direct naar inhoud van 4.6 Water
Plan: Bestemmingsplan Kleine Dorpskernen Ten Boer
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0009.BP023KleineDorpker-vg01

4.6 Water

Het belang van water is de afgelopen tijd breed onder de aandacht gekomen, onder andere door de discussie over de klimaatontwikkelingen en ook door lokale gebeurtenissen de afgelopen jaren. Deze aandacht is tot uitdrukking gekomen in veel nieuw beleid en aangepaste wet- en regelgeving. Zowel voor de waterkwantiteit als -kwaliteit liggen er in Nederland grote opgaven. Een deel van deze opgaven valt onder de verantwoordelijkheid van gemeenten. De verantwoordelijkheden van de gemeente op het gebied van water en riolering worden in het nieuwe Gemeentelijke Water- en Rioleringsplan (GWRP) vertaald in concrete projecten en maatregelen.

Het waterschap heeft een belangrijke taak met betrekking tot het waterbeheer gekregen. In een waterbeheerplan dient het waterschap functies aan het water te geven. Daarbij dient het waterschap tevens voor afstemming te zorgen met het ruimtelijke beleid. De gemeente Ten Boer, c.q. het plangebied Kleine Dorpskernen Ten Boer, valt in het werkgebied van het waterschap Noorderzijlvest.

In onderstaande tabel is het beleidskader weergegeven. Het riolerings- en waterbeleid voor Ten Boer is vastgelegd in het Gemeentelijk Water- en Rioleringsplan 2011-2015.

afbeelding "i_NL.IMRO.0009.BP023KleineDorpker-vg01_0044.jpg"

Burgemeester en wethouders van Ten Boer hebben in hun collegeprogramma aangegeven dat de nadruk ligt op het zuinig omspringen met voorzieningen. Dat geldt ook voor het omgaan met en het gebruik van water. Daarnaast wil het college samen met de inwoners zorg dragen voor de kwaliteit van het openbaar groen. Dat geldt ook voor het water dat onderdeel is van dit openbaar groen.

De natuurlijke relatie van water met zijn omgeving ligt in steeds sterkere mate (mede) ten grondslag aan de ruimtelijke ontwikkeling. Het water als medeordenend principe. Water legt verbindingen tussen bodem, natuurlijke ontwikkeling en de gesteldheid en beleving van de woon- en werkomgeving.
Bij de planvorming wordt in een vroegtijdig stadium overleg met waterbeheerders gezocht (watertoets). In het kader van de watertoets zal nadere uitwerking van de principes van afwatering en ontwatering in relatie tot de waterkwaliteit en de waterkwantiteit plaats moeten vinden in overleg met de waterbeheerder. Het waterschap vervult een adviserende en toetsende rol.

Waterstructuur

In het overgrote deel van de gemeente Ten Boer en daarmee ook in de omgeving van het plangebied, staat de agrarische functie van het water voorop. Hoofdwatergangen zijn voorzien van de bestemming Water. Hieronder vallen het Damsterdiep bij Garmerwolde, Ten Post en Winneweer, het Lellenstermaar bij Lellens, het Geweide bij Thesinge, de Woltersumer Ae en het Lustige Maar bij Woltersum. Ook een watergang rondom het kerkhof van Wittewierum, een aantal watergangen in het agrarisch gebied bij Ten Post en wat zijtakken van het Damsterdiep bij Ten Post hebben een specifieke waterbestemming gekregen. Kleinere sloten of watergangen vallen binnen andere bestemmingen, zoals Wonen, Tuin of Groen. Hieronder zijn twee overzichtskaarten van het bestaande oppervlaktewater opgenomen om de ligging van de hoofdwatergang te verduidelijken.

afbeelding "i_NL.IMRO.0009.BP023KleineDorpker-vg01_0045.jpg"

Overzichtskaart oppervlaktewater westelijk deel, rondom de dorpen Garmerwolde en Thesinge

afbeelding "i_NL.IMRO.0009.BP023KleineDorpker-vg01_0046.jpg"

Overzichtskaart oppervlaktewater oostelijk deel, rondom de dorpen

Lellens, Sint Annen, Ten Post, Winneweer, Wittewierum en Woltersum

Water, bodem en riolering

Bij nieuwbouw en eventuele inbreiding in het plangebied moet rekening gehouden worden met de gevolgen van een toename van verhard en bebouwd oppervlak. Door deze eventuele verdere verstedelijking komt regenwater sneller tot afstroming. Voor het bestaande watersysteem betekent deze toename een extra belasting en moet meer water worden geborgen. Hiervoor wordt door de waterschappen een compensatie in de vorm van oppervlaktewater vereist is. Als vuistregel wordt een compensatie van 10% van de toename van het verhard en/of bebouwd oppervlak in de vorm van oppervlaktewater geëist. Binnen het nieuwbouw- of inbreidingsplan moet hier ruimte voor gereserveerd worden. Indien watergangen gedempt worden door nieuwe ontwikkelingen moet dit gecompenseerd worden door de aanleg van nieuwe watergangen/partijen. Drainagesystemen moeten indien mogelijk rechtstreeks afwateren richting het oppervlaktewater.


Een ander nadeel van eventuele verdere verstedelijking is dat geen regenwater in de bodem verdwijnt. Door de hiermee gepaard gaande grondwaterstandsdaling kan een verdroging van de ondergrond optreden. Dit is voor met name de bomen en het overige groen nadelig. Door de toepassing van bijvoorbeeld infiltratievoorzieningen en waterdoorlatende bestrating wordt water geïnfiltreerd. Door toepassing van deze systemen kan ook water geborgen worden. De plaatselijke grondslag moet duidelijk maken of deze toepassingen gebruikt kunnen worden.


De aanleg van een vegetatiedak/groene daken kan een bijdrage leveren aan het vertraagd afvoeren van regenwater. Het vegetatiedak gebruikt water voor de groei van de beplanting, het bergt enig water en voert het vervolgens vertraagd af. Ecologisch gezien biedt dit ook de nodige voordelen. Meer ruimte en ontwikkeling voor insecten, vogels en andere flora en fauna.


Grondwater

De drooglegging is de afstand van het oppervlaktewaterpeil tot aan de bovenzijde van het maaiveld. De ontwateringsdiepte is de afstand van de grondwaterstand tot aan het maaiveld. Het verschil tussen de drooglegging en de ontwateringsdiepte wordt veroorzaakt door de opbolling van het grondwater tussen de watergangen. De ontwateringsdiepte moet bij wegen en bomen minimaal 1 meter zijn en bij gebouwen moet dit minimaal 0.20 meter beneden de bodemafsluiting van de kruipruimte zijn. Op dit moment zijn er onvoldoende gegevens beschikbaar om een uitspraak te doen over de ontwateringsdiepte.


Riolering en water

In 2008 is voor Ten Boer de stedelijke wateropgave bepaald. Uit deze analyse blijkt dat er binnen de gemeente Ten Boer geen kwantitatieve knelpunten zijn te verwachten. Een aanbeveling is echter wel de waterhuishouding beter in beeld te brengen. Ook zijn er knelpunten ten aanzien van de waterkwaliteit. Het waterschap is naar aanleiding van bovenstaande aanbeveling in de afgelopen vijf jaren zeer actief bezig geweest met het opzetten van het beheerregister van het watersysteem. Dat heeft geleid tot een zeer gedetailleerd beeld van de werking van het watersysteem. Gegevens uit het beheerregister zijn opgenomen in de Waterkaart Ten Boer. Deze waterkaart is een coproductie van de gemeente Groningen (namens de gemeente Ten Boer) en het waterschap Noorderzijlvest. In deze kaart zijn naast de waterhuishoudkundige gegevens de rioleringsgegevens opgenomen evenals factsheets over beide thema's.

Er is gedurende de planperiode van het vorige Gemeentelijk Rioleringsplan (2005-2010) een aantal maatregelen uitgevoerd die een positief effect hebben gehad op de waterkwaliteit, zoals het scheiden van regenwater en afvalwater door afkoppelen. Uit inventarisatie blijkt echter dat er wel een aantal knelpunten is op het gebied van waterkwaliteit. De aanbeveling is dan ook om in de komende planperiode met name in te zetten op maatregelen die een positief effect hebben op die waterkwaliteit, zoals baggeren, het verbinden van vijvers onderling en het aanbrengen van natuurvriendelijke oevers.

Voor toekomstige rioolwerkzaamheden wordt een korte en lange termijn vervangingsplanning opgesteld. Hierin worden gegevens als actuele inspecties, inschattingen van de restlevensduur, afkoppelen van verhard oppervlak, herinrichting van woongebieden en wegreconstructies meegenomen. De bestaande afkoppelleidingen moeten in een structuur vormgegeven worden zodat enkele koppelingen op gemengde riolering opgeheven kunnen worden.


Bouwmaterialen

Bij de bouw van de gebouwen mogen geen materialen gebruikt worden die milieuverontreinigend zijn zoals lood, zink en koper. Ook bepaalde bitumen en behandeld hout logen milieugevaarlijke stoffen uit welke via het regenwater in het oppervlaktewater terecht kunnen komen.


Het toepassen van vegetatiedaken/groene daken is een prima middel om regenwater vast te houden en vertraagd af te voeren. De vegetatie neemt vocht op, bergt water en gebruikt op die manier water. Tevens verdampt het water door zon en wind. Bij hevige neerslag zal het water minder snel tot afstroming komen. Ook dit kan een bijdrage leveren in de compensatie van de toename van het verhard en bebouwd oppervlak. Daarnaast isoleren de groene daken in de zomer. Door het verdampingsproces in de grondlaag wordt voorkomen dat het dak te veel opwarmt. Op deze wijze kan bespaard worden op energieslurpende voorzieningen zoals airco's en dergelijke.