direct naar inhoud van Bijlage 2 Inspraakverslag
Plan: Bestemmingsplan De oude Hortus
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0014.BP460DeoudeHortus-oh01

Bijlage 2 Inspraakverslag

Inleiding

In de Gezinsbode van 8 april 2009 is de mogelijkheid om gedurende vier weken in te spreken op het voorontwerp-bestemmingsplan De oude Hortus gepubliceerd. Op 23 april 2009 tussen 17.00 en 19.00 uur kon eenieder in het Heerenhuis, Spilsluizen 9 te Groningen binnenlopen tijdens een inloop-inspraakbijeenkomst om een mondelinge reactie te geven op het voorontwerp-bestemmingsplan. Namens de gemeente waren aanwezig: J. Oeben (projectleider) en R.Meinderts (jurist).

Verslag inspraakbijeenkomst d.d. 23 april 2009

Van de gelegenheid om mondeling in te spreken hebben 11 omwonenden van de Hortus gebruik gemaakt.

De reacties op het voorontwerp-bestemmingsplan

De heer Oeben geeft een toelichting op de totstandkoming van het bestemmingsplan.

Mevrouw Meinderts geeft een toelichting op de vormgeving van het bestemmingsplan en op de bestemmingsplanprocedure. Wat betreft de vormgeving: Het voorontwerp-bestemmingsplan moest worden opgesteld overeenkomstig de nieuwe landelijke en/of plaatselijke standaarden en eisen. Dit betekent onder meer, dat er geen aparte kaart met monumentale en beeldbepalende panden meer bij het bestemmingsplan zit, dat een aantal zaken zoals een beschrijving in hoofdlijnen niet meer in de voorschriften is opgenomen en dat de bouwhoogte in meter in plaats van in bouwlagen wordt aangegeven. De plankaart en de voorschriften zien er door de standaardisering anders uit. Bij de totstandkoming van het bestemmingsplan is er, ondanks de noodzakelijkerwijs andere vormgeving, naar gestreefd om – met uitzondering van de inhoud van de raadsmotie en voor zover mogelijk de afspraken over nieuwbouw met de buurt - de inhoud van het voorontwerp-bestemmingsplan gelijk te houden aan het vigerende bestemmingsplan.

De reacties op het voorontwerp-bestemmingsplan zijn hierna samengevat.

Bebouwing in de rand van het bouwblok ter hoogte van het speelplaatsje

Inspraakreactie

De insprekers zijn verbaasd dat de grond aan de rand van de tuin ter hoogte van het speelplaatsje volgens het voorontwerp-bestemmingsplan mag worden bebouwd. Gesteld wordt, dat in de vaststellingsovereenkomst staat dat het zicht op de tuin zal vrijblijven van bebouwing en dat dat ook staat in de raadsmotie. Bij een eerdere versie van de plankaart, waarop de rooilijn rechtdoor was getrokken, heeft de buurtvereniging gezegd het daarmee oneens te zijn. Daarop is tegemoet gekomen aan de wens van de buurt betreffende het vrijhouden van bebouwing ter plaatse van het speelplaatsje, maar er is niet tegemoet gekomen aan de wens betreffende het vrijhouden van bebouwing ter plaatse van het vakwerkhuisje. De gemeente interpreteert de afspraken nu zo, dat alleen niet in de binnentuin mag worden gebouwd. Er is in de vaststellingsovereenkomst gezegd waar wel en waar niet mag worden gebouwd. Als de raad aangeeft waar wel mag worden gebouwd, betekent dat nog niet dat de rest wel mag worden bebouwd, bijvoorbeeld omdat het niet expliciet is uitgesloten. Reeds vanaf 1992 is geprotesteerd tegen gesloten bouwblokken; hier komen problemen van.

Gemeentelijke reactie

De heer Oeben stelt, dat is getracht de raadsmotie in het bestemmingsplan te vertalen en voor het overige het oude bestemmingsplan zo goed mogelijk over te nemen in het nieuwe bestemmingsplan. Hij dacht dat met het vrijlaten van de speelplek was voldaan aan de motie. De tekst van de motie wordt in de ontwerp-versie van het nieuwe bestemmingsplan opgenomen.

Duidelijk is dat de insprekers vinden dat dit stukje rand niet moet worden ingevuld en dat zij het gewenst vinden dat de grens van het groen in het verlengde van de bestaande voorgevel van de bebouwing moet liggen.

Monumentale bo(o)m(en)

Inspraakreactie

Een bewoner stelt dat de monumentale boom niet de enige boom in de Hortustuin is die monumentaal is. En het is de vraag of de prachtige gingko door de bestemming Maatschappelijk niet wordt overwoekerd.

Gemeentelijke reactie

Het is in het algemeen ongewenst en niet conform de gemeentelijke standaard om monumentale bomen op de plankaart van een bestemmingsplan op te nemen. Hiervoor zijn andere wettelijke kaders. Voor de boom aan de Nieuwe Kijk in 't Jatstraat is op uitdrukkelijk verzoek van de universiteit een uitzondering gemaakt, mede gezien de ligging midden tussen de bebouwing. (P.M. Vanwege de standaardisering is ook deze boom inmiddels van de plankaart en uit de regels geschrapt.)

Verschil tussen het voorontwerp-bestemmingsplan en het vigerende bestemmingsplan

Inspraakreactie

Een bewoner stelt dat op de plankaart aan de zuidzijde een puist aan de randbebouwing staat getekend; deze is erbij gekomen.

Gemeentelijke reactie

De heer Oeben verduidelijkt dat het hier gaat om bestaande bebouwing; de oude plankaart was veel globaler getekend ten opzichte van het vorige plan.

Verschil tussen het voorontwerp-bestemmingsplan en de feitelijke situatie

Inspraakreactie

Gesteld wordt dat de toegestane bouwhoogte, vier bouwlagen, meer is dan het bestaand aantal bouwlagen. Gewenst zijn: twee bouwlagen en met een schuin dak. Dat is van belang voor de overkant.

Gemeentelijke reactie

De heer Oeben antwoordt dat de gemeente ernaar heeft gestreefd de inhoud van het voorontwerp-bestemmingsplan gelijk te houden aan het vigerende bestemmingsplan. Daarin zijn ook vier bouwlagen toegestaan (P.S. dit is later gewijzigd.).

Overige opmerkingen

Inspraakreactie

Opgemerkt wordt dat het voorontwerp-bestemmingsplan:

  • een goede weergave biedt van de voorgeschiedenis van het voorliggend bestemmingsplan;
  • niet op het Internet te vinden was.

Gemeentelijke reactie

Een check door de gemeente (achteraf) heeft opgeleverd dat de tekst van en de kaart bij het plan steeds heeft gestaan onder: bestemmingsplannen.groningen.nl

Slot

De heer Oeben besluit met de constatering dat bebouwing ter hoogte van het vakwerkhuisje een knelpunt is en dat dit onderwerp zal worden voorgelegd aan de verantwoordelijke wethouder. Over diens reactie zal de heer Oeben telefonisch bericht geven aan één van de bewoners.

(Inmiddels heeft de verantwoordelijke wethouder laten weten dat de mogelijkheid van bebouwing op de bedoelde plek wordt geschrapt, zodat deze niet meer voorkomt in het ontwerp-plan.)

Schriftelijke inspraakreacties

De schriftelijke inspraakreacties zijn hierna samengevat en van een gemeentelijke reactie voorzien, en in de bijlage van deze plantoelichting integraal opgenomen.

Gedurende de inspraakperiode zijn twee schriftelijke inspraakreacties binnengekomen en wel van:

1. De Bewonersorganisatie Hortusbuurt en omwonenden Oude Hortus, mede namens 38 andere insprekers, die de inspraakreactie onderschrijven;

2. Een bewoner aan de Grote Rozenstraat.

Ad 1. Inspraakreactie van de bewonersorganisatie Hortusbuurt

Gesteld wordt dat het nieuwe bestemmingsplan niet in alle opzichten een correcte vertaling van de raadsmotie van december 2007 is. Deze motie behelsde: a. bebouwing in het westelijk deel van de oude Hortustuin moet niet meer mogelijk zijn, b. de in de vaststellingsovereenkomst tussen RuG en buurt overeengekomen uitbreidingsplannen moeten via direct bouwrecht mogelijk worden. Opmerkingen zijn er ten aanzien van de volgende punten.

  • a. Aan de plaats van het voormalig vakwerkhuisje is een bouw- in plaats van groenbestemming gegeven; echter, na bezwaren tijdens de inspraak is aan deze bezwaren tegemoet gekomen.
  • b. De in de vaststellingsovereenkomst tussen RuG en buurt overeengekomen uitbreidingsplannen moeten via direct bouwrecht mogelijk worden, maar de wijzigingen mogen niet meer bouwmogelijkheden bieden dan afgesproken is. In het bestemmingsplan is de bouwgrens aan de zuidzijde op 14 meter uit de straat gelegd; feitelijk is er een grote differentiatie. In het bestemmingsplan is de hoogte op 15 meter gesteld, maar in de vaststellingsovereenkomst is 12.2 meter hoogte toegestaan aan de Grote Rozenstraat 19 t/m 27. De gehele vaststellingsovereenkomst zou moeten worden opgenomen in het bestemmingsplan.
  • c. Een extra kaart waarop het beschermd stadsgezicht aangegeven is en welke de monumentale en beeldbepalende panden zijn, is gewenst.
  • d. Ten opzichte van het vigerend plan mist de bestemming Tuin de kwalificaties beschermd/verborgen/ monumentaal groen en heeft de bestemming veel ruimere doeleinden en minder strakke bebouwingsvoorschriften. Gewenst is vermelding van de stinzeflora als te beschermen waarde. In bijlage 5.3 Nadere eisen wordt gezegd dat B&W nadere eisen kunnen stellen aan plaats en afmetingen t.b.v. de op de kaart aangegeven monumentale boom. Er zijn meer dan 1 monumentale bomen, zoals de oude liaan en de boom achter Grote Rozenstraat 15; het is gewenst deze te vermelden.

Gemeentelijke reactie

Ad a.: Bij het opstellen van het bestemmingsplan is ervan uitgegaan dat uitsluitend het gebied binnen de randbebouwing onbebouwd diende te blijven. Echter, om tegemoet te komen aan de insprekers is een zodanige wijziging van het voorontwerp-bestemmingsplan doorgevoerd dat ter plaatse van het voormalige vakwerkhuisje óók geen randbebouwing is toegestaan. Uiteraard is het laatste woord aan de raad bij de vaststelling van het voorliggend bestemmingsplan.

Ad b.: De afspraken in de vaststellingsovereenkomst zijn in beginsel een privaatrechtelijke zaak tussen de buurt en de universiteit. De inhoud van het voorontwerp-bestemmingsplan was daarom in eerste instantie gelijk aan het vigerende bestemmingsplan, met uitzondering van de inhoud van de raadsmotie en de afspraken over nieuwbouw. Gezien de gevoeligheid van de uitbreidingsmogelijkheden op deze locatie is in overleg met de buurt en de RuG is besloten om de vaststellingsovereenkomst te vertalen in het bestemmingsplan.

Het verschil is dat de bouwhoogte in meters in plaats van in bouwlagen is aangegeven, vanwege de landelijke standaardisering van bestemmingsplannen. De vaststellingsovereenkomst is in bijlage 3 opgenomen.

Ad c.: Een bestemmingsplan kent onder de nieuwe wet nog maar één plankaart. Daarop hoort inderdaad ook het beschermd stadsgezicht Binnenstad te worden aangegeven. Begrenzing van het beschermd stadsgezicht is door de zeer beperkte omvang van het plangebied niet mogelijk. Wel is in de ontwerp-versie van het bestemmingsplan aan het gehele plangebied een dubbelbestemming Beschermd stadsgezicht gegeven.

Een plankaart waarop monumenten en beeldbepalende panden staan, wordt door de gemeente - juist naar aanleiding van de voorgeschiedenis van het voorliggend bestemmingsplan – als zeer onwenselijk gezien. Een dergelijke vermelding op een plankaart heeft, zoals ook in het vigerend bestemmingsplan reeds is gesteld, geen juridische waarde, omdat monumenten en beeldbepalende panden niet via een bestemmingsplan – maar via een procedure op grond van de Monumentenwet -worden aangewezen; dit wordt vaak niet begrepen als dergelijke panden toch voorkomen op een bij het plan behorende kaart. Daarbij komt dat de Wet ruimtelijke ordening een dergelijke vermelding niet vereist. Tot slot is het een nadeel, dat plankaarten waarop dergelijke panden staan moeilijker leesbaar zijn door de veelheid aan informatie. In het kader van de gemeentelijke standaardisering van bestemmingsplannen komen aanduidingen van beeldbepalende en monumentale panden daarom niet meer voor.

Ad d.: Het voorliggend bestemmingsplan is opgesteld met inachtneming van de door rijk en gemeente voorgestane / voorgeschreven standaardisering. Dit betekent een soberder plan, dat overigens wel afdoende bescherming voor te behouden waarden biedt, uiteraard voor zover mogelijk op grond van de Wet ruimtelijke ordening. Een bestemmingsplan kan juridisch geen eisen stellen aan de inrichting van een gebied en aan de soort planten of bomen die zijn toegestaan. Bescherming van soorten, bijvoorbeeld stinzenflora, is niet afdwingbaar via de Wet ruimtelijke ordening, omdat een bestemmingsplan bouwregelgeving betreft. Echter, de volgende opgenomen waarborgen voor behoud van de omvang van de tuin zijn opgenomen: a. met uitzondering van de door buurt en RuG overeengekomen overbouwing staat het voorliggend bestemmingsplan geen uitbreiding van bebouwing toe ten opzichte van het vigerende plan; b. onder de bestemming Tuin staat aangegeven dat de bestemming mede ten doel heeft ecologische waarden te beschermen; c. onder de bestemming Tuin is een aanlegvergunningstelsel opgenomen.

Wat betreft monumentale bomen: Er is inderdaad meer dan één monumentale boom aanwezig. Echter, omdat monumentale bomen binnen andere wettelijke kaders voldoende bescherming krijgen en onder meer om parallelle (dus verwarrende) procedures te voorkomen, worden in het kader van de standaardisering van bestemmingsplannen individuele bomen niet op de plankaart opgenomen. Er is daarom voor gekozen de vermelding monumentale boom weg te laten op de plankaart. Ten behoeve van het bestemmingsplan heeft geen inventarisatie van bomen plaatsgevonden, omdat het plan geen extra bouwmogelijkheden op het binnenterrein biedt.

Ad 2. De bewoner aan de Grote Rozenstraat

Er zijn de volgende vraag- en kritiekpunten op het bestemmingsplan:

a. De bouwgrens van de maatschappelijke bestemming is te ruim gedefinieerd. Dit is van belang in verband met het overhoekse uitzicht en de lichttoetreding.

b. Het zou logischer zijn (toekomstige) bebouwing aan de grote Kruisstraat in de oorspronkelijke rooilijn van deze straat mogelijk te maken en daarom het plangebied te vergroten.

c. Het is gewenst de bouwhoogte aan de Grote Rozenstraat af te stemmen op de huidige situatie.

d. Wat wordt met korrelgrootte bedoeld? Het is gewenst de bestaande feitelijke korrelgrootte te behouden.

e. Het is de vraag of er maar één monumentale boom in de tuin is.

Gemeentelijke reactie

Ad a. Verwezen kan worden naar de gemeentelijke reactie onder 1a: het bestemmingsplan is zodanig aangepast, dat de zuidwestrand van het plangebied onbebouwd blijft.

Ad b en c. De aanleiding voor bestemmingsplan De oude Hortus is aangegeven in hoofdstuk 1. Het voorliggend bestemmingsplan is: uitvoering geven aan de raadsmotie d.d. 19 december 2007 en het verwerken van de vaststellingsovereenkomst. Dit heeft de omvang van het plangebied bepaald.

Ad c. Zie de gemeentelijke reactie onder 1b.

Ad d. Voor een toelichting op het begrip korrelgrootte kan worden verwezen naar paragraaf 6.3 van de Juridische toelichting onder 'artikel 1'. Hier staat: “De korrelgrootte is afgeleid uit de, in een gebied aanwezige, pandbreedten. Daarbij zijn de extreme waarden (verstoringen) buiten beschouwing gelaten. Ter voorkoming van misverstanden: korrelgrootte en pandbreedte zijn niet synoniem. Een pand kan uit meer dan éénmaal de korrelgrootte zijn opgebouwd. Het is een hulpmiddel om de gevelwand te structureren en de kleinschaligheid te beschermen.”

Ad e. Zie de gemeentelijke reactie onder 1d.