direct naar inhoud van 2.1 Ruimtelijke structuur
Plan: Bestemmingsplan Van Heemskerckstraat
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0014.BP524VHeemskerckst-vg01

2.1 Ruimtelijke structuur

2.1.1 Ontstaansgeschiedenis

Dit voormalige industriegebiedje lag oorspronkelijk ver buiten de stad en had lange tijd een landelijk karakter: grotendeels laag gelegen weilanden waar geen bebouwing voorkwam. Het Hoendiep aan de noordzijde van het terrein vormde sinds de 17de eeuw de belangrijke vaarverbinding met het westelijke deel van de provincie en Friesland. Zoals bij de meeste waterwegen rondom de stad vestigden zich ook hier – ten zuiden van het Hoendiep - aan het einde van de 18de en het begin van de 19de eeuw enkele molens als voorlopers van de latere industriële ontwikkeling op het terrein.

Nog verder naar het oosten, bij de Van Heemskerckstraat, vestigde zich later een scheepswerf. In 1794 wordt aan de zuidzijde van het Hoendiep oliemolen 'De Hoop' met een bijbehorend pakhuis gebouwd. In de molen werd uit koolzaad en lijnzaad olie geslagen om er raap- en lijnkoeken en raap- en lijnolie van te fabriceren. Omstreeks het midden van de 19de eeuw krijgt deze molen gezelschap van de uit Dokkum afkomstige houtzaagmolen 'De Bok'. Deze molen heeft een eindje verderop gestaan tussen de huidige Abel Tasmanbrug en de Admiraal de Ruyterlaan. De verbreding van het Hoendiep, ten oosten van de olieslagerij, is een restant van het zogeheten 'balkgat'. Hier werden de balken gewaterd. De molen 'De Bok' ging in 1913 in vlammen op. De oliemolen was omstreeks 1900 al overgegaan op stoom en ging voortaan door het leven als stoomolieslagerij. Het westelijke deel van het oude pakhuis werd in 1908 verbouwd tot woonhuis.

afbeelding "i_NL.IMRO.0014.BP524VHeemskerckst-vg01_0003.png"

Het terrein op de kadastrale minuut van circa 1830. Links staan aangegeven het pakhuis en rechts oliemolen 'De Hoop'.

Inmiddels was in het Plan van Uitleg van de Gemeente Groningen (Mulock Houwer, 1906) en het latere Plan van Uitbreiding (Berlage en Schut, 1932) het terrein bij de stad getrokken. Ten oosten ervan kwam de Zeeheldenbuurt tot stand. In 1914 vestigde zich ten westen van het terrein de Coöperatieve Friesch-Groningsche Beetwortelsuikerfabriek, waarmee het industriële karakter van het gebied verder werd versterkt. De Van Heemskerckstraat werd in westelijke richting doorgetrokken en vormde lange tijd de hoofdtoegang van de suikerfabriek. Tegelijkertijd werd aan de noordzijde van deze straat de directeursvilla van de fabriek gebouwd.

Omstreeks de jaren '20 van de vorige eeuw is de oliemolen aan het Hoendiep verdwenen. In het oude pakhuis en een aantal bijgebouwen is dan de N.V. Oliefabriek gevestigd. Vanaf circa 1955 tot halverwege de jaren '70 is het complex in gebruik bij de Noordelijke Chemicaliënhandel, vandaar de naam Encehaterrein. Nog in de jaren '60 wordt een loods bijgebouwd. Daarna raakt het complex langzamerhand in verval en wordt het gekraakt; het braakliggende terrein wordt in gebruik genomen door zogenaamde stadsnomaden. Het voormalige pakhuis, waarin koolzaad en lijnzaad opgeslagen waren, heeft nog lange tijd op het terrein gestaan. In de zijgevel zat een gevelsteen met het jaartal 1794. Uiteindelijk gaat ook dit met het oude woonhuis in 2003 in vlammen op.

Het deel van het terrein dat grenst aan de Van Heemskerckstraat is niet bebouwd geweest. Het is gebruikt als weiland en de laatste jaren als klein moestuincomplex. Ook dit deel ligt nu braak.

In 1977 is er een plan ontwikkeld door Bureau voor Architectuur en Bouwtechniek voor de invulling van het terrein met 94 woningen. Tussen 2000 en 2003 waren er plannen om het terrein een invulling te geven als kantorenpark. Beide plannen zijn niet uitgevoerd.

Cultuurhistorische waarden

Het Hoendiep als historisch-geografische structuur en oude waterweg heeft cultuurhistorische waarde die van belang is voor de ontwikkeling van het plangebied.

2.1.2 De (huidige) ruimtelijk - functionele structuur

Het Encehaterrein ligt ten westen van de binnenstad van Groningen. Het ligt in het gebied dat wordt begrensd door het Hoendiep, de Admiraal de Ruyterlaan, de Van Heemkerkstraat en het spoor Groningen-Sauwerd. Binnen dit gebied maar buiten de plangrens van het bestemmingsplan liggen, behalve het braakliggende Encehaterrein, ook twee bedrijfsgebouwen van de farmaceutische bedrijven Citeq en Sulfateq, de voormalige directeursvilla van de Suikerunie, en een koppelstation van Essent. Deze gebouwen zijn gericht op de Admiraal de Ruyterlaan en de Van Heemskerckstraat. Het achterliggende terrein betreft de planlocatie Encehaterrein. Het terrein is onbebouwd en is in het recente verleden bewoond geweest door de zogeheten stadsnomaden. In het voormalig 'balkgat' (het verbrede deel van het Hoendiep) liggen nog twee woonboten. Aan de noordoever van het Hoendiep liggen verscheidene woonboten. Het terrein zelf is begroeid met gras en er staan enkele monumentale bomen. De locatie wordt ontsloten door de Admiraal de Ruyterlaan in het noordoosten van het plangebied. Onderstaande foto geeft een beeld van het huidige terrein.

afbeelding "i_NL.IMRO.0014.BP524VHeemskerckst-vg01_0004.jpg"

het plangebied gezien vanuit het zuiden

De omliggende gebieden zijn zeer divers, zowel wat betreft functionele als ruimtelijke structuur. Ten noorden van het Encehaterrein ligt het Hoendiep, met daarachter de wijk Kostverloren. Aan de noordzijde van het Hoendiep staat woonbebouwing variërend van één laag met kap tot drie lagen met kap. Ten oosten van het terrein ligt de Admiraal de Ruyterlaan en de Zeeheldenbuurt. Aan de oostzijde van de Admiraal de Ruyterlaan staat een schoolgebouw van het Alfacollege. Het noordelijke deel van de school is gebouwd in drie lagen en het zuidelijke deel telt vier bouwlagen. Het gebouw is gericht naar de Admiraal de Ruyterlaan en wordt ook via deze weg ontsloten. Het schoolgebouw heeft een grotere schaal dan de woonbebouwing aan de straat, die bestaat uit portiekflats in drie lagen met kap.

Ten zuiden van het gebied, aan de Van Heemskerckstraat, liggen gronden die ruimte bieden aan verschillende functies. Hier staat de Erasmusschool voor speciaal basisonderwijs. Verder is er een voormalig schoolgebouw (Aborg) dat nu dienst doet als studentenhuis. Meer naar het zuiden staat het Augustinuscollege.

Aan de westkant grenst het terrein aan het spoor Groningen-Sauwerd, en de westelijke ringweg. De Van Heemskerckstraat gaat onder het spoor en de ringweg door en vormt daarmee de directe verbinding met het voormalige Suikerunieterrein.

2.1.3 De gewenste ruimtelijk-functionele structuur

Het Encehaterrein is, samen met de Aborglocatie het laatste terrein binnen de ring dat zich nog onttrekt aan het openbare stadsleven. Tot voor enkele jaren geleden vormde het een verscholen woonplaats voor stadsnomaden, nu ligt het terrein er verlaten bij. De dynamiek van de stad heeft zich nu ook op dit terrein gericht. Dit is mede te danken aan de verdwijning van de Suikerfabriek uit de directe omgeving en een concentratie ervan in Hoogkerk. Het terrein is mede in het kader van de manifestatie Bouwjong! aangewezen voor Jongerenhuisvesting in het groen. Het belangrijkste uitgangspunt voor de ontwikkeling van dit terrein is dat het onderdeel van het netwerk van de stad gaat uitmaken. Dat betekent dat het een goede toegankelijkheid en een uitnodigende uitstraling gaat krijgen en dat ten gevolge van de te ontwikkelen woonfunctie er verschillende activiteiten ontplooid kunnen worden, nu en in de toekomst. Het plan is bedoeld voor een kleinschalige woonvorm voor studenten en starters op de woningmarkt die zelfstandig gehuisvest willen zijn en zich als zodanig willen presenteren. Er is bebouwing voorzien die in hoogte varieert tussen 2 en 5 bouwlagen. Daarmee kan worden ingespeeld op de verschillende stedenbouwkundige situaties en recht worden gedaan aan de schaal van de opgave en het programma. Daarnaast biedt het concept eventueel ruimte voor een aantal commerciële voorzieningen zoals bv. een kinderopvang, een café – restaurant, bedrijfsruimte voor startende ondernemers en dergelijke. Het plan heeft een groene ambiance, de gebouwen worden omgeven door groen, bestaand en nieuw. Tevens kan daarmee het groene karakter en de ecologische betekenis van de oever van het Hoendiep aan de kant van het Encehaterrein een openbaar karakter krijgen waarmee wellicht in de toekomst over het terrein de relatie naar het Suikerfabriekterrein gerealiseerd kan worden. Ook langs de spoorbaan kan het groene karakter en daarmee de kwaliteit worden versterkt.

Het parkeren moet voldoen aan de geldende normen volgens de Parkeernota en wordt opgelost onder een verhoogd openbaar plein. De wegenstructuur voor de auto-ontsluiting wordt tot een minimum beperkt en wordt aan het beoogde groene beeld ondergeschikt gemaakt. De monumentale bomen en de nieuwe groenvoorzieningen versterken dit beeld. De hoofdontsluiting van het terrein vindt plaats via de Van Heemskerckstraat. Ook vanaf de Admiraal de Ruyterlaan is op de plek van het huidige weggetje een ontsluiting van het gebied voorzien.

2.1.4 Randvoorwaarden voor ontwikkeling

Er geldt een aantal randvoorwaarden die in acht moeten worden genomen bij het ontwikkelen van het plangebied tot woongebied. In de diverse paragrafen in deze toelichting zijn zij beschreven. Een aantal ervan is opgenomen op onderstaande kaart.

afbeelding "i_NL.IMRO.0014.BP524VHeemskerckst-vg01_0005.jpg"

Van belang zijn vooral de volgende randvoorwaarden.

  • 1. wegverkeerslawaai: vanaf de rand van de ringweg geldt een geluidzone van 200 meter, vanaf het Hoendiep 100 meter.
  • 2. spoorweglawaai: vanaf de rand van het spoor geldt een geluidzone van 300 meter.
  • 3. externe veiligheid: er geldt een zone van 30 meter vanaf zowel de rand van de ringweg als die van het spoor, waarbinnen geen verblijfsfuncties zijn toegestaan. Een zone van 200 meter geldt als invloedsgebied. Dat betekent dat bij ontwikkeling de toename van het groeprisico moet worden verantwoord.
  • 4. bedrijven:
    • a. trafostation Van Heemskerckstraat: er geldt een richtlijnafstand voor veiligheid en gevaar van 30 meter vanaf de erfgrens alsmede een richtlijnafstand voor geluid van 50 meter (beiden uit VNG-uitgave Bedrijven en Milieuzonering).
    • b. bedrijven Admiraal de Ruyterlaan: er geldt een adviesafstand van 30 meter vanaf de erfgrens.
  • 5. ecologie: zowel vanaf de oever van het Hoendiep als de rand van het spoor geldt een indicatieve zone van 25 meter voor ecologische ontwikkeling.

Deze randvoorwaarden zijn nogal ingrijpend. Ze maken ontwikkeling van het terrein een moeilijke zaak. Onmogelijk is dit echter niet: door het treffen van maatregelen kunnen de aangegeven afstanden aanzienlijk worden verkleind. Te denken valt o.a. aan het toepassen van stil asfalt, het plaatsen van geluidschermen, het aanbrengen van dove gevels, het 'inpakken' van bebouwing (trafo) en het inrichten van openbare ruimte en groen (ecologie). Ook kunnen hogere grenswaarden geluid worden toegestaan op grond van de Wet geluidhinder en nadere afspraken met de bedrijven worden gemaakt.