direct naar inhoud van 4.4 Water
Plan: Kerklaan 19
Status: vastgesteld
Plantype: projectbesluit
IMRO-idn: NL.IMRO.0037.PB0905-vs01

4.4 Water

Op grond van een afspraak uit de Startovereenkomst 'Waterbeleid 21e eeuw', dienen decentrale overheden in de toelichting op ruimtelijke plannen een waterparagraaf op te nemen. In die paragraaf dient te worden uiteengezet wat voor gevolgen het plan in kwestie heeft voor de waterhuishouding, dat wil zeggen het grondwater en het oppervlaktewater. Het is de schriftelijke weerslag van de zogenaamde watertoets: "het hele proces van vroegtijdig informeren, adviseren (door de waterbeheerder), afwegen en beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in ruimtelijke plannen en besluiten".

4.4.1 Beleidskader

Het kader voor de watertoets is het vigerend beleid (Vierde Nota Waterhuishouding, Waterbeleid 21eeeuw, Europese Kaderrichtlijn water en de beleidslijn Ruimte voor de Rivier). De watertoets wordt uitgevoerd binnen de bestaande wet- en regelgeving op het gebied van ruimtelijke ordening en water, op basis van het commitment van de betrokken partijen blijkend uit de Startovereenkomst Waterbeleid 21eeeuw. Een aantal relevante beleidsdocumenten wordt hierna kort besproken. Het beleid van gemeente en waterschap ten aanzien van het aspect water is opgenomen in het hoofdstuk Beleidskader.

Vierde Nota Waterhuishouding
De Vierde Nota Waterhuishouding van december 1998 verwoordt de regeringsbeslissing. Een van de speerpunten is een duurzaam stedelijk waterbeheer, met als belangrijke elementen:

  • waterbesparende maatregelen in de woning;
  • het afkoppelen van verhard oppervlak van de riolering;
  • het vasthouden van regenwater in vijvers en in de bodem;
  • herwaardering van watersystemen bij de ruimtelijke inrichting van(nieuwe) woongebieden.

Waterbeleid 21e eeuw
Met het Waterbeleid 21e eeuw wordt ingespeeld op toekomstige ontwikkelingen die hogere eisen stellen aan het waterbeheer. Het gaat hierbij om onder andere de klimaatverandering, bodemdaling en zeespiegelrijzing. Het Waterbeleid 21e eeuw heeft twee principes voor duurzaam waterbeheer geïntroduceerd, te weten de tritsen:

  • vasthouden, bergen en afvoeren;
  • schoonhouden, scheiden en zuiveren.

De trits 'vasthouden, bergen en afvoeren' houdt in dat overtollig water zoveel mogelijk bovenstrooms wordt vastgehouden in de bodem en in het oppervlaktewater. Vervolgens wordt zo nodig het water tijdelijk geborgen in bergingsgebieden en pas als vasthouden en bergen te weinig opleveren, wordt het water afgevoerd.

Bij 'schoonhouden, scheiden en zuiveren' gaat het erom dat het water zoveel mogelijk wordt schoongehouden. Vervolgens worden schoon en vuil water zoveel mogelijk gescheiden en als laatste, wanneer schoonhouden en scheiden niet mogelijk zijn, komt het zuiveren van verontreinigd water aan bod.

Het Regionaal Bestuursakkoord Water is een product van de Stuurgroep Water 2000+. Dit is een samenwerkingsverband tussen de provincies Groningen en Drenthe, de Waterschappen Noorderzijlvest en Hunze en Aa's, de verenigingen van Groninger en Drentse gemeenten, Rijkswaterstaat Regio Noord en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Regio Noord. Ook de gemeente Stadskanaal heeft zich geconformeerd aan dit akkoord.

In dit akkoord zijn afspraken vastgelegd om te komen tot een betaalbaar en robuust waterbeheer waarbij de nadruk ligt op het voorkomen van wateroverlast. Concreet is afgesproken dat rekening zal worden gehouden met de klimaatveranderingen voor de komende 50 jaar en dat waterproblemen niet zonder overeenstemming mogen worden afgewenteld naar andere gebieden of gebruikers.

Bij nieuwe bouwlocaties acht de provincie duurzaam waterbeheer vanzelfsprekend. Op bestaande locaties dienen mogelijkheden voor verbetering te worden benut bij herstructurering en groot onderhoud. Aandachtspunten bij duurzaam waterbeheer zijn onder andere:

  • voldoende ruimte voor waterberging in waterpartijen met natuurvriendelijke oevers;
  • beperken van verdroging door schone, verharde oppervlakken van de riolering af te koppelen en regenwater in de bodem te laten infiltreren;
  • opvangen van verontreinigd water dat over verhardingen afstroomt;
  • gebruiken van duurzame bouwmaterialen volgens het Convenant Duurzaam Bouwen.
4.4.2 Watertoets

Huidige situatie
In Onstwedde bestaan geen (grote) problemen ten aanzien van de waterhuishouding. Op enkele plekken zijn voor planologische ontwikkelingen beperkende factoren aanwezig, zoals grondwatertrappen (nieuwbouwlocatie Heideweg) of een slecht doorlatende laag in de bodem (industrieterrein).

In het kader van de Ecologische Hoofdstructuur Westerwolde wordt het beekdal van de Ruiten Aa hersteld. Dit geschiedt direct ten oosten van het dorp.

Bouwplan
Voorliggend plan voorziet niet in wijzigingen van het watersysteem; het plan betreft immers de vervanging van een bestaande woning.

Schone oppervlakken worden 100% afgekoppeld. Het gebruik van duurzame materialen wordt door de gemeente gestimuleerd.

Verdroging van de bodem zal worden tegengegaan door (schone) verharde oppervlakken van de riolering af te koppelen en het hemelwater in het plangebied vast te houden. De mogelijkheden voor infiltratie zullen nader worden onderzocht.

Wat betreft de drooglegging dienen de uitgangspunten van de notitie Stedelijk water te worden gehanteerd. De door het waterschap gehanteerde eis bedraagt 1,20 m tot 1,30 m ten opzichte van het maaiveld om problemen met grondwateroverlast te voorkomen.

Aandachtspunt bij de drooglegging is de hoogteligging van het plangebied. In de planuitwerking dient zo nodig rekening te worden gehouden met maatregelen om grondwateroverlast te voorkomen, zoals drainage, ophoging gronden, kruipruimteloos bouwen et cetera.

Overleg en advies waterschap
In het kader van de watertoets is het plan middels watertoets online voorgelegd aan het waterschap.