direct naar inhoud van Artikel 33 Waarde - Landschap - 1
Plan: Buitengebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0784.BPbuitengebied-VG02

Artikel 33 Waarde - Landschap - 1

33.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Landschap - 1' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) - tevens bestemd voor behoud, versterking en ontwikkeling van de waarden die samenhangen met het open karakteristiek landschap te weten:

  • de openheid.

33.2 Bouwregels

Met betrekking tot het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:

  • permanente boomteelthekken zijn niet toegestaan.

33.3 Ontheffing bouwregels
33.3.1 Ontheffing met betrekking tot andere bestemmingen

Indien met betrekking tot het bouwen - ingevolge de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) – ontheffing kan worden verleend, wordt hierbij het volgende in acht genomen:

  • door het verlenen van de ontheffing mogen de waarden, zoals in lid 33.1 bedoeld, niet in onevenredige mate worden geschaad.

33.3.2 Ontheffing ten behoeve van permanente boomteelthekken

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 33.2 ten behoeve van permanente boomteelthekken met inachtneming van het volgende:

  • de waarden, zoals in lid 30.1 bedoeld, mogen niet in onevenredige mate worden geschaad.

33.4 Specifieke gebruiksregel

Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt in afwijking van artikel 3 de volgende regel:

  • tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak zijn niet toegestaan.

33.5 Ontheffing van de gebruiksregels
33.5.1 Ontheffing met betrekking tot andere bestemmingen

Indien van de gebruiksregels ingevolge de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) ontheffing kan worden verleend, wordt hierbij het volgende in acht genomen:

  • door het verlenen van de ontheffing mogen de waarden, zoals in lid 33.1 bedoeld, niet worden geschaad.

33.5.2 Ontheffing met betrekking tot tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 33.4 ten behoeve van tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen buiten het bouwvlak met inachtneming van het volgende:

  • a. het oppervlak van de tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen mag niet meer bedragen dan 1 ha;
  • b. tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen dienen aansluitend op het bouwvlak gerealiseerd te worden.

33.6 Aanlegvergunning
33.6.1 Aanlegverbod zonder aanlegvergunning

Het is verboden op of in de gronden met de bestemming zoals bedoeld in lid 33.1 zonder of in afwijking van een schriftelijke aanlegvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden buiten het bouwvlak uit te voeren:

  • het aanbrengen van opgaande beplanting uitgezonderd erfbeplanting.

33.6.2 Uitzonderingen op aanlegverbod

Het verbod van lid 33.6.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:

  • a. normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende vergunning.

33.6.3 Voorwaarde voor aanlegvergunning

De werken en werkzaamheden, zoals in lid 33.6.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien de waarden, zoals in lid 33.1 bedoeld daardoor niet onevenredig wordt geschaad.

33.6.4 Strafbaar feit

Overtreding van het verbod van lid 33.6.1 is een strafbaar feit, zoals bedoeld in artikel 1a van de Wet op de economische delicten.

33.7 Wijzigingsbevoegdheid

Wijzigingsbevoegdheid met betrekking tot andere bestemmingen

Indien met betrekking tot de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) het plan kan worden gewijzigd, wordt hierbij het volgende in acht genomen:

  • door de planwijziging mogen de waarden, zoals in lid 33.1 bedoeld, niet worden geschaad.