direct naar inhoud van 1.1 Aanleiding voor de dijkverbetering
Plan: Dijkverbetering Hagestein - Opheusden
Status: vastgesteld
Plantype: inpassingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0000.IMip12DijkverbHOP-3000

1.1 Aanleiding voor de dijkverbetering

1.1.1 Ruimte voor de Rivier

Het Kabinet heeft besloten de bescherming tegen overstromingen uiterlijk in 2015 op het wettelijk vereiste niveau te brengen en de ruimtelijke kwaliteit in het rivierengebied te verbeteren. Hiervoor is de PKB Ruimte voor de Rivier vastgesteld, waarin een samenhangend pakket van maatregelen is vastgelegd. Gezien de verwachting dat de maatgevende rivierafvoeren zullen toenemen, heeft het Kabinet ervoor gekozen de vereiste veiligheid zoveel mogelijk te bereiken door het nemen van maatregelen die voorkomen dat de maatgevende hoogwaterstanden steeds verder stijgen. Dit betekent dat het accent is verschoven van dijkverhoging/versterkingen naar rivierverruiming, waarbij zowel buitendijkse als binnendijkse maatregelen worden ingezet. Dijkverbetering wordt alleen uitgevoerd op trajecten waar andere maatregelen niet geschikt of niet financierbaar zijn. Met deze keuzes is een gedeeltelijke herinrichting van het rivierengebied onontkoombaar.

De PKB Ruimte voor de Rivier richt zich op het realiseren van twee samenhangende doelstellingen:

  • het op het vereiste niveau brengen van de bescherming van het rivierengebied tegen overstromingen;
  • het leveren van een bijdrage aan het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit van het rivierengebied.

Het waarborgen van de veiligheid geldt als hoofddoelstelling; het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit als tweede doelstelling. De veiligheidsdoelstelling moet uiterlijk op 31 december 2015 zijn gerealiseerd.

Met de maatregelen binnen de PKB Ruimte voor de Rivier wordt beoogd om het vereiste veiligheidsniveau in het rivierengebied rond de Rijntakken uiterlijk in 2015 in overeenstemming te brengen met de maatgevende Rijnafvoer van 16.000 m3/s bij Lobith. Met deze maatregelen wordt een verlaging van de maatgevende hoogwaterstanden bewerkstelligd. Dat kan zowel beneden- als bovenstrooms gevolgen hebben. Om deze reden zijn de maatregelen in samenhang bezien.

Voor de toekomst wordt een verdere stijging van rivierafvoeren en de zeespiegel verwacht. Bij het ontwerp van de maatregelen om het vereiste veiligheidsniveau te bereiken moet hiermee rekening worden gehouden. Ook moet worden voorkomen dat ruimtelijke ontwikkelingen het treffen van noodzakelijke maatregelen in de toekomst belemmeren. Omdat de mogelijkheden voor rivierverrruiming langs de Neder-Rijn/Lek beperkt, zijn heeft het Kabinet besloten de afvoerverdeling over de IJssel en de Neder-Rijn zodanig aan te passen dat boven een maatgevende afvoer van 16.000 m3/s bij Lobith geen extra afvoer meer over de Neder-Rijn/Lek gaat.

Om uiterlijk in 2015 het vereiste veiligheidsniveau te bereiken, heeft het Kabinet een Basispakket samengesteld. De Neder-Rijn/Lek maakt onderdeel uit van dit Basispakket. De dijkverbetering Hagestein Opheusden is één van de maatregelen binnen het onderdeel Neder-Rijn/Lek.

Relatie met eerdere dijkverbeteringsmaatregelen

Ten aanzien van de relatie tussen de dijkverbeteringmaatregelen, zoals vervat in voorliggend rijksinpassingsplan met enerzijds ruimtelijke maatregelen en anderzijds eerdere dijkverbeteringmaatregelen wordt verwezen naar de Toelichting op de PKB Ruimte voor de rivier, blz 57 'Dijkverbeteringen'. Bij de eerder uitgevoerde dijkverbeteringen zijn de dijken niet verder verhoogd omdat werd uitgegaan van de omslag van rijksbeleid naar 'Ruimte voor de rivier'. Tevens had de regio de wens geuit bij de dijkverbeteringen uit te gaan van hogere toetspeilen behorend bij een hogere maatgevende afvoer hetgeen niet mogelijk bleek omdat de wettelijke basis ontbrak.

Bij de vaststelling van de PKB is, onder meer vanwege budgettaire randvoorwaarden, geconstateerd dat het vereiste veiligheidsniveau niet bereikt kon worden met alleen waterstandverlagende maatregelen. Langs de Neder-rijn/Lek moet mede daardoor een aantal dijktrajecten worden verbeterd.

Voor de relatie tussen de PKB Ruimte voor de Rivier en het Hoogwaterbeschermingsprogramma2 (HWBP2) geldt dat enerzijds de maatregelen van beide programma's nauwkeurig op elkaar zijn afgestemd en dat anderzijds de in HWBP2 beoogde dijkverbeteringen geen wijziging brengen in de veiligheidstaakstelling van de in de PKB aangegeven dijktrajecten.

Er is een aantal wijzigingen in de maatregelen van het PKB Basispakket doorgevoerd die relevant zouden kunnen zijn voor de dijkverbeteringen in het onderhavige RIP, namelijk een wijziging in de maatregel bij Elst (toevoeging afgraven terp steenfabrieksterrein Elst) en het vervallen van de maatregelen Obstakelverwijdering Suikerdam / Polderkade naar de Zandberg, de Kribverlagingen Waalbochten, de Dijkverbetering Neder-Rijn Geldersche Vallei en de Dijkverbetering Lek/Lopiker en Krimpenerwaard.

Het vervallen van dijkverbeteringen Lek/Lopiker en Krimpenerwaard die in het basispakket van de PKB waren opgenomen is mogelijk omdat uit nadere analyse is gebleken dat de dijkvakken voldoen aan de geldende veiligheidseisen.

Ten aanzien van de steenfabriek Elst geldt (conform de beschrijving in het projectplan Waterwet 'Ruimte voor de Rivier Neder-Rijn – Obstakelverwijdering machinistenschool Elst' en het onherroepelijke projectplan 'Ruimte voor de Rivier Nederrijn-Tollewaard') dat de hydraulische overruimte die bij Elst ontstaat door de afgraving van het terrein van de steenfabriek benut is voor het bereiken van de hydraulische taakstelling bij de Tollewaard.

Er treedt daardoor geen wijziging op in de veiligheidsdoelstelling voor de dijktrajecten Hagestein-Opheusden.

De maatregelen Obstakelverwijdering Suikerdam / Polderkade naar de Zandberg en de Kribverlagingen Waalbochten zijn vervallen, omdat deze maatregelen niet nodig blijken nu de Dijkteruglegging Lent 34 cm waterstanddaling oplevert in plaats van de in de PKB opgenomen 27 cm. Ook hierdoor treedt er geen wijziging op in de veiligheidsdoelstelling voor de dijktrajecten Hagestein-Opheusden.”

1.1.2 Neder-Rijn/Lek

Rivierverruiming

Om aan de doelstellingen uit de PKB te voldoen is gezocht naar meer ruimte in het rivierbed om rivierafvoeren veilig te kunnen verwerken. Door rivierverruimende maatregelen te nemen, zoals vergraving van uiterwaarden of aanleg en inrichting van bergingsgebieden langs de rivieren, kunnen grotere rivierafvoeren worden opgevangen. Ook voor de Neder-Rijn en Lek zijn in het rijksprogramma Ruimte voor de Rivier rivierverruimende maatregelen opgenomen. Zo krijgt de Lek bij Vianen, Houten en Nieuwegein meer afvoercapaciteit door oevergeulen aan te leggen. Bij Middelwaard krijgt de Rijn door het afgraven van delen van de uiterwaard bij hoogwater meer ruimte en wordt de flessenhals in de rivier aangepakt door een extra riviergeul aan te leggen.

Aanvullend: dijkverbetering

Bij het opstellen van het rijksprogramma Ruimte voor de Rivier zijn alle mogelijkheden voor rivierverruimende maatregelen onderzocht en benut. De rivierverruimende maatregelen alleen zijn echter niet voldoende om rivierafvoeren onder alle omstandigheden veilig te kunnen verwerken. Aanvullend zijn dijkverbeteringsmaatregelen noodzakelijk aan de dijken langs de Neder-Rijn en Lek 1

1.1.3 Dijkverbetering Hagestein-Opheusden

Delen van de rivierdijk, in het plangebied gelegen tussen Hagestein en Opheusden, voldoen bij de maatgevende afvoer uit de PKB als primaire waterkeringen niet aan de veiligheidsnorm zoals opgenomen in de Waterwet. Op het traject van de gemeente Vianen via Culemborg, Buren tot in Neder-Betuwe, is sprake van circa 30 km dijk die niet aan de veiligheidsnormen voldoet. De oorzaken zijn divers: de hoogte voldoet niet of er is sprake van een combinatie van gebrek aan hoogte, problemen met de binnenwaartse stabiliteit en/of het wegspoelen van zand onder de dijk (piping).

Voor deze dijkvakken worden maatregelen aan de dijk getroffen. Het type maatregelen en de onderbouwing hiervan worden toegelicht in hoofdstuk 2 en 3 van de plantoelichting.