direct naar inhoud van 3.2 Wegen met een bijzondere betekenis
Plan: Bestemmingsplan Binnenstad-Oost 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0014.BP508BinnenstadOos-vg01

3.2 Wegen met een bijzondere betekenis

Wegen met een bijzondere stedenbouwkundige betekenis zijn: het Damsterdiep, de W.A. Scholtenstraat, de Oostersingel en de Diepenring (Schuitendiep en Turfsingel).

afbeelding "i_NL.IMRO.0014.BP508BinnenstadOos-vg01_0026.png"

Wegen met een bijzondere stedenbouwkundige betekenis 

Het Damsterdiep

Ten gevolge van de demping van het water kende het Damsterdiep als ruimte een schaalprobleem (zoals overigens de meeste gedempte voormalige waterwegen). De bebouwingshoogte van de omringende randen was te laag ten opzichte van de grote maat van de openbare ruimte. Jarenlang heeft het Damsterdiep hierdoor niet goed gefunctioneerd in het stedelijk weefsel van de stad. De inrichting van de openbare ruimte was versnipperd en liet te wensen over. In functioneel opzicht verloor het gebied zijn karakter door de vestiging van overlastveroorzakende horeca, zoals coffeeshops.

Met de vestiging van grootschalige volumineuze detailhandel in het Sontpleingebied is ingestoken op een nieuwe koers. Het Damsterdiep moet, met de Oosterkade, de schakel worden tussen Sontplein en binnenstad. De oorspronkelijke functie van aanloopgebied naar de binnenstad moet weer worden verstevigd. Hierdoor worden bezoekers van het Sontplein gemakkelijker verleid tot ook een bezoek aan de binnenstad. Daarnaast is het Damsterdiep het voorportaal van de oostelijke binnenstad. Het Damsterdiep en de Nieuweweg zijn belangrijk als broedplaats voor binnenstadsfuncties.

Om de gewenste impuls te krijgen is een parkeergarage aangelegd onder het Damsterdiep. Deze geldt als bronpunt voor bezoekers aan de binnenstad. De Nieuweweg is in dit verband een belangrijke verbinding. De realisatie van een pleinafsluitend gebouw voor woningcorporatie Nijestee zorgt ervoor dat het plein intiemer en knusser wordt. De grote maat van de openbare ruimte wordt zo duidelijker begrensd. Tevens zorgt de herinrichting ervoor, dat het plein een verblijfsfunctie krijgt in plaats van een verkeersfunctie. Door deze herwaardering moet het Damsterdiep weer een prettig entree- en verblijfsgebied worden met aantrekkelijke functies.

Op dit moment kent de bebouwing aan het plein al veel gemengde functies (detailhandel, horeca, bedrijvigheid) met veelal wonen op de verdieping. Deze mix moet worden behouden. De aanwezigheid van een parkeergarage kan hierin een impuls betekenen.

Aan de westkant van het Damsterdiep wordt de openbare ruimte gekenmerkt door kleinschalige losse bebouwing, die zorgt voor maat en schaal in het profiel. In de stedenbouwkundige opbouw speelt vooral het aan het water gelegen bebouwingsblok bij de Steentilbrug een belangrijke rol. De aansluiting van het centrum op het gedempte Damsterdiep wordt erdoor geaccentueerd, terwijl de insnoering van het Schuitendiep in samenhang met de knik in de bebouwingswand van de straat Voor 't voormalig Klein Poortje een ruimtelijke afgrenzing vormt ten opzichte van de open Oosterhaven aan de buitenzijde van de historische stad. Deze specifieke plek langs de Diepenring rond het centrum is vergelijkbaar met die bij de A-brug, waar ook losse bebouwing op de kade de entree van de binnenstad accentueert.

De Diepenring

De bebouwing langs de Diepenring bepaalt voor een belangrijk deel het gezicht van de wijk. Dit beeld is rijk en gevarieerd, ook qua functie. Het gebied kent een binnenstedelijk karakter met een aantal grote monumentale stedelijke functies en gebouwen (schouwburg, gymnasium, woongebouw Bouma en de randbebouwing op het terrein van de voormalige stroopfabriek). Met uitzondering van het gebied tussen de Gymnasiumstraat en de W.A. Scholtenstraat komen stedelijke functies (winkels/bedrijven) vrijwel aaneengesloten op de begane grond voor. De woonfunctie is langs de Diepenring vooral aanwezig op de verdiepingen. Aan deze zijde van het water is ook het wonen op het water goed vertegenwoordigd.

De Diepenring heeft als verdeelring rond het directe centrum een belangrijke verkeersfunctie. De diverse bruggen verbinden de beide stadsdelen en liggen op ongeveer gelijke afstand van elkaar. Tussen de Maagdenbrug en Sint Jansbrug is die afstand verdubbeld. De reden hiervan ligt besloten in de historie van de stad. Enerzijds was er de relatief geringe bebouwingsdichtheid van het centrum op deze plek met veel groen, zoals het Martinikerkhof en de Prinsentuin. Anderzijds bleef door de van oorsprong slechte grondslag het gebied ter plekke van de huidige Walstraat en omstreken lang leeg. Daardoor was er geen economische noodzaak om een extra brug te realiseren.

De Diepenring heeft de potentie om het visitekaartje van de binnenstad te worden. Een smalle gracht met brede kades biedt ruimte voor wonen op het water, recreatie en horecamogelijkheden (terrassen). Op dit moment is de Diepenring onaantrekkelijk vanwege de verkeersfunctie. Twee rijbanen per zijde en een groot aantal parkeervakken eisen veel van de beschikbare ruimte op. In 2010 is de Visie Diepenring vastgesteld om de aantrekkelijkheid van het gebied te versterken (zie verder paragraaf 4.1).

De W.A. Scholtenstraat

De W.A. Scholtenstraat is één van de belangrijkste openbaar-vervoerroutes van de stad. Heel noordoost-Groningen wordt via de W.A. Scholtenstraat direct met het centrum verbonden. Voor het overige verkeer is het momenteel een belangrijke doorgaande route vanaf het centrum de stad uit. Het gebied ten noorden van het UMCG wordt compleet heringericht waarbij de Antonius Deusinglaan wordt verlegd. Langs de W.A. Scholtenstraat zijn aaneengesloten naast elkaar diverse stedelijke functies (kantoren, kerk, detailhandel) aanwezig. Het wonen is ruim aanwezig, voornamelijk op de verdiepingen.

De Oostersingel

De Oostersingel vormt voor een groot deel de oostelijke begrenzing van het plangebied. Zowel ruimtelijk als functioneel is het een duidelijke grens. Over bijna de volle lengte bepaalt het UMCG aan de oostzijde van de straat het ruimtelijk beeld met de forse maat van de bij deze functie behorende bebouwing. Ook functioneel is het verschil tussen de monofunctie van het UMCG aan de ene kant en de bebouwing en woonfunctie aan de andere kant evident. Functionele relaties tussen beide gebieden zijn schaars. Alleen ter hoogte van de voormalige hoofdentree aan de Oostersingel heeft een functionele ontwikkeling gerelateerd aan het UMCG plaatsgevonden in de vorm van de vestiging van een aantal winkels en horecagelegenheden.

Aan de oostzijde van de Oostersingel is het gedeelte tussen Steentilkade, Oostersingeldwarsstraat, Oostersingel en Damsterdiep meegenomen in het plangebied. Dit gesloten bouwblok bestaat uit bebouwing van twee tot drie lagen, veelal met kap afgedekt en op een enkele plaats vier lagen. De percelen zijn diep, waardoor in enkele gevallen op het achtererf nieuwe volumes zijn gebouwd. Deze worden ontsloten via de Oostersingeldwarsstraat. Het gesloten bouwblok is een fraaie afronding van het stadsdeel aan de oostkant.