Plan: | 't Haantje West 1 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | uitwerkingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0603.uwphaantjewest1-VA01 |
Op dit uitwerkingsplan zijn de regels van het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje, eerste herziening", vastgesteld op 30 september 2014 door de gemeenteraad van Rijswijk, met identificatienummer NL.IMRO.0603.bpsionhaantjeherz1-VA01, van toepassing, voor zover in de regels van dit uitwerkingsplan niet anders is bepaald en met dien verstande dat in geval van discrepantie tussen de regels van het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje, eerste herziening" en het uitwerkingplan, de regels van het uitwerkingsplan van toepassing zijn.
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje, eerste herziening", uitwerkingsplan "'t Haantje West 1" met identificatienummer NL.IMRO.0603.uwphaantjewest1-VA01 van de gemeente Rijswijk.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en daarbij behorende bijlagen.
erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 m achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen.
een voorziening voor de huisvesting van personen die bij hun normale, dagelijkse functioneren, huishoudelijke, sociale, sociaal-medische en/of medische begeleiding en/of verzorging behoeven, niet zijnde 24-uurs zorg, zoals bejaarden of personen met een lichamelijke of verstandelijke beperking.
De voor "Woongebied - 2" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De waterbergingscapaciteit in de gezamenlijke bestemmingen als bedoeld in artikel 3, 4 en de artikelen 7, 8, 10, 11, 12, 13, 14, 16, 17, 18, 19 en 20 van het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje, eerste herziening" dient ten minste 325 m³ per hectare te bedragen.
Op ieder perceel met een grondgebonden woning mogen in het achtererfgebied aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden gebouwd, met dien verstande, dat:
de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer mag bedragen dan:
Een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen, mag pas worden verleend indien in voldoende mate is aangetoond dat het gebouw wordt voorzien van een afsluitbare mechanische ventilatie, ter bescherming van de blootstelling aan toxische gassen bij calamiteiten.
Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het aspect externe veiligheid, ter beheersing van de uitpandige vluchtroutes, en de bereikbaarheid voor de brandweer, voor zover dit niet elders in dit plan is vastgelegd, nadere eisen stellen aan:
Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het aspect externe veiligheid, ter bescherming van de blootstelling aan toxische gassen, nadere eisen stellen aan de afsluitbaarheid van mechanische ventilatie.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van:
Het is toegestaan om een deel van de woning of bijbehorend bouwwerk bij een woning als afhankelijke woonruimte (inwoning) te gebruiken, met dien verstande dat:
Het is verboden hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen, vrijstaande bijgebouwen en overkappingen te gebruiken als kantoor- en praktijkruimte voor aan huis gebonden beroepen of voor bedrijfsactiviteiten of voor horeca, met dien verstande dat onder dit verbod niet valt het medegebruik van hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen, vrijstaande bijgebouwen en overkappingen als kantoor- en praktijkruimte voor aan huis gebonden beroepen, mits:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 3.5:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen voor het afwijken van de bouwhoogte van gestapelde woningen met ten hoogste 20%.
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De waterbergingscapaciteit in de gezamenlijke bestemmingen als bedoeld in artikel 3, 4 en de artikelen 7, 8, 10, 11, 12, 13, 14, 16, 17, 18, 19 en 20 van het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje, eerste herziening" dient ten minste 325 m³ per hectare te bedragen.
Ten aanzien van de in lid 4.1 bedoelde gronden geldt dat uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde, mogen worden gebouwd waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 3 m.
Het is verboden de gronden te gebruiken als ligplaats voor woonschepen.
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor een afvalwatertransportleiding en de daarbij behorende voorzieningen.
De belangen van de in lid 5.1.1 bedoelde dubbelbestemming zijn primair ten opzichte van de belangen van de andere daar voorkomende bestemmingen.
Ten aanzien van de in lid 5.1 bedoelde dubbelbestemming gelden de volgende bouwregels:
Ten aanzien van de in lid 5.1 bedoelde andere daar voorkomende bestemmingen geldt, in afwijking van het bepaalde ten aanzien van die andere bestemmingen, dat er niet mag worden gebouwd.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in lid 5.2 ten behoeve van het bouwen overeenkomstig de betreffende andere bestemming van deze gronden, onder de volgende voorwaarden:
Het is verboden ter plaatse van de gronden als bedoeld in lid 5.1 de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten uitvoeren zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders:
Het bepaalde in lid 5.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die
Een vergunning als bedoeld in lid 5.4.1 wordt uitsluitend verleend indien door de uitvoering daarvan, dan wel de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen:
De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
De belangen van de in lid 6.1.1 bedoelde dubbelbestemming zijn primair ten opzichte van de belangen van de andere daar voorkomende bestemmingen.
Op de in lid 6.1 bedoelde gronden mag niet worden gebouwd.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 6.2 voor bebouwing ten dienste van andere daar voorkomende bestemmingen, indien:
Het is verboden ter plaatse van de gronden als bedoeld in lid 6.1 de volgende werken, geen bouwwerken of overkappingen zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten uitvoeren zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders:
Het bepaalde in lid 6.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die
Een vergunning als bedoeld in lid 6.4.1 wordt uitsluitend verleend indien uit een door de aanvrager van de aanlegvergunning te overleggen rapport of andere beschikbare informatiebron de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag mogelijk kunnen worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate zijn vastgesteld en hieruit blijkt dat geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door de dubbelbestemming Waarde - Archeologie geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien:
Ter plaatse van de aanduiding 'Geluidzone - industrie 1' is de bouw van geluidsgevoelige objecten uitsluitend toegestaan, indien voldaan kan worden aan de in de Wet geluidhinder gestelde grenswaarden of de verleende hogere waarden.
Ter plaatse van de aanduiding "overige zone - zoekgebied groen" in dit uitwerkingsplan en de aanduiding "overige zone - zoekgebied groen" in bestemmingsplan "Sion - 't Haantje, eerste herziening" dient gezamenlijk ten minste 3,2 hectare ten behoeve van groenvoorzieningen, paden en water gerealiseerd te worden.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje, eerste herziening", uitwerkingsplan "'t Haantje West 1".