direct naar inhoud van Artikel 8 Water
Plan: Stadscentrum
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0018.BP101Stadscentrum-30va

Artikel 8 Water

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor de hoofdfuncties:

  • a. vijver;
  • b. (vaar)water;
  • c. waterberging;

en voor de ondergeschikte functies:

  • d. brug;
  • e. ligplaats voor woonschepen ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats';
  • f. gemaal, stuw, afsluitvoorziening;
  • g. groen, groenvoorziening, park;
  • h. nutsvoorziening;
  • i. speelvoorziening, sportvoorziening;
  • j. kunstwerken.
8.2 Bouwregels
8.2.1 Gebouwen

Gebouwen zijn niet toegelaten met uitzondering van woonschepen. Voor woonschepen gelden de volgende bepalingen:

  • a. maximaal 5 schepen mogen ligplaats innemen op de plaats op de verbeelding aangeduid met 'woonschepenligplaats';
  • b. de hoogte mag maximaal 4 meter bedragen;
  • c. de breedte mag maximaal 5 meter bedragen;
  • d. de lengte mag maximaal 25 meter bedragen;
  • e. de onderlinge afstand tussen de woonschepen mag niet minder dan 3 meter bedragen.
8.2.2 Licht- en vlaggenmasten

Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 5 meter hoogte.

8.2.3 Overige andere bouwwerken

Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 3 meter hoogte.

8.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan, mits hierbij

  • geen sprake is van verslechtering van de samenhang van het straat- en bebouwingsbeeld, en
  • sprake is van een goede woonsituatie (lichttoetreding, uitzicht en privacy), en
  • sprake is van een sociaal en verkeersveilige invulling, en
  • geen sprake is van verslechtering van de milieusituatie, en
  • geen sprake is van een onevenredige beperking van de gebruiksmogelijkheden van de omliggende percelen,

met een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. de op de plankaart of in de planregels gegeven maten, afmetingen en percentages, tot ten hoogste 10% van die maten, afmetingen en percentages, behalve waarvoor hiernavolgend andere maten en percentages genoemd worden;
  • b. de planregels en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, als een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
  • c. het bepaalde in 8.2.3 en toestaan dat overige andere bouwwerken worden opgericht tot een hoogte van 5 meter.
8.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.2 onder b. van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden voor het storten van puin en afvalstoffen;
  • b. het gebruik van gronden voor de opslag van schroot, afbraak- en bouwmaterialen, anders dan voor de uitvoering van krachtens de bestemming toegelaten bouwactiviteiten, werken en werkzaamheden;
  • c. het gebruik van gronden voor de stalling en opslag van (aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken) voer-, vaar- of vliegtuigen;
  • d. het gebruik van gronden als standplaats voor kampeermiddelen;
  • e. het gebruik van gronden en bouwwerken voor detailhandel, een horecabedrijf en/of seksinrichting.