Status: vastgesteld, 9 juli 2015
Plantype: Ministriële regeling
IMRO-idn: NL.IMRO.0000.IMmr11Rarro-3025

Toelichting

I Algemeen

1. Inleiding

De Regeling algemene regels ruimtelijke ordening (hierna: Rarro) geeft uitwerking aan enkele bepalingen in het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (hierna: Barro). Het Barro voorziet in de juridische borging van het nationaal ruimtelijk beleid. Het bevat regels die de beleidsruimte van andere overheden ten aanzien van de inhoud van ruimtelijke plannen inperken, daar waar nationale belangen dat noodzakelijk maken.

De in deze regeling opgenomen wijzigingen van de Rarro zijn aan te merken als regulier noodzakelijk onderhoud van de Rarro. Deze wijzigingen bestaan voor een groot deel uit een actualisatie van de reserveringsgebieden voor de uitbreiding van hoofdwegen. Daarnaast betreft het wijzigingen van enkele kaartbijlagen ten aanzien van Defensieterreinen en van enkele voorkeurstracés voor een buisleidingenstrook voor de aanleg van buisleidingen van nationaal belang voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Voor een nadere toelichting op de wijzigingen wordt verwezen naar het artikelsge- wijze deel van de toelichting.

2. Bestuurlijke en administratieve lasten

De onderhavige regeling bevat geen informatieverplichtingen voor burgers of het bedrijfsleven en leidt voor die partijen daarmee niet tot administratieve lasten.

Ook voor overheden leidt deze regeling niet tot bestuurlijke lasten, aangezien gemeenten niet verplicht worden tot het vroegtijdig aanpassen van geldende bestemmingsplannen.

II. Artikelgewijs

Artikel I

Onderdelen A
Aan iedere regeling tot wijziging van de Rarro wordt conform de Standaard Toegankelijkheid Ruimtelijke Instrumenten 2012 (STRI) een nieuw zogeheten planidentificatienummer toegekend. Dit nummer dient ter identificatie van de regeling op de website www.ruimtelijkeplannen.nl, waar de regeling voor eenieder raadpleegbaar is. De onderhavige wijziging van de Rarro heeft het planidentifi- catienummer NL.IMRO.0000.IMmr11Rarro-3025.

Onderdelen B, C, D, E, F, G
Deze wijzigingen hebben betrekking op militaire oefenterreinen. Het oefenterrein Boshoverheide (bijlage 1.10) is als op zichzelf staand oefenterrein opgeheven. Het is samengevoegd met het oefenterrein Weerterheide (bijlage 1.48) tot het nieuwe oefenterrein Weerterheide. De begrenzing van dit oefenterrein is voorts aan de Noordzijde aangepast als gevolg van een gedeeltelijke afstoting ten behoeve van de ontwikkeling van een ecoduct over de A2. Verder zijn de oefenterreinen Soerel Oost (bijlage 1.40), Soerel West (bijlage 1.41) en Woldberg (bijlage 1.51) samengevoegd tot het nieuwe oefenterrein Woldberg.

Onderdelen H
Deze wijziging is het gevolg van de vaststelling van het Luchthavenbesluit voor het militair luchtvaartterrein vliegbasis Eindhoven. Hierdoor is een nieuwe luchtvaartgebonden geluidzonering (Ke) vastgesteld. In bijlage 3.4 is de buitenste geluidzone met planologische consequenties (35 Ke) opgenomen. De overige aanduidingen in deze bijlage zijn ongewijzigd.

Onderdelen I
Deze wijziging herstelt een omissie in bijlage 7, waarin een eerdere wijziging van de kaarten niet was verwerkt.

Onderdelen J
De wijzigingen van bijlage 16 betreffen aanpassingen van reserveringsgebieden die dienen voor de mogelijke uitbreiding van hoofdwegen. In die reserveringsgebieden zijn op grond van artikel 2.7.4 van het Barro bepaalde belemmerende activiteiten niet toegestaan. Daarmee wordt voorkomen dat er voorafgaand aan een geplande uitbreiding van een hoofdweg nieuwe activiteiten worden aangevangen, zoals het bouwen van nieuwe bouwwerken, die vervolgens weer verwijderd moeten worden.

Een deel van de reserveringsgebieden is (gedeeltelijk) komen te vervallen, omdat er inmiddels een (onherroepelijk) Tracébesluit is genomen. Dit geldt voor het reserveringsgebied bij de ringweg Groningen (detailkaart 2), het reserveringsgebied bij de N50 Ens Emmeloord (detailkaarten 10 en 11) en het reserveringsgebied bij de A28 (detailkaarten 30, 31 en 32).
Een deel van de reserveringsgebieden is aangepast vanwege wijzigingen in de uitvoering van projecten waardoor op een andere locatie ruimte vereist kan zijn of er een afwijkende ruimtevraag is dan eerder is voorzien. Dit is aan de orde bij het reserveringsgebied bij de A27 Houten – Hooipolder (detailkaarten 41, 42 en 43), waar de reservering aan de oostzijde is teruggebracht van twee naar een rijstrook, en bij het reserveringsgebied bij de A12 en de A15 (detailkaarten 62, 63, 64, 65, 66). Bij de N35 Nijverdal Wierden is het reeds bestaande reserveringsgebied als gevolg van de verdere planuitwerking van het wegproject verplaatst naar noordelijke richting. Daarbij is deels sprake van de aanleg van een nieuwe hoofdweg, in plaats van de uitbreiding van een bestaande hoofdweg. Het reserveringsgebied is daarom opgenomen onder bijlage 17 (bijlage 17.7a) en geschrapt uit bijlage 16 (detailkaarten 48 en 49).
Bij de A1 (detailkaarten 56, 57, 58 en 58a) is sprake van een wijziging en gedeeltelijke verlenging van een reeds bestaand reserveringsgebied, die het gevolg is van een bestuursovereenkomst tussen het Rijk en de regio. Het reserveringsgebied wordt gedeeltelijk teruggebracht van twee naar één rijstrook aan beide zijden, en ten westen van knooppunt Beekbergen gedeeltelijk verbreed van één naar twee rijstroken en in westelijke richting verlengd.
Bij de A4 is, aansluitend aan de reeds bestaande reservering vanaf Zoeterwoude, een nieuw reserve- ringsgebied voor een rijstrook toegevoegd aan beide zijden van de A4 tot Den Hoorn (detailkaarten 46 en 47). Daarnaast is de reservering bij de A13 vanaf knooppunt Ypenburg uitgebreid tot een reserve- ring voor één rijstrook aan beide zijden tot Delft Noord (detailkaarten 46 en 47).
Bij de A7 Afslag Hoorn-noord tot afslag Avenhorn is een nieuw reserveringsgebied toegevoegd (detailkaart 81). Dit reserveringsgebied volgt uit een verkenning naar de bereikbaarheid en doorstro- ming op de lange termijn in de corridor Amsterdam – Hoorn in het kader van het Meerjarenpro- gramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT). De verkenning leidt tevens tot een wijziging van het reserveringsgebied bij de A8 van knooppunt Coenplein naar knooppunt Zaandam (detailkaarten 17 en 18), waar aan beide zijden van de weg een reservering voor twee rijstroken is opgenomen. Bij de A6 tussen de knooppunten Almere Buiten Oost en Lelystad is een nieuw reserveringsgebied toegevoegd (detailkaarten 82 en 83). Dit reserveringsgebied volgt uit een bestuursovereenkomst tussen het Rijk en de regio, voorafgaand aan de startbeslissing in het kader van het MIRT die nog in 2015 is voorzien.
Bij de A20 is naar aanleiding van de verdere planuitwerking van het project de Blankenburgverbinding een nieuw reserveringsgebied toegevoegd (detailkaart 84).

Doordat enkele detailkaarten zijn komen te vervallen en er nieuwe detailkaarten met reserveringsge- bieden zijn toegevoegd, is ook de overzichtskaart met daarop de hoofdwegen en bijbehorende reserveringsgebieden in bijlage 16 aangepast.

De kaarten van bijlage 16 zijn digitaal raadpleegbaar op de website http://www.ruimtelijkeplannen.nl. De nieuwe detailkaarten zijn te raadplegen door te zoeken op het planidentificatienummer bij deze regeling NL.IMRO.0000.IMmr11Rarro-3025, maar ook door te zoeken op locatie. Van de Rarro wordt voorts ook een geconsolideerde versie beschikbaar gesteld op www.ruimtelijkeplannen.nl, die te vinden is via de onderstaande link: http://www.ruimtelijkeplannen.nl/?dossierid=NL.IMRO.0000.IMmr11Rarro

Onderdeel K, L, M, N, O, P
De wijzigingen van bijlage 17 betreffen aanpassingen van reserveringsgebieden die dienen voor de mogelijke aanleg van nieuwe hoofdwegen.
Het reserveringsgebied bij de A13 en A16 (bijlage 17.2) is gewijzigd vanwege aanpassingen in het wegontwerp waardoor er een andere ruimtevraag is ontstaan. Door deze aanpassing overlapt het reserveringsgebied voor de A13/A16 direct naast de hoofdweg met een voorkeurstracé voor buislei- dingen van nationaal belang, dat op dezelfde gronden is geprojecteerd. Het voornemen is om de ligging van het voorkeurstracé te verschuiven. De voorbereidingen hiervoor zijn inmiddels gestart. Het reserveringsgebied bij de N18 Varsseveld-Enschede (bijlage 17.3) is geschrapt, omdat hiervoor een onherroepelijk Tracébesluit is.
Het reserveringsgebied bij de A12 en A15 (bijlage 17.4) is aangepast op de verdere planuitwerking van het wegproject, waardoor er een andere ruimtevraag is ontstaan. Daarbij heeft tevens een herziening van de kaarten plaatsgevonden, waarbij de wegdelen waar sprake is van een uitbreiding van een reeds bestaande hoofdweg zijn onderscheiden van de wegdelen waar sprake is van de nieuwe aanleg van een hoofdweg. De eerstgenoemde wegaanpassingen zijn ondergebracht in bijlage 16 (detailkaar- ten 62, 63, 64, 65, 66).
Het reserveringsgebied bij de A20/A15 Blankenburgverbinding (bijlage 17.7) is aangepast en deels uitgebreid naar aanleiding van de verdere planuitwerking van het wegproject, waardoor er een andere ruimtevraag is ontstaan.
Het reserveringsgebied bij de N35 Nijverdal Wierden (bijlage 17.7a) is het gevolg van de verplaatsing van een reeds bestaand reserveringsgebied naar noordelijke richting.

Onderdelen Q
In bijlage 19 van de Rarro zijn voorkeurstracés en daarbij behorende zoekgebieden aangewezen voor de aanleg van buisleidingen van nationaal belang voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. De aanwijzing van de voorkeurstracés in de Rarro vormt samen met de bepalingen in titel 2.9 van het Barro de juridische doorvertaling van de Structuurvisie Buisleidingen 2012–2035 naar andere overheden, in de eerste plaats naar gemeenten. Ter plaatse van een voorkeurstracé mogen gemeenten bij het vaststellen van een nieuw bestemmingsplan geen nieuwe activiteiten toestaan die het leggen van een buisleiding in een buisleidingenstrook kunnen belemmeren. De wijzigingen in dit onderdeel betreffen het herstel van enkele onjuistheden bij de eerdere aanwijzing van voorkeurstracés. In de hoofdverbinding Rijnmond – Zeeland/België is bij vergissing het leidingentracé Leidingenstraat Nederland aangewezen als voorkeurstracé. Voor de Leidingenstraat Nederland geldt echter een afzonderlijke wettelijke regeling, zodat dit tracé niet tevens als voorkeurstracé op grond van het Barro dient te gelden. Het betreffende tracé is daarom geschrapt (onderdeel 1). Bij de grensovergang ten zuidwesten bij Ossendrecht is bij vergissing een voorkeurstracé aangewezen dat nog een indicatieve status heeft. Dit voorkeurstracé is daarom geschrapt (onderdeel 2). Ter hoogte van het traject Maassluis – Rotterdam is onder de nieuwe Waterweg een voorkeurstracé toegevoegd, dat wel reeds was opgenomen in de Structuurvisie Buisleidingen 2012–2035, maar bij vergissing niet eerder in de Rarro was aangewezen (onderdeel 3). Ter illustratie zijn de wijzigingen van de voorkeurstracés weergegeven in de onderstaande figuren.

Artikel II

De datum van inwerkingtreding van deze regeling – 1 oktober 2015 – is een van de zogeheten vaste verandermomenten voor regelgeving.

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU,

M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus