direct naar inhoud van 4.3 Ecologie
Plan: Bestemmingsplan Pop Dijkemaweg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0014.BP468PopDijkemaweg-vg01

4.3 Ecologie

Ecologische groenstructuur

Het plangebied vormt onderdeel van een vrij oud bedrijfsterrein aan de oostkant van de stad. De bedrijven zijn grondgebonden. Er zijn geen hogere accenten. Groen en water zitten voornamelijk aan de randen van het plan. Aan de westkant van het plan tegen het Oostersluiscomplex aan liggen bermen die onderdeel vormen van de door de raad vastgestelde Groenstructuur en Ecologische Structuur. Deze bermen vormen een deel van het totale groengebied rond de Oostersluis, dat als een kerngebied voor met name vlinders, amfibieƫn en kleine grondgebonden zoogdieren wordt beschouwd. Ook de bermen van het Stratinghpad, dat vrijwel in het verlengde van de ecologische verbindingszone Stadsweg ligt, horen als ecologische verbindingszone tot de vastgestelde Stedelijke Ecologische Structuur.

Natuurwaarden

Natuurwaarden worden vooral gevonden in de bermen rond het Oostersluiscomplex. Het gaat om typische bermplanten als de gele morgenster, maar ook om de beschermde rietorchis. Daarnaast om amfibieen, vlinders en kleine grondgebonden zoogdieren. In de woningen met klassieke pannendaken zijn mogelijkheden voor huismussen, roodstaarten, spreeuwen en kauwen.

De daken van bedrijf 31 C worden door visdiefjes gebruikt als broedlocatie. De visdief is van oorsprong een kweldervogel. Het is een zeldzame en beschermde soort die op een aantal daken in de stad tot broeden komt.

In de boomkruinen van de essen langs de Pop Dijkemaweg zijn aanwijzingen voor het bestaan van roekennesten. Deze gelden als vaste verblijfplaatsen en zijn jaarrond beschermd.

Gewenste ontwikkeling

Het is gewenst groen toe te voegen aan de stedelijke ecologische structuur ter plaatse van het Stratinghpad conform de door de raad vastgestelde Stedelijke Ecologische Structuurkaart.

Inrichting en beheer van alle gebieden moet zoveel mogelijk afgestemd zijn op het Doelsoortenbeleid Noord. In dit geval betreft dat speciale aandacht voor mogelijkheden voor zeldzame planten als agrimonie, rietorchis en paarse morgenster, vlinders, amfibieƫn, roodstaarten, huismus, visdiefjes en vleermuizen. Door middel van het aanbrengen van kunstmatige nestgelegenheid kunnen deze vogelsoorten geholpen worden. Voor visdiefjes zijn dat grinddaken.

Tevens moet nadrukkelijk gekeken worden naar het toepassen van vegetatiedaken. Primair voor vertraging en vasthouden van water en fijnstof en voor isolatie, maar daarnaast ook als leefplaats voor planten en dieren.

De boomstructuur langs de Pop Dijkemaweg is waardevol voor vogels en vleermuizen als nestplaats, voedselvoorziening en trekroute.

Wet en regelgeving

Door middel van quickscans en zonodig nader onderzoek dienen ruimtelijke ontwikkelingen getoetst te worden aan de Flora- en faunawet en aan het stedelijke ecologisch beleid.

De afstand tot de Ecologische Hoofdstructuur bedraagt ongeveer vijf kilometer. De afstand tot het dichtbijgelegen Natura-2000 gebied Zuidlaardermeer bedraagt ruim 10 kilometer.

Omdat er in dit plan geen nieuwe ontwikkelingen zijn voorzien en gezien de afstand en de afscherming door bestaande bebouwing is er geen sprake van invloed ten gevolge van het voorliggend plan op beide gebieden.