direct naar inhoud van 5.3 Overleg
Plan: Bestemmingsplan Oosterhoogebrug en Ulgersmaborg
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0014.BP491OosterhbUborg-oh01

5.3 Overleg

Het voorontwerp-bestemmingsplan is in het kader van het in artikel 3.1.1 Bro voorgeschreven overleg toegezonden aan:

  • 1. provincie Groningen
  • 2. inspectie VROM
  • 3. ministerie van Verkeer en Waterstaat, directie Noord-Nederland
  • 4. ministerie van Economische Zaken
  • 5. ministerie van Landbouw, Natuurbehoud en Visserij, Directie Noord
  • 6. ministerie van Defensie, Dienst Vastgoed Defensie, Directie Noord
  • 7. rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten (RACM)
  • 8. waterschap Noorderzijlvest
  • 9. hulpverleningsdienst Groningen, afd. Brandpreventie
  • 10. regionale brandweer
  • 11. NV Nederlandse Gasunie
  • 12. TenneT
  • 13. NV Waterbedrijf Groningen
  • 14. KPN Telecom
  • 15. Enexis (voorheen Essent Netwerk BV)
  • 16. Ziggo (voorheen @home)
  • 17. VNO-NCW Noord.

De volgende reacties zijn ontvangen, waarbij zonodig het gemeentelijk commentaar wordt weergegeven.

1. provincie Groningen

De provincie Groningen heeft twee opmerkingen:

- In tegenstelling tot het bepaalde in artikel 4.14 van de Omgevingsverordening provincie Groningen 2009, bevat het bestemmingsplan bouwmogelijkheden voor reclamemasten hoger dan zes meter. Ik verzoek u de planregels zodanig aan te passen, dat de bouw van reclamemasten hoger dan zes meter is uitgesloten.

Commentaar:

Deze bouwmogelijkheid wordt aangepast in de regels.

- Het plangebied grenst aan de westzijde aan het Van Starkenborghkanaal. Hier bevindt zich het bedrijventerrein Ulgersmaweg. Als vaarwegbeheerder hanteert de provincie een bebouwingsvrije zone langs het kanaal van 20 meter.Ik stel vast dat daar waar dat mogelijk is, u deze zone in acht hebt genomen. Er bevinden zich echter ook bedrijfsgebouwen op dichter dan 20 meter van het kanaal. In die gevallen is sprake van een kleinere bebouwingsvrije zone. Het uitgangspunt is dat overal een bebouwingsvrije zone van 20 meter wordt aangehouden. Gelet hierop wijs ik erop - wellicht ten overvloede - dat voor zover het bedrijventerrein wordt gerevitaliseerd of plaats maakt voor andere functies, bijvoorbeeld wonen, in de nieuwe situatie uitgegaan moet worden van deze bebouwingsvrije zone van 20 meter.

Commentaar:

De bestaande rechten van eigenaren van gebouwen zijn bij het bepalen van de bouwgrens gerespecteerd. Bij nieuwe gebouwen zal de 20 meterzone waar mogelijk in acht genomen worden.

2. de inspectie VROM namens alle betrokken rijksdiensten

De inspectie heeft geen aanleiding tot het maken van opmerkingen.

3. het waterschap Noorderzijlvest:

het waterschap is accoord met het plan maar heeft één opmerking: vegetatiedaken tellen niet mee in het vaststellen van de waterberging.

Commentaar:

Strikt gesproken heeft het waterschap gelijk. Maar naar onze mening kunnen groene daken een vertragend effect hebben op de afvoer van water (mits gekozen wordt voor de nieuwste technieken). Indien dit het geval is zou het waterschap kunnen bepalen dat dit een bijdrage levert in de te maken waterberging. In de meeste projecten in de stad is het lastig waterberging te creëeren. Als het waterschap hierin stimuleert door dit te gaan zien als gering deel van de totale compensatie wordt deze maatregel (die ook bijdraagt aan het klimaat en CO2 -reductie) eerder door ontwikkelaars toegepast. Tevens ontwikkelt het de ecologie.

4. Hulpverleningsdienst Groningen, gezamenlijke reactie van afdelingen Brandpreventie en Regionale Brandweer

  • De Regionale Brandweer zegt dat het plangebied ligt in de invloedsgebieden van enkele risicobronnen. Hierdoor is beoordeling van het groepsrisico noodzakelijk.

Commentaar:

Voor de risicobronnen waarvoor het groepsrisico nog niet (voldoende) is beschouwd is aanvullend onderzoek gedaan, waarvan de conclusies zijn opgenomen in paragraaf 3.4.5.

  • De Regionale Brandweer adviseert de externe veiligheidsparagraaf uit te breiden en/of de veiligheidsstudie als bijlage op te nemen.

Commentaar:

De veiligheidsstudie is verwerkt als bijlage en er is een aanvulling gedaan op de veiligheidsparagraaf.

  • In de externe veiligheidsparagraaf wordt een samenvatting gegeven van de externe veiligheidsrisico's veroorzaakt door LPG tankstation Ronda, LPG station Eurokartracing en het Van Starkenborghkanaal. De N46 en de N360 blijven hierbij echter buiten beschouwing.

Commentaar:

In de veiligheidsparagraaf zijn de N46 en de N360 nu benoemd.

  • De Regionale Brandweer adviseert een Groepsrisicoverantwoording op te stellen en de bijdrage van de brandweer daarin mee te nemen.

Commentaar:

Een groepsrisicoverantwoording en de bijdrage van de brandweer zijn nu opgenomen in de veiligheidsstudie en de veiligheidsparagraaf.

5. NV Nederlandse Gasunie

De Gasunie heeft een viertal opmerkingen.

  • de ligging van de op de verbeelding opgenomen gasleiding moet worden gecorrigeerd, deze is onjuist.
  • groepsrisicoberekening: deze moet de gemeente zelf uitvoeren met het programma Carola.
  • de regels in de dubbelbestemming 'Leiding - Gas' worden onvoldoende geacht voor een veilig en bedrijfszeker gastransport en voor beperking van gevaar voor personen en goederen in de directe omgeving van de leiding. Voorgesteld wordt de regels aan te passen volgens bijgeleverd voorstel.
  • in de toelichting is sprake van 2 aardgastransportleidingen, er is echter slechts sprake van één.

Commentaar:

  • de ligging op de kaart is gecorrigeerd
  • de groepsrisicoberekening is uitgevoerd en de uitkomst is verwerkt in de milieuparagraaf.
  • de regels voor de dubbelbestemming Leiding - Gas zijn uitgebreid met een stelsel voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden. Daarmee is aan het verzoek voldaan.

6. TenneT

TenneT verzoekt om de regels voor deze dubbelbestemming te formuleren zoals aangegeven in de reactie.

Commentaar:

De gemeente Groningen hanteert een eigen standaard voor de regels bij deze dubbelbestemmng. Weliswaar zijn zij anders geformuleerd dan TenneT doet, maar inhoudelijk is er geen verschil. Bij afwijkingen ten behoeve van de bouw van bouwwerken moet de leidingbeheerder altijd worden geraadpleegd en mag geen onveilige situatie ontstaan. Er is dan ook geen aanleiding om de regels te wijzigen.