direct naar inhoud van 3.9 Onderwijs, cultuur en welzijn
Plan: Westeinde e.o.
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0518.BP0082EWesteinde-70OH

3.9 Onderwijs, cultuur en welzijn

3.9.1 Onderwijs

Met betrekking tot de huisvestingsvoorzieningen voor primair, speciaal en voortgezet onderwijs bestaan op hoofdlijnen twee gemeentelijke taken: bekostiging en regie. In Integrale Huisvestingsplannen Onderwijs (IHP) stemt de gemeente, in samenwerking met de schoolbesturen, voor elk stadsdeel zo optimaal mogelijk vraag en aanbod van onderwijshuisvesting af. In deze plannen worden voor elk stadsdeel huisvestingswensen, plannen en ontwikkelingen vertaald in een concrete behoefte aan en spreiding van gebouwen. Voor het stadsdeel Centrum is door de gemeenteraad in 2001 een Integraal Huisvestingsplan Onderwijs vastgesteld waarmee de schoolbesturen hebben ingestemd. Volgens dit plan volstaat de bestaande huisvesting van de Meester Schabergschool en de Sint Carolusschool (paragraaf 2.3.4) en kan de bestaande situatie worden gehandhaafd. Sinds de vaststelling van het IHP is deze situatie niet gewijzigd en zijn er in beginsel geen (concrete) plannen voor nieuwbouw. Hoewel een IHP een indicatief plan is dat inzicht geeft in de ontwikkeling van het gebouwenbestand op de korte en middellange termijn, kan in de jaren na vaststelling ervan niettemin aanleiding bestaan tot bijstelling of actualisering, eventueel ook voor één of voor beide scholen in het plangebied. De functionaliteit van het gebouw van de Sint Carolusschool is niet optimaal. Nieuwbouw in de toekomst is daarom niet uitgesloten. Eventuele nieuwbouw zal op termijn op de huidige locatie plaatsvinden, zodat de huidige bestemming kan worden gehandhaafd.

3.9.2 Peuterspeelzaalwerk

De gemeente Den Haag streeft in haar huisvestingsplannen naar de vestiging van voorscholen: een peuterspeelzaal en een (Gemeentelijk Onderwijs Achterstand of GOA-)basisschool die dezelfde voor- en vroegschoolse educatieve programma's gebruiken. Voor deze samenwerking is het wenselijk dat de peuterspeelzaal in of nabij de samenwerkende basisschool is gehuisvest. Afgezien van de peuterspeelzalen Carlijn en Peuterheuvel (paragraaf 2.3.4) zijn er in het plangebied geen GOA-basisscholen. Er zijn daarom in de komende jaren geen uitbreidingen van het peuterspeelzaalwerk in het gebied te verwachten.

3.9.3 Cultuur

Gemeente Den Haag zet zich in voor een gevarieerd en breed cultureel aanbod, het ondersteunen van kwetsbare vormen van kunst en cultuur en het professioneel beheer van gemeentelijke collecties. Den Haag beschikt over een gevarieerd aanbod aan culturele voorzieningen, zoals podia en gezelschappen, filmtheaters, musea, instellingen voor beeldende kunst, instellingen gericht op kunst als vrijetijdsbeoefening en cultuureducatie en culturele festivals. Deze voorzieningen zijn grotendeels (boven)stedelijk georiënteerd en ruimtelijk vooral geconcentreerd in de stadsdelen Centrum en Scheveningen. Daarnaast wordt op tal van plaatsen – in tijdelijke en permanente ateliers, broed- en werkplaatsen – in relatieve luwte kunst geproduceerd en getoond. Zulke plekken zijn met name geconcentreerd in de periferie van de binnenstad.

In de notitie 'Creatieve stad Den Haag' en de notitie 'Broedplaatsen' (september 2005) spreekt het college de intentie uit een aantal jaren expliciet aandacht te schenken aan de creatieve stad en haar broedplaatsen. Eén van de instrumenten is locatiebeleid: het signaleren van kansrijke gebieden met gemengde 'rommelmilieus', de zorg voor voldoende betaalbare bedrijfsruimte in een binnenstedelijk milieu en het scheppen van ruimte voor creatieve milieus in bestemmingsplannen. Het plangebied, in het zuidwestelijk deel van de periferie van de binnenstad, is in de notities aangemerkt als een interessant gebied: een kansrijk gebied met een gemengd 'rommelmilieu'. In Westeinde en omgeving kwamen al veel creatieve initiatieven tot stand (paragraaf 2.3.4): de Spanjaardshof, De Aap et cetera. Het gebied leent zich voor verdere versterking van het creatieve milieu en moet ruimte bieden voor de vestiging van creatieve initiatieven aan en rondom het Westeinde.

3.9.4 Welzijn en zorg

Het gemeentelijk welzijnsbeleid, verwoord in het Welzijnsplan 2005-2006, bestrijkt het brede terrein van individuele ondersteuning tot recreatieve activiteiten, van het tegengaan van maatschappelijke tweedeling tot de sociale inrichting van de woon- en leefomgeving. De activiteiten van het welzijnswerk zijn gericht op preventie en participatie: ontmoeting en recreatie, creativiteit, cultuur en peuterspeelzaalwerk. De integratie van verschillende bevolkingsgroepen (autochtoon en allochtoon, jong en oud, zelfredzame en kwetsbare groepen) is hierbij een belangrijke doelstelling. Voorts biedt het welzijnswerk activiteiten die mensen helpen (moeilijke) situaties op te lossen door gerichte interventies, zoals algemeen maatschappelijk werk, eenzaamheidsbestrijding bij ouderen en activiteiten gericht op het voorkomen van overlast veroorzaakt door jongeren. De Wet Kinderopvang beperkt sinds januari 2005 de sturingsmogelijkheden van de gemeente ten aanzien van de spreiding en huisvesting van de kinderopvang. Niettemin denkt de gemeente mee met schoolbesturen en instellingen voor kinderopvang om de vraag van ouders zo goed mogelijk te kunnen beantwoorden. Zo zijn maatschappelijke voorzieningen en welzijnsvoorzieningen zodanig gedefinieerd dat hierin kinderopvang mogelijk is.

Het rijksbeleid inzake ziekenhuisvoorzieningen is richtinggevend voor de ontwikkelingen van het MCH Westeinde. (Er is geen gemeentelijk beleid inzake de ziekenhuisvoorzieningen in de stad.) Het Medisch Centrum Haaglanden telt twee locaties: het MCH Westeinde in Den Haag en het MCH Antoniushove in Leidschendam. Het MCH is op 1 januari 1998 ontstaan door de fusie van het Westeinde Ziekenhuis en de St. Antoniushove.

Ten behoeve van het goed functioneren van het MCH Westeinde vindt in de planperiode een aantal nieuwe ontwikkelingen op het ziekenhuisterrein plaats. Het gaat om de bouw van ruimte voor een kinderdagverblijf, kinderdagbehandeling en andere behandelruimten ter grootte van in totaal circa 10.000 m²bvo op het binnenterrein, gecombineerd met een ondergrondse parkeergarage en 'vernieuwbouw' aan het Westeinde.

De nieuwbouw vindt ook plaats in het licht van de voorgenomen verhuizing van de GGD, van de Thorbeckelaan naar het Westeinde. In navolging van de huisvesting van het regionale SOA centrum op het terrein van het MCH Westeinde, heeft de GGD voorgesteld ook haar overige functies in het complex van het MCH Westeinde te huisvesten. Deze locatie sluit beter aan bij een belangrijk deel van de primaire klanten van de GGD en de GGD kan op deze locatie functioneren in een zorgomgeving: ze kan terugvallen op expertise van specialisten en medische faciliteiten.

3.9.5 Levensovertuiging

De nota 'Gebedsruimte in Den Haag' (september 2005) van de gemeente Den Haag wees op basis van onderzoek uit dat in de komende vijf tot tien jaar de vraag naar gebedsruimte aanzienlijk toeneemt: voor 25 tot 60 religieuze organisaties moet circa 20.000 m² bvo aan religieuze voorzieningen beschikbaar komen. In het plangebied is al een groot aantal voorzieningen voor verschillende religies gevestigd. Dit plan maakt de vestiging van voorzieningen ten behoeve van levensovertuiging – met inbegrip van daarbij horende culturele en maatschappelijke activiteiten – mogelijk binnen de definitie van maatschappelijke voorzieningen.