direct naar inhoud van Artikel 32 Waarde - Archeologie
Plan: Bestemmingsplan Bellingwolde
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0007.030403-VG01

Artikel 32 Waarde - Archeologie

 

32. 1.    Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Waarde - Archeologie’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud van de archeologische waarden.

32. 2.    Bouwregels

Op of in deze gronden mogen geen bouwwerken worden gebouwd, waarbij de bodem dieper dan 0,40 m wordt geroerd, tenzij het bouwwerken betreft met een oppervlakte van ten hoogste 50 m².

32. 3.    Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 32.2., mits:

a.    op basis van archeologisch onderzoek door een daartoe bevoegde instantie is aangetoond dat eventuele archeologische waarden niet (meer) aanwezig zijn;

b.    op basis van een archeologisch onderzoek door een daartoe bevoegde instantie is aangetoond dat eventuele archeologische waarden door de bouwactiviteiten niet onevenredig wordt geschaad (in situ), dan wel op een passende wijze naar elders kunnen worden overgebracht (ex situ).

32. 4.    Aanlegvergunning

32. 4. 1. Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning), de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:

a.    het ontgronden, het afgraven, egaliseren en ophogen van gron­den en/of het anderszins ingrijpend wijzigen van de bodem­structuur;

b.    het uitvoeren van grondbewerkingen dieper dan 0,40 m, tenzij deze in het kader van onderzoek naar mogelijke historische vind­plaatsen worden uitgevoerd.

32. 4. 2. Het bepaalde in lid 32.4.1. is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

a.    het normale onderhoud betreffen;

b.    reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan;

c.    een oppervlakte betreffen die kleiner is dan 100 m²;

d.    noodzakelijk zijn voor het aansluiten van bouwwerken op het net van openbare voorzieningen.

32. 4. 3. Alvorens de in lid 32.4.1. genoemde vergunning wordt verleend winnen burgemeester en wethouders advies in bij een terzake deskundige.

32. 4. 4. De in lid 32.4.1. genoemde vergunning kan slechts worden verleend, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ar­cheologische waarden van het gebied.