direct naar inhoud van Artikel 4 Gemengd
Plan: Van Spoor tot Steeg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0017.BP1266HV10HERS1-VA01

Artikel 4 Gemengd

 

4. 1.       Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Gemengd’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a.    een gebouw ten behoeve van:

1.    sociaal-medische voorzieningen, voorzover het de eerste bouwlaag betreft;

2.    woningen, voorzover het de tweede en hogere bouwlagen betreft;

b.    trappenhuis en bergingen ter plaatse van de aanduiding “specifieke vorm van wonen - trappenhuis”;

en in beperkte mate voor:

c.    woonstraten;

d.    paden;

e.    groenvoorzieningen;

f.     water;

en de daarbijbehorende:

g.    tuinen, erven en terreinen;

h.    bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

4. 2.       Bouwregels

4. 2. 1. Voor het bouwen van het in lid 4.1. sub a genoemde gebouw gelden de volgende regels:

a.    het gebouw zal binnen het bouwvlak worden gebouwd;

b.    het aantal woningen zal ten hoogste het ter plaatse van de aanduiding “maximum aantal wooneenheden” aangegeven aantal bedragen;

c.    het gebouw zal zijn voorzien van een kap;

d.    de bouwhoogte van het gebouw zal ten hoogste 11,00 m bedragen.

4. 2. 2. Voor het bouwen van trappenhuizen gelden de volgende regels:

a.    de gebouwen zullen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding “specifieke vorm van wonen - trappenhuis”;

b.    de bouwhoogte van het gebouw zal ten hoogste 7.10 m bedragen.

4. 2. 3. Voor het bouwen van bergingen gelden de volgende regels:

a.    de gebouwen zullen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding “specifieke vorm van wonen - trappenhuis”;

b.    de bouwhoogte van het gebouw zal ten hoogste 4.50 m bedragen. 

4. 2. 4. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

a.    de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 1,00 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw en het verlengde daarvan ten hoogste 2,00 m mag bedragen;

b.    de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 2,00 m bedragen.

4. 3.       Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen, ten behoeve van de sociale veiligheid, een goede woonsituatie, een goede milieusituatie, de verkeersveiligheid, en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing.

4. 4.       Afwijken van de bouwregels

Met inachtneming van de sociale veiligheid, een goede milieusituatie, de verkeersveiligheid, en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:

-       het bepaalde in lid 4.2.1. sub a in die zin dat een gebouw gedeeltelijk buiten een bouwvlak wordt gebouwd, mits:

1.    de oppervlakte van het buiten een bouwvlak gebouwde gedeelte niet meer dan 10% van de totale oppervlakte van het gebouw bedraagt;

2.    de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde.

4. 5.       Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

a.    het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van de uitoefening van detailhandel;

b.    het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van horecadoeleinden;

c.    het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van zelfstandige kantoren.