direct naar inhoud van 3.2 Provinciaal beleid
Plan: Hoek Marktplein-Van Ghentstraat, Twello
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0285.171021-VS00

3.2 Provinciaal beleid

Streekplan Gelderland

De provincie heeft haar ruimtelijk beleid vastgelegd in het Streekplan Gelderland 2005. Met de inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) per 1 juli 2008 heeft het streekplan Gelderland 2005 de status van structuurvisie gekregen. Dat betekent dat de inhoud van het streekplan voor de provincie de basis blijft voor haar eigen optreden in de ruimtelijke ordening. Het streekplan verdeelt Gelderland ruwweg in drie soorten gebieden. Voor elk van deze gebieden is het beleid verschillend:


Het rode raamwerk: hier moet vooral de verstedelijking van Gelderland plaatsvinden. Het gaat om de zogeheten stedelijke netwerken, waarvan de regio Stedendriehoek Apeldoorn-Zutphen-Deventer er één van is. Ook de landbouw-ontwikkelings-gebieden (LOG's) worden tot het rode raamwerk gerekend vanwege het provinciale belang daarvan.

Het groen-blauwe raamwerk: hier ligt het accent op het beschermen en versterken van de aanwezige kwetsbare waarden en belangen. Dit zijn functies met een lage ruimtelijke dynamiek zoals de Ecologische Hoofdstructuur, waardevolle open gebieden en gebieden waar meer ruimte voor water gecreëerd moet worden.

Het multifunctionele gebied: het staat gemeenten vrij zelf het ruimtelijk beleid voor multifunctionele gebieden te bepalen. Wel wil de provincie dat gemeenten rekening houden met waardevolle landschappen in deze gebieden. Het plangebied ligt in zowel het rode raamwerk, waar het specifiek gelegen is in de stedendriehoek Apeldoorn-Zutphen-Deventer, als in multifunctioneel gebied. Plannen die gelegen zijn in deze stedendriehoek (het rode raamwerk) worden op regionaal niveau beoordeeld. De provincie wordt wel betrokken bij het regionale beleid dat voor deze gebieden worden opgesteld.

Op basis van bovenstaande kan geconcludeerd worden dat de herontwikkeling niet van provinciaal belang is. Door de provincie is daarom ook aangegeven dat er in dergelijke situatie geen vooroverleg nodig is.