Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Buitengebied, derde herziening
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0214.BUIBP20120000-va01

Artikel 43 Algemene afwijkingsregels

43.1 Bed & breakfast
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan voor de inrichting en het gebruik van woningen ten behoeve van bed & breakfast, waaronder wordt verstaan een kleinschalige aan de woonfunctie ondergeschikte accommodatie voor uitsluitend logies en ontbijt en bedoeld voor kortstondig, wisselend recreatief verblijf, indien en voor zover:
  1. het betreft een woning, die tevens bewoond blijft;
  2. geen groter vloeroppervlak dan 60 m² ten behoeve van bed & breakfast in beslag wordt genomen;
  3. niet meer dan 3 slaapkamers, ten behoeve van maximaal 6 personen, van de betreffende woning worden ingericht en gebruikt voor bed & breakfast;
  4. de bed & breakfast voorziening niet functioneert als een zelfstandige woning;
  5. parkeren plaats vindt op eigen terrein;
  6. van tevoren in voldoende mate is verzekerd dat het beoogde gebruik geen onevenredig nadelige gevolgen heeft voor het woon- en leefklimaat van de omliggende woningen of voor de bedrijfsvoering van omliggende bedrijven.
43.2 Kleine uitbouwen woningen
Kleine uitbouwen woningen Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de regels van het plan voor de bouw van kleine uitbouwen aan woningen, indien en voor zover:
  1. de overschrijding van een krachtens het plan aangegeven begrenzing niet meer bedraagt dan 2 m;
  2. de oppervlakte van de uitbouw niet meer bedraagt dan 6 m2.
43.3 Mantelzorg
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan voor de verbouw van een woning in verband met het verlenen van mantelzorg, indien en voor zover:
  1. er, ingeval er geen ouder/kind relatie is, sprake is van een vastgestelde medische indicatie;
  2. de verbouw noodzakelijk is om te voorzien in de behoefte aan inwoning ten behoeve van mantelzorg;
  3. de inwoning plaats vindt in het hoofdgebouw en geen groter vloeroppervlak in beslag neemt dan 75 m²;
  4. er sprake is van een gemeenschappelijke entree;
  5. het verbouwde gedeelte voor inwoning technisch/functioneel altijd weer bij de oorspronkelijke woning kan worden betrokken;
  6. indien in voldoende mate aangetoond kan worden dat geen (volledig) gebruik kan worden gemaakt van de woning, mag naast of in plaats van inwoning door verbouw van de woning ook inwoning plaats vinden in een bestaand bijbehorend bouwwerk, mits voldaan wordt aan het volgende:
    1. de vloeroppervlakte in gebruik ten behoeve van mantelzorg mag niet meer bedragen dan 60 m²,
    2. de afstand van het bijbehorend bouwwerk tot de woning mag niet meer bedragen dan 12 m;
    3. de getroffen functionele voorzieningen worden na afloop van het gebruik verwijderd.
43.4 Aan huis gebonden nevenactiviteiten en kantoor- en praktijkruimten
Burgemeester, en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de regels van het plan voor een gebruik ten behoeve van aan huis gebonden nevenactiviteiten en kantoor- en praktijkruimten, indien en voor zover:
  1. de desbetreffende woning bewoond blijft;
  2. het vloeroppervlak van de gebouwen ten behoeve van het gebruik voor aan huis gebonden nevenactiviteiten en kantoor- en praktijkruimten niet meer bedraagt dan 50 m2;
  3. het onbebouwde gedeelte van het perceel niet wordt gebruikt voor de beoogde activiteit, met uitzondering van parkeervoorzieningen;
  4. de nevenactiviteit geen detailhandel betreft;
  5. de beoogde activiteit geen ontwikkeling tot gevolg heeft waarop de bestaande nutsvoorzieningen, wegen en parkeervoorzieningen niet zijn afgestemd;
  6. van tevoren in voldoende mate is verzekerd dat het beoogde gebruik geen ontoelaatbare invloed heeft op het woon- en leefmilieu van de omliggende woningen.
43.5 Bijbehorende bouwwerken op een grotere afstand van de woning
Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de regels van het plan voor de bouw van bijbehorende bouwwerken ten dienste van woningen, voor zover deze woningen in het plan zijn opgenomen met bestemming Wonen, indien en voor zover:
  1. de afstand tot de achtergevel van het hoofdgebouw van de bijbehorende woning niet meer bedraagt dan 70 m;
  2. de gronden waarop het bijbehorende bouwwerk wordt gerealiseerd in eigendom zijn of worden gepacht, waarbij ingeval van pacht sprake moet zijn van een bij de Grondkamer geregistreerd langlopend pachtcontract;
  3. de gronden deel uitmaken van het bij de desbetreffende woning behorende en direct en ononderbroken aansluitende perceel;
  4. de regels ten aanzien van bijbehorende bouwwerken zoals deze zijn opgenomen in de bestemming "Wonen" in acht worden genomen, met inbegrip van de mogelijkheden waarin de afwijkingsregels, met de bijbehorende voorwaarden, in de bestemming "Wonen" voorzien.
43.6 Evenementen
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan voor het gebruik van gronden voor het houden van meerdaagse evenementen, waaronder worden verstaan kermissen, jaarmarkten, tentfeesten en daarmee vergelijkbare evenementen.
 
43.7 Grenzen en aanduidingen
Het bevoegd gezag kan , mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan ten behoeve van:
  1. het afwijken van bestemmingsgrenzen, bouwgrenzen en overige aanduidingen in het horizontale vlak, indien en voor zover afwijking noodzakelijk is in verband met de uitmeting van het terrein en er geen dringende redenen zijn die zich tegen de afwijking verzetten, mits de afwijking ten opzichte van hetgeen in het plan is aangegeven niet meer bedraagt dan 2,5 m;
  2. het afwijken van bouwgrenzen en overige aanduidingen in het horizontale vlak, niet zijnde bestemmingsgrenzen, indien en voor zover afwijking noodzakelijk is uit een oogpunt van doelmatig gebruik van de grond, mits de afwijking ten opzichte van hetgeen in het plan is aangegeven niet meer bedraagt dan 2,5 m;
  3. de bestemmingsbepalingen ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en toestaan dat de bouwhoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot niet meer dan 10 m.
43.8 Monumenten
43.8.1 Omgevingsvergunning herstel / herbouw
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan voor de instandhouding, dan wel het herstel of de herbouw van bouwwerken, indien en voor zover de instandhouding, dan wel het herstel of de herbouw, noodzakelijk is om te voldoen aan het bepaalde in de Monumentenwet, dan wel de gemeentelijke Monumentenverordening.
 
43.8.2 Omgevingsvergunning bouwwerken
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan voor het bouwen van bouwwerken op een erf dat behoort bij een Rijks- of gemeentelijk monument, mits:
  1. de bouwwerken een meerwaarde geven aan de (het) aanwezige (ensemble van) monumentale bebouwing;
  2. alle niet bij het monumentale karakter passende bebouwing wordt gesloopt;
  3. de gemeentelijke monumentencommissie is gehoord en een positief advies heeft gegeven.
43.8.3 Omgevingsvergunning extra woning monument / karakteristiek pand
Het bevoegd gezag kan, gehoord de gemeentelijke monumentencommissie, eenmalig bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan voor de realisering van één extra woning, indien en voor zover:
  1. de extra woning wordt gerealiseerd binnen de bestaande inhoud van een gebouw dat tevens is aangemerkt als Rijksmonument of gemeentelijk monument overeenkomstig de Monumentenwet of de gemeentelijke Monumentenverordening, dan wel is aan te merken als karakteristiek en wordt gerealiseerd met als oogmerk de karakteristiek van het desbetreffende gebouw in stand te houden, dan wel te herstellen, en;
  2. de extra woning een inhoud heeft van tenminste 300 m³.
43.9 Nutsvoorzieningen
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan ten behoeve van de bouw van bouwwerken voor nutsvoorzieningen zoals pompgemalen, verdeel-, regel- of transformatorruimten, telefooncentrales, telefooncellen, geldautomaten en abri's, waarvan de inhoud niet meer mag bedragen dan 50 m³ en de hoogte niet meer mag bedragen dan 3 m, alsmede voor beeldhouwwerken en daarmee gelijk te stellen kunstzinnige elementen met geen grotere hoogte dan 6 m en lichtmasten en vlaggenmasten met geen grotere hoogte dan 10 m.
 
43.10 Kleinschalige voorzieningen in de toeristische en recreatieve sector
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan voor het gebruik van gronden ten behoeve van kleinschalige voorzieningen in de toeristische en recreatieve sector, mits voldaan wordt aan het volgende:
  1. de voorzieningen zijn uitsluitend toegestaan in het achtererfgebied;
  2. op eigen terrein dient te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
  3. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van het woon- en leefmilieu;
  4. er vindt geen milieubelemmering plaats voor omliggende functies en bedrijven;
  5. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de verkeersveiligheid;
  6. er ontstaat geen onevenredige verkeers- en parkeeroverlast voor de omgeving.