direct naar inhoud van 2.1 Archeologie
Plan: Bestemmingsplan Ebbingekwartier
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0014.BP506Ebbingekwarti-oh01

2.1 Archeologie

Het plangebied ligt op de oostflank van het noordelijk deel van de Hondsrug. Deze flank vormt de westelijke oever van het Hunzedal. De maaiveldhoogte verschilt hier van 0.4 tot 1 meter + NAP.

De bodemopbouw varieert in het gebied. Over het algemeen bestaat de bodem uit een deklaag van klei met een zandige (ophoog)laag. Onder het Ebbingekwartier is de kleilaag plaatselijk vergraven.

Onder een naar het westen dunner wordend kleipakket, uit zee aangevoerd via de Hunze, ligt waarschijnlijk een dun veenpakket, daaronder zogenaamd dekzand. De bovenzijde van het dekzand helt naar het oosten relatief sterk af en zal hier en daar kleine plateaus bevatten, evenals insnijdingen door beken en dergelijke. Onder dit zandpakket liggen keileem en potklei. De diepte waarop de potklei voorkomt wordt groter van west naar oost. In het Ebbingekwartier bevindt deze zich op circa 8 meter beneden het maaiveld, ter plaatse van de Bloemsingel op -10 meter.

Uit archeologisch oogpunt mogen belangrijke sporen uit de prehistorie worden verwacht in het dekzand. Tot circa 1000 voor Chr. moet dit dekzand aan het oppervlak hebben gelegen.