direct naar inhoud van 8.3 Externe veiligheid
Plan: Bedrijventerrein Loven, Bosscheweg e.o. 2008
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0855.BSP2008015-e001

8.3 Externe veiligheid

8.3.1 Beleidskader externe veiligheid

Externe veiligheid beschrijft de risico's die ontstaan als gevolg van opslag of handelingen met gevaarlijke stoffen. Dit kan betrekking hebben op inrichtingen (bedrijven) of transportroutes. Op beide categorieën is verschillende wet- en regelgeving van toepassing. Het huidige beleid voor inrichtingen (bedrijven) is afkomstig uit het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi), het beleid voor transportmodaliteiten staat beschreven in de circulaire 'Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen' (cRvgs). Binnen het beleidskader voor externe veiligheid staan twee kernbegrippen centraal: het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. Hoewel beide begrippen onderlinge samenhang vertonen zijn er belangrijke verschillen. Hieronder worden beide begrippen verder uitgewerkt.

Plaatsgebonden Risico (PR)

Het plaatsgebonden risico geeft de kans, op een bepaalde plaats, om te overlijden ten gevolge van een ongeval bij een risicovolle activiteit. De kans heeft betrekking op een fictief persoon die de hele tijd op die plaats aanwezig is. Het PR kan op de kaart van het gebied worden weergeven met zogeheten risicocontouren: lijnen die punten verbinden met eenzelfde PR. Binnen de 10-6 contour (welke als wettelijk harde norm fungeert) mogen geen nieuwe kwetsbare objecten geprojecteerd worden. Voor beperkt kwetsbare objecten geldt de 10-6 contour niet als grenswaarde, maar als een richtwaarde.

Groeprisico (GR)

Het groepsrisico is een maat voor de kans dat bij een ongeval een groep slachtoffers valt met een bepaalde omvang. Het GR is daarmee een maat voor de maatschappelijke ontwrichting. Het GR kan niet 'op de kaart' worden weergegeven, maar wordt weergegeven in een grafiek waar de kans (f) afgezet wordt tegen het aantal slachtoffers (N), de fN-curve. Het GR wordt bepaald binnen het invloedsgebied van een risicovolle activiteit. Dit invloedsgebied wordt doorgaans begrensd door de 1% letaliteitsgrens (tenzij anders bepaald), ofwel door de afstand waarop nog 1% van de blootgestelde mensen in de omgeving komt te overlijden bij een calamiteit met gevaarlijke stoffen.

Verantwoordingsplicht

In het Bevi en de cRvgs is een verplichting tot verantwoording van het groepsrisico opgenomen. Deze verantwoordingsplicht houdt in dat iedere wijziging met betrekking tot planologische keuzes moet worden onderbouwd én verantwoord door het bevoegd gezag. Hierbij geeft het bevoegd gezag aan of het groepsrisico in de betreffende situatie aanvaardbaar wordt geacht. In het Bevi en de cRvgs zijn bepalingen opgenomen waaraan deze verantwoording dient te voldoen.

Hogedruk aardgasleidingen en K1,K2,K3

Op dit moment is de overheid bezig de circulaire "Zonering langs hoge druk aardgasleidingen"uit 1984 en de circulaire "bekendmaking van voorschriften ten behoeve van zonering langs transportleidingen voor brandbare vloeistoffen van de K1, K2, en K3 categorie" uit 1991 aan te passen in een nieuwe AMvB. Hierdoor zal het toetsingskader voor deze buisleidingen ook conform de systematiek met PR en GR gaan werken. De gemeente Tilburg anticipeert op advies van het Ministerie van VROM op deze wetswijziging.

Een 8" RPB leiding raakt het plangebied nét in de meest noordoostelijke hoek. Voor zover de leiding, de zakelijk recht zone en de 10-6 PR contour van deze leiding binnen het plangebied liggen, worden deze op de plankaart weergegeven.

De (risicocontour behorende bij) de leiding wordt ontleent aan het document "risicoafstanden buisleidingen met brandbare vloeistoffen K1K2K3" (RIVM augustus 2008). Binnen deze contour mogen geen kwetsbare objecten worden opgericht.

8.3.2 Inventarisatie en analyse Bevi-inrichtingen

In het bestemmingsplan Loven zijn twee inrichtingen aanwezig, die onder de werkingsfeer van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) vallen. Dit zijn de volgende inrichtingen:

  • Mikron
  • Lydia van der Werken

Inrichting   Omschrijving   PR contour  
Lydia van der Werken   Galvano bedrijf   0 meter  
Mikron   Galvano bedrijf   0 meter  

Gasstations.

Omdat artikel 2 lid 2 sub b van het BEVI nog niet in werking is getreden vallen de in het plangebied gelegen gasontvangststations en gasoverslagstations (nog) niet onder de werkingsfeer van het BEVI.

8.3.3 Inventarisatie en analyse transportmodaliteiten

Langs en door het plangebied liggen diverse transportmodaliteiten waarover vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. Dit zijn:

  • Spoorlijn Tilburg - 's-Hertogenbosch
  • vervoer over de weg
  • Wilhelminakanaal
  • Rotterdam Rijnpijpleiding
  • Hogedruk aardgasleidingen
8.3.4 Verantwoordingsplicht groepsrisico

Omdat sprake is van een conserverend bestemmingsplan en het groepsrisico bij de transportmodaliteiten niet toeneemt, is er op grond van de Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (2008) geen verantwoordingsplicht doorlopen. Bij de aanwezige Bevi-inrichting is geen PR contour noch een invloedsgebied aanwezig. Gezien het conserverend karakter van het bestemmingsplan is het niet nodig om op basis van het Bevi een verantwoordingsplicht te doorlopen.

Om de veiligheid in het bestemmingsplangebied te waarborgen zijn wel planregels opgesteld om de 10-6/jaar plaatsgebonden risicocontour voor Bevi-inrichtingen op de perceelsgrens te leggen. Hiermee worden saneringen in de toekomst voorkomen.