Dijkverbetering Hagestein - Opheusden

Toelichting

Reden voor wijziging van het eerder vastgestelde Rijksinpassingsplan

Tegen het Rijksinpassingsplan Dijkverbetering Hagestein-Opheusden (hierna: Inpassingsplan) is beroep ingesteld. Naar aanleiding van één van de beroepen tegen het Inpassingsplan is gebleken dat een deel van de dwarsprofielen van de dijkverbetering - die onderdeel zijn van de verbeelding van het Inpassingsplan - afwijkt van de dwarsprofielen die zijn weergegeven in 'papieren versie' van het Inpassingsplan. Met dit besluit worden de dwarsprofielen, alsnog elektronisch vastgesteld en raadpleegbaar gesteld op ruimtelijkeplannen.nl in overeenstemming met de dwarsprofielen van de papieren versie van 22 mei 2013. Ook wordt met dit besluit tegemoet gekomen aan een bezwaar van een appellant. Onderhavige wijziging behelst enkel een correctie van de langs elektronische weg raadpleegbaar gestelde dwarsprofielen voor de dijkverbetering die onderdeel zijn van de verbeelding van het Inpassingsplan. Inhoudelijk is voorts geen wijziging van het Inpassingsplan beoogd. Het bepaalde in het Rijksinpassingsplan Dijkverbetering Hagestein-Opheusden blijft dan ook voor het overige onverminderd van kracht.

Op 22 mei 2013 heeft de Minister van Infrastructuur en Milieu het Inpassingsplan vastgesteld. Van 6 juni 2013 t/m 18 juli 2013 heeft het Inpassingsplan tezamen met de ten behoeve van de uitvoering van de dijkverbetering vastgestelde overige besluiten ter inzage gelegen. Bekendmaking van de vaststelling van die besluiten, de terinzagelegging en de mogelijkheid om tegen deze besluiten beroep in te stellen is gedaan in de Staatscourant 2013, 15401. De terinzagelegging van de papieren versie van het Inpassingsplan met de daarbij behorende toelichting en onderbouwing heeft gedurende voornoemde periode plaatsgehad op de daartoe aangewezen locaties. Het Inpassingsplan met de daarbij behorende toelichting en onderbouwing zijn zoals voorgeschreven in artikel 1.2.1 Besluit ruimtelijke ordening gedurende voornoemde periode tevens langs elektronische weg raadpleegbaar gesteld op in die bepaling daartoe aangewezen landelijke voorziening ruimtelijkeplannen.nl.

De elektronische vaststelling en raadpleegbaarheid van het Inpassingsplan

Na verloop van de periode waarin beroep tegen het Inpassingsplan mogelijk was is gebleken dat een deel van de dwarsprofielen van de dijkverbetering - die onderdeel zijn van de verbeelding van het Inpassingsplan - dat overeenkomstig het bepaalde in artikel 1.2.3., eerste lid, Bro elektronisch is vastgesteld en langs elektronische weg raadpleegbaar is gesteld op ruimtelijkeplannen.nl, afwijkt van de betreffende dwarsprofielen die zijn weergegeven in papieren versie van het Inpassingsplan. In het elektronisch document zijn aan de verbeelding abusievelijk deels de verkeerde elektronische bestanden van dwarsprofielen van de dijkverbetering gekoppeld. Hierdoor is een deel van de door de Minister vastgestelde dwarsprofielen onjuist elektronisch vastgesteld en raadpleegbaar gesteld op ruimtelijkeplannen.nl. Artikel 1.2.3, tweede lid, Bro bepaalt dat indien de inhoud van een elektronisch document als bedoeld in het eerste lid tot een andere uitleg aanleiding geeft dan de papieren versie, het eerstgenoemde document beslissend is. De verkeerde de dwarsprofielen die onjuist elektronisch zijn vastgesteld en raadpleegbaar zijn gesteld dienen gewijzigd te worden vastgesteld en bekend gemaakt, zodat belanghebbenden die beroepsgerechtigd zijn alsnog in de gelegenheid worden gesteld om op de in artikel 1.2.1 Bro voorgestane wijze deze dwarsprofielen te raadplegen en om van hun recht daartegen beroep in te stellen gebruik te maken.

De gewijzigde vaststelling van een deel van de dwarsprofielen heeft geen gevolgen voor de strekking van de tezamen met het Inpassingsplan ten behoeve van de uitvoering van de dijkverbetering ter inzage gelegde vastgestelde overige besluiten omdat de papieren versie de versie van de dwarsprofielen bevat die was bedoeld om tezamen met die besluiten te worden vastgesteld. Deze papieren versie van de betreffende dwarsprofielen wordt in het onderhavige besluit alsnog elektronisch vastgesteld. Uitzondering daarop vormt, zoals hieronder wordt toegelicht, het dwarsprofiel 20l op de verbeelding aangeduid met nr. 54, ter plaatse van de woning Rijnbandijk 205 te Rijswijk.

Het ingestelde beroep betreffende toepassing van geotextiel nabij de woning, Rijnbandijk 205

Tegen het Inpassingsplan is door een van de appellanten bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een beroep ingesteld dat zich richt tegen de mogelijkheid die het Inpassingsplan zou bieden om nabij hun woning - het monumentale pand aan de Rijnbandijk 205 te Rijswijk - een innovatieve maatregel om ondermijning van de dijk door “piping” tegen te gaan toe te passen (te weten het aanbrengen van een scherm van geotextiel in het dijklichaam). Appellanten hebben kennelijk kennis genomen van de papieren versie van het Inpassingsplan, waarin ter hoogte van genoemde locatie aan de verbeelding twee alternatieve dwarsprofielen zijn gekoppeld. Een dwarsprofiel dat dijkverbetering door het aanbrengen van geotextiel in het dijklichaam mogelijk maakt en een dwarsprofiel dat een dijkversterking in grond mogelijk maakt. Ook in het dijkverbeteringsplan, dat een bijlage is van de toelichting bij het Inpassingsplan is, zijn op de locatie Rijnbandijk 205 deze twee alternatieve dwarsprofielen weergegeven.

In de planregels is bepaald dat indien op een locatie twee dwarsprofielen zijn opgenomen, de aanleg en instandhouding overeenkomstig één van beide dwarsprofielen dient te geschieden. Op deze wijze wordt in het Inpassingsplan toegelaten om op vier locaties (waaronder de locatie Rijnbandijk 205) een innovatieve maatregel met toepassing van geotextiel voor dijkverbetering uit te voeren en, indien deze pilotmaatregel niet het gewenste resultaat oplevert, terug te vallen op een dijkversterking in grond.

Appellanten stellen dat uit het Inpassingsplan en onderliggende stukken onvoldoende blijkt wat de effecten van het aanbrengen van geotextiel nabij hun woning daarop zijn. Omdat het thans onvoldoende duidelijk is wat de effecten van het aanbrengen van geotextiel in het dijklichaam op de woning van appellanten kunnen zijn en eveneens niet is uitgesloten dat additionele maatregelen nodig zijn die effecten kunnen hebben op dit pand, wordt het door appellanten gedane voorstel om ter plaatse van hun pand geen innovatieve maatregel met het aanbrengen van geotextiel uit te voeren maar een dijkverbetering in grond uit te voeren redelijk geacht, zodat aan dit voorstel tegemoet wordt gekomen. Dit te meer omdat de toelichting bij het Inpassingsplan vermeldt dat bij de selectie van de locaties rekening is gehouden met de ligging van woningen. (De pilots zouden niet in de nabijheid van woningen plaats hebben.).

Zoals hiervoor gesteld is een deel van de dwarsprofielen onjuist elektronisch vastgesteld en raadpleegbaar gesteld op ruimtelijkeplannen.nl. Dit geldt onder meer voor alle locaties waar is voorzien in de alternatieve mogelijkheid van dijkverbetering door het aanbrengen van geotextiel in het dijklichaam. Op deze locaties is aan de verbeelding slechts één dwarsprofiel gekoppeld dat alleen een dijkversterking in grond mogelijk maakt en geen tweede dwarsprofiel dat dijkverbetering door het aanbrengen van geotextiel in het dijklichaam mogelijk maakt.

Ingevolge het ter plaatse geldende door de Minister elektronisch vastgestelde dwarsprofiel 20l op de verbeelding aangeduid met nr. 54, dat raadpleegbaar is gesteld op ruimtelijkeplannen.nl is geen dijkverbetering met toepassing van geotextiel toegelaten. Het elektronisch vastgestelde dwarsprofiel op de locatie Rijnbandijk 205 laat uitsluitend de uitvoering van de door appellant voorgestane wijze van dijkverbetering toe. Het door de Minister elektronisch vastgestelde dwarsprofiel 20 l op de verbeelding aangeduid met nr. 54, zoals dat op raadpleegbaar is gesteld op ruimtelijkeplannen.nl, behoeft dan ook geen wijziging om aan het beroep van appellanten tegemoet te komen. De dijkverbetering ter plaatse zal worden uitgevoerd op de wijze als door appellant verzocht en zoals in onderstaande figuur aangegeven.

Figuur dijkverbetering ter plaatse van Rijnbandijk 205, Rijswijk

Het besluit tot wijziging van het Rijksinpassingsplan Dijkverbetering Hagestein-Opheusden wordt gewijzigd hangende de beroepsprocedure. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 6:19, tweede lid, Algemene wet bestuursrecht is daarvan mededeling gedaan aan de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.