatie, - navigatie of - begeleiding van LVNL doorsnijdt dient advies te worden ingewonnen bij LVNL (of diens rechtsopvolger) over het effect hiervan op de goede werking van de betreffende apparatuur.

Op grond van het toetsingsvlak in Slochteren gelden er beperkingen voor de bouwhoogte tussen 0 meter (eerste 200 meter rond de locator) tot 80 meter (op een kilometer afstand). Omdat er in het gebied op grond van het bestemmingsplan geen bouwmogelijkheden zijn die een hoogte van 15 meter overschrijden, levert het toetsingsvlak slechts beperkt belemmeringen op. Omdat alleen in de eerste straal van 200 meter beperkingen gelden beperkt het toetsingsvlak zich tot deze straal (gebiedsaanduiding luchtvaartverkeerzone). Binnen dit gebied ligt slechts 1 object (een woonboerderij). De locator is ook aangeduid op de verbeelding en maakt als zodanig onderdeel uit van de bestemming Bedrijf - Nutsvoorziening, zie de juridische toelichting in 6.6.8 Bedrijf - Nutsvoorziening.