|
Op 18 mei 2015 is bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' onherroepelijk geworden. In het bestemmingsplan is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om de aanduiding 'woonschepenligplaats' te verkleinen, dan wel te schrappen om op deze manier meer zicht op de Amstel te realiseren. Ten tijde van het opstellen van het bestemmingsplan was al duidelijk dat de woonboot aan de Weesperzijde 1086 mogelijk zou (moeten) worden verplaatst.
Inmiddels is er in het bestemmingsplan 'Omval' – onherroepelijk geworden op 28 juni 2013 – een nieuwe ligplaats voor de betreffende woonboot (Geertruida) mogelijk gemaakt. Omdat de verplaatsing van de woonboot reeds heeft plaatsgevonden en het wenselijk wordt geacht om de functieaanduiding 'woonschepenligplaats' ter hoogte van Weesperzijde 1086 te schrappen, is dit wijzigingsplan opgesteld.
Door het schrappen van de functieaanduiding 'woonschepenligplaats' op de betreffende locatie wordt in dit wijzigingsplan enkel de aanduiding op de verbeelding gewijzigd, waarbij de bestemming ´water´ met daarbij de regels uit het moederplan wel blijven gelden. De regels uit het vigerende bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' wijzigen niet.
De woonboot Geertruida lag in de Amstel aan de Weesperzijde 1086 en grensde aan de Weesperzijde ter hoogte van de huisnummers 115 tot en met 118.
Er is voor deze woonboot in het verleden diverse keren voor bepaalde tijd een ligplaatsvergunning afgegeven. Op 12 mei 2009 is een vergunning voor onbepaalde tijd verleend. Dit naar aanleiding van een overeenkomst welke tussen de gemeente en de dienst binnenwaterbeheer is gesloten, die onder andere ziet op het actualiseren en voor onbepaalde tijd ambtshalve verstrekken van een ligplaatsvergunning.
Het verplaatsen van de woonboot was noodzakelijk omdat de locatie ging dienen als loswal, die bij calamiteiten, werkzaamheden en evenementen vrij dient te zijn. Tevens is de verplaatsing in lijn met de wens om de zichtbaarheid op de Amstel te vergroten.
In januari 2012 is de notitie scenario's ligplaats woonschip Geertruida behandeld door de deelraad. Hierbij is gekozen om het bestemmen van de huidige ligplaats met een wijzigingsbevoegdheid om de ligplaats te schrappen na verplaatsing en het onderzoeken van alternatieve locaties, uit te werken. Conform dit scenario is de ligplaats van de Geertruida bestemd op basis van de geldende ligplaatsvergunning. Ondertussen is een nieuwe ligplaats voor de Geertruida mogelijk gemaakt, waardoor de mogelijkheid is ontstaan om door middel van de wijzigingsbevoegdheid de ligplaats aan de loswal te schrappen uit het bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook'.
In verband met bovenstaande is op 9 november 2012 een verplaatsingsovereenkomst getekend tussen de woonbootbewoner en de gemeente Amsterdam (Stadsdeel Oost) om de woonboot te verplaatsen naar een ligplaats iets ten zuiden van de Loswal, naar nummer 1099. Dit wijzigingsplan zorgt ervoor dat deze locatie niet meer als woonschepenligplaats in gebruik kan worden genomen, waardoor de zicht op de Amstel ook in de toekomst blijft behouden.
Het voorliggende wijzigingsplan bestaat uit een verbeelding met bijbehorende regels, vergezeld van een toelichting. De regels en de verbeelding vormen de juridisch bindende elementen van het wijzigingsplan.
De toelichting bestaat uit 6 hoofdstukken. Hoofdstuk 1 omschrijft de aanleiding en historie. In Hoofdstuk 2 wordt ingegaan op het geldend planologisch kader. Hoofdstuk 3 gaat in op het geldende beleidskader. Hoofdstuk 4 behandelt de verschillende omgevingsfactoren. In Hoofdstuk 5 wordt ingegaan op de juridische plansbeschrijving en tot slot Hoofdstuk 6, waarin de uitvoerbaarheid van dit wijzigingsplan nader uiteen wordt gezet.
Dit wijzigingsplan heeft enkel betrekking op het waterperceel waarbinnen de verplaatste woonboot zich bevond. Dit stuk op het water maakt deel uit van de Weesperzijdestrook. Dit is een gemengd stedelijk gebied dat is ontstaan langs een van de vijf verbindingen tussen het platteland en stedelijke kern (grachtengordels) van Amsterdam. De betreffende ligplaats is leeg. Het plangebied van dit wijzigingsplan 'Ligplaats verwijderen Loswal' wordt globaal als volgt begrensd:
noorden: Weesperzijde, huisnummers 1082 en 1084;
oosten: Weesperzijde, ter hoogte van de huisnummers 115 t/m 118;
zuiden: de Amstel;
westen: de Amstel.
*Afbeelding 1: luchtfoto 2019 bron: maps.amsterdam.nl
In artikel 20.3.2 onder a van het vigerende bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' (moederplan), staat dat het bestaande aantal woonboten (momenteel 48) zijn toegestaan op de strook. Voor het wijzigingsplan wordt derhalve enkel het waterperceel van de te schappen ligplaats meegenomen. Een verbeelding van het wijzigingsplan wordt hieronder weergegeven. Voor de exacte begrenzing van het plangebied wordt verwezen naar de digitale verbeelding.
*Afbeelding 2: verbeelding van het wijzigingsplan Bron: Ruimte & Duurzaamheid Gemeente
Amsterdam
Op de voormalige ligplaats Weesperzijde 1086 ter hoogte van de nummers 115-118 is het bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' vigerend (vastgesteld door de raad op: 12-03-2013). De ligplaats ligt binnen de vigerende bestemming 'water' met functieaanduiding 'woonschepenligplaats'. Binnen deze aanduiding zijn ligplaatsen voor woonboten toegestaan. In aanvulling op het bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' is tevens het paraplubestemmingsplan 'Drijvende bouwwerken' (vastgesteld door de raad op: 11-09-2019) van toepassing. Dit parapluplan voorzien in bouwregels voor drijvende bouwwerken ter plaatse waar het vigerende bestemmingsplan voorzien in ligplaatsen voor woonboten.
*Afbeelding 3: ligging binnen bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook'. Bron: Ruimtelijkeplannen.nl
In artikel 20.5 van het vigerende bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' (het moederplan) is een bepaling opgenomen dat het Dagelijks Bestuur bevoegd is om, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.9 van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de in lid 20.1 onder i genoemde gronden te wijzigen door het verkleinen dan wel schrappen van de aanduiding 'woonschepenligplaats', met dien verstande dat de toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid alleen is toegestaan indien:
In onderhavig geval is de woonboot, in overeenstemming met de eigenaar, reeds naar een andere locatie verplaatst. Middels het sluiten van een verplaatsingsovereenkomst tussen eigenaar en gemeente is de verplaatsing vastgelegd. Hiermee is voldaan aan de voorwaarden om gebruik te kunnen maken van de wijzigingsbevoegdheid middels het vaststellen van een wijzigingsplan. Door gebruik te maken van de hiervoor genoemde wijzigingsbevoegdheid kan de ligplaats worden geschrapt.
In het bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' wordt het relevante rijksbeleid, provinciale beleid, het regionale beleid en het gemeentelijke beleid uitgebreid uiteengezet in hoofdstuk 3 van de toelichting. In dit hoofdstuk wordt het beleidskader vor zover dit relevant is nader toegelicht en aangevuld voor zover actuele relevante beleidswijzigingen hebben plaatsgevonden.
Voor een overzicht van het beleidskader wordt daarom verwezen naar hoofdstuk 3 van
de toelichting van bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' (met identificatienummer NL.IMRO.0363.M1205BPSTD-OH01).
Het rijksbeleid is er op gericht om belangen op nationaal niveau te behartigen. Wanneer er geen nationaal belang in het geding is wordt de verantwoordelijkheid voor de ruimtelijke ordening bij gemeenten en provincies gelegd. Zo ontstaat er ruimte voor maatwerk en keuzes van burgers en bedrijven.
Met dit wijzigingsplan worden geen nationale belangen geraakt.
De provincie stuurt op (boven)regionaal niveau op de inrichting van de ruimte in Noord-Holland. Op 21 juni 2010 hebben Provinciale Staten van Noord-Holland de Structuurvisie Noord-Holland 2040 en de Provinciale ruimtelijke verordening structuurvisie vastgesteld en in werking getreden op 1 november 2010. De visie geeft op hoofdlijnen sturing aan de ruimtelijke ordening en maatregelen op het gebied van verkeer en vervoer, zie hiervoor paragraaf 3.2 van het moederplan. Recent is de omgevingsvisie NH2050 vastgesteld op 19 november 2018 en de provinciale ruimtelijke verordening is vastgesteld op 27 mei 2019 en in werking getreden op 7 juni 2019. Inhoudelijk hebben de nieuwe omgevingsvisie NH2050 en de provinciale ruimtelijke verordening geen gevolgen voor het onderhavige plangebied en de inhoud van het wijzigingsplan.
In het moederplan, bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' vastgesteld op 12 december 2014 zijn de voor onderhavige locatie van belang zijnde beleidsdocumenten opgenomen en verwerkt. De relevante beleidsdocumenten, welke sinds de vaststelling van het moederplan zijn aangenomen worden nader behandeld.
Op 14 september 2016 heeft het de gemeenteraad de Watervisie vastgesteld. De Watervisie is uitvloeisel van Structuurvisie Amsterdam 2040. In de Watervisie is de volgende koers uitgezet:
De centrale ambitie van deze Watervisie Amsterdam 2040 is als volgt: "Amsterdam gebruikt haar water en oevers beter en duurzamer en optimaliseert de ordening van het gebruik van het water en oevers. Dit leidt er toe dat Amsterdam zich verder kan ontwikkelen als kernstad van een internationaal concurrerende, duurzame en leefbare Europese metropool".
Impuls Amstelboulevard
De Amstel is samen met het IJ de ontstaansader van Amsterdam en een prachtige grote openbare ruimte centraal in de stad. Historisch gezien heeft de Amstel altijd een belangrijke recreatieve functie gehad voor de stedeling. Vanaf de jaren '60 is steeds meer verkeersruimte naar de auto gegaan. Vanaf de jaren '70 zijn aan de voorheen bedrijvige en dynamische Amsteloevers geleidelijk woonboten en -arken gekomen, waardoor het zicht op de Amstel over grote delen beperkt is. We willen van de Amsteloevers weer echte boulevards voor de Amsterdammers maken, bijzondere voorzieningen en horecaplekken aan de oevers. We gaan in gesprek met woonbootbewoners, walbewoners en andere betrokkenen aan de Amstel en verkennen of en hoe we woonboten kunnen verplaatsen om het zicht op de Amstel te vergroten.
Het versterken van de Amstelboulevards is opgenomen in de Watervisie 2040. Het is daarmee ook een centraal stedelijk belang geworden om meer zicht op de Amstel te realiseren. Met het uitvoeren van de wijzigingsbevoegdheid, opgenomen in het moederplan 'Weesperzijdestrook', wordt een deel van de Amstel wat bestemd is als ligplaats voor een woonschip, weer bestemd als open water. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan een centraal stedelijk, alsmede een beleidsuitgangspunt van het stadsdeel Oost.
Het uitgangspunt bij het paraplubestemmingsplan 'Drijvende bouwwerken' is om de bestaande rechten te respecteren, maar ook om nadrukkelijk niet meer rechten te bieden aan eigenaren/bewoners dan het geval was voor de inwerkingtreding van het paraplubestemmingsplan.
Waar de maatvoering voor drijvende bouwwerken in de specifieke gebruiksregels van een onderliggend bestemmingsplan is geregeld, voorzien de regels van het paraplubestemmingsplan er in dat ze als bouwregels kunnen worden toegepast. Inhoudelijk blijven de maten ongewijzigd. Als de maatvoering voor drijvende bouwwerken in bouwregels van het onderliggende bestemmingsplan is vastgelegd, wordt voor de toepasbaarheid van de bouwregels naar het betreffende bestemmingsplan verwezen. Indien het moederplan geen maatvoering kent, is de maatvoering zoals opgenomen in de beleidsregels van toepassing. Mocht deze evenmin in een maatvoering voorzien dan geldt de maatvoering zoals vergund.
Voor de bestemmingsplannen in stadsdeel Oost, waarin ligplaatsen voor woonboten (drijvende bouwwerken) zijn opgenomen en geen maatvoering in de vorm van specifieke gebruiksregels of bouwregels is opgenomen in het desbetreffende bestemmingsplan, geldt een doorverwijzing naar de maatvoering voor verschillende types woonboten zoals opgenomen in de beleidsnota woonboten en oevergebruik stadsdeel Oost (25 juni 2013), laatstelijk verlengd bij besluit van 20 december 2017 (Gemeenteblad 2018, 14540) (hierna: de beleidsregels0. Daarnaast geldt een doorverwijzing naar de beleidsregels ten aanzien van de specifieke en beperkende maatvoering uit de beleidsregels bij het verbouwen en vervangen van verschillende types woonboten.
Middels het vaststellen van dit wijzigingsplan wordt de aanduiding 'woonschepenligplaats' ter plaatse van het plangebied verwijderd. De regeling heeft daarmee materieel gezien geen toepassing meer binnen het plangebied, omdat de regeling ziet op bestaande ligplaatsen en uitgangspunt van het beleid is dat er geen nieuwe ligplaatsen worden gecreëerd.
Door het schrappen van een ligplaats zal het in de toekomst niet mogelijk zijn om deze locatie als ligplaats voor een woonschip in gebruik te nemen. Deze planinhoud heeft geen invloed op de omgevingsaspecten bodem, luchtkwaliteit, geluid, externe veiligheid, flora & fauna, water, archeologie en cultuurhistorie, milieuzonering, verkeer en parkeren.
Europees beleid
Omdat water zich weinig aantrekt van landsgrenzen, zijn internationale afspraken nodig. Sinds eind 2000 is daarom de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) van kracht. Deze moet ervoor zorgen dat de kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater in Europa in 2015 op orde is.
Om dit te bereiken moeten de landen van de Europese Unie een groot aantal maatregelen nemen. Enerzijds om de kwaliteit van de 'eigen' wateren op peil te brengen, anderzijds om ervoor te zorgen dat andere landen geen last meer hebben van de verontreinigingen die hun buurlanden veroorzaken.
De uitvoering van de KRW schept de nodige verplichtingen en biedt tegelijkertijd voor Nederland ook veel mogelijkheden. Nederland ligt immers benedenstrooms en is voor zijn waterkwaliteit voor een belangrijk deel afhankelijk van het buitenland. Door de invoering van de richtlijn kunnen landen niet langer problemen van hun bord schuiven. Aan Nederland de opgave om de richtlijn goed en doelmatig uit te voeren.
Rijksbeleid
Het Nationaal Waterplan 2016-2021 (NWP) bevat de hoofdlijnen van het nationaal waterbeleid en de daartoe behorende aspecten van het ruimtelijk beleid. Het NWP 2016-2021 is de opvolger van het NWP 2009-2015 en vervangt dat plan en de partiële herzieningen hiervan. Op basis van de Waterwet is het NWP voor de ruimtelijke aspecten tevens een structuurvisie. Het NWP is zelfbindend voor het Rijk. In dit nieuwe NWP komt een aantal onderwerpen uit het vorige NWP niet terug. Alleen de onderwerpen die in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) als rijksbelang zijn aangemerkt, staan in dit NWP. Gedecentraliseerde onderwerpen komen niet meer aan de orde.
Vanuit de verantwoordelijkheid voor het watersysteem verankert het Rijk de volgende principes:
In 2014 heeft het Kabinet de nationale deltabeslissingen vastgesteld en via een tussentijdse wijziging van het voornoemde Nationaal waterplan als beleid heeft verankerd. In de deltabeslissing Ruimtelijke Adaptatie heeft het Deltaprogramma voorstellen opgenomen om de ruimtelijke inrichting van Nederland klimaatbestendig en waterrobuust te maken. Alle overheden en marktpartijen zijn daar samen verantwoordelijk voor. In 2014 heeft de gemeente Amsterdam de intentieverklaring 'Ruimtelijke Adaptatie' ondertekend, voortkomend uit de Deltastrategie. In haar beleid 'Amsterdam Waterbestendig' onderschrijft de gemeente de noodzaak voor klimaatbestendigheid en een robuuste watersysteem, mede in verband met de ambitie om de stad verder te verdichten. Op rijksniveau heeft de Commissie Waterbeheer in de 21ste eeuw, geadviseerd de wateroverlast in een watersysteem aan te pakken door het volgen van de drietrapsstrategie vasthouden-bergen-afvoeren. In het Nationaal Bestuursakkoord Water hebben alle partijen deze aanpak onderschreven. Op grond van 'Amsterdam Waterbestendig' gaat Amsterdam de komende decennia werken aan de volgende opgaven:
Waterbeheerplan
Het Beleid van het hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht is vertaald in het Waterbeheerplan Waterschap Amstel, Gooi en Vecht 2016-2021. In het Waterbeheersplan is uitgewerkt hoe AGV in de planperiode invulling geeft aan haar taken op het gebied van waterbeheer, zoals veiligheid, waterkwaliteit, waterkwantiteit. Zie: https://www.waternet.nl/over-ons/publicaties/.
Gemeentelijk rioleringsplan Amsterdam 2016-2021
In dit plan is het beleid op het gebied van de gemeentelijke watertaken (stedelijk afvalwater, afvloeiend hemelwater en grondwater) van Amsterdam toegelicht voor de periode 2016-2021. Zie https://www.waternet.nl/siteassets/ons-water/gemeentelijk-rioleringsplan-amsterdam-2016- 2021.pdf.
Keur
De Keur is de waterschapsverordening van het hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht (AGV)/Hoogheemraadschap van Rijnland(HHR)/Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK). De regels in de Keur beschermen de waterkeringen en watergangen. Voor werkzaamheden rond water of een dijk is een vergunning van het waterschap nodig. Bijvoorbeeld bij de aanleg van leidingen, lozingen op het oppervlaktewater, het plaatsen van bouwwerken of het onttrekken van grondwater.
Algemeen
Waterparagraaf
Het Rijk, de provincies, gemeenten en waterschappen hebben in februari 2001 de “Startovereenkomst Waterbeheer 21ste eeuw” ondertekend. Hierin is vastgelegd dat de betrokken partijen de “watertoets” toepassen op alle relevante ruimtelijke plannen met waterhuishoudkundige consequenties. In het Besluit ruimtelijke ordening is bepaald dat de betrokken waterbeheerders moeten worden geraadpleegd bij het opstellen van bestemmingsplannen en bij de voorbereiding van een omgevingsvergunning die in strijd is met het bestemmingsplan. De watertoets is een instrument om ruimtelijke plannen, zoals bestemmingsplannen en een omgevingsvergunning voor de activiteit “bouwen in strijd met het bestemmingsplan”, te toetsen op de mate waarin rekening wordt gehouden met waterhuishoudkundige aspecten. Het gaat daarbij onder meer om aspecten als waterkwaliteit en waterkwantiteit (ruimte voor water) en veiligheid (bescherming tegen overstroming).
Het plangebied van het wijzigingsplan valt binnen het beheersgebied van het hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht (AGV). Waternet voert de zorg voor het oppervlaktewatersysteem uit in opdracht van AGV. De gemeentelijke watertaken omvatten zorgplicht voor grondwater, afvalwater, hemelwater en drinkwater. In opdracht van Amsterdam voert Waternet met name de grondwaterzorgtaak, de zorg voor afvoer en behandeling van afvalwater en de drinkwatervoorziening uit. Tijdige afstemming met de afdeling Assetmanagement Waterketen van Waternet voorkomt eventuele knelpunten in de capaciteit van het afvalwaterstelsel en borgt tijdig passende oplossingen voor aansluiting.
Waterkeringen
Het plangebied maakt onderdeel uit van de Amstelland-west boezem. In het plangebied is oppervlaktewater aanwezig in de vorm van een primaire (stedelijke) watergang, namelijk de Amstel. De waterkering langs de Ringvaart betreft een secundaire waterkering. Voor werkzaamheden binnen de zoneringen van deze waterkering moet in de meeste gevallen vergunning worden aangevraagd bij Waternet. Het plangebied bevindt zich niet binnen een waterkeringszone.
Waterberging
Bij een toename van het oppervlakte verharding van 1.000 m² of meer dient de toename aan verharding gelet op de Keur te worden gecompenseerd in de vorm van 10-20% oppervlaktewater of alternatieve vormen van waterberging. Demping van oppervlaktewater moet voor 100% worden gecompenseerd. Als binnen het plangebied geen mogelijkheid is voor het creëren van compensatie dient elders in hetzelfde peilvak gecompenseerd te worden. In het kader van het bestemmingsplan vinden geen wijzigingen plaats in de toename van het oppervlakte verharding.
Alternatieve berging
Onder bepaalde voorwaarden kan demping of toename van verharding worden gecompenseerd in de vorm van alternatieve berging. Voorbeelden daarvan zijn vegetatiedaken en open of halfgesloten verharding. Voor het plangebied is geen compensatie noodzakelijk, wel zal het regenwater binnen het plangebied worden opgevangen en gebufferd waarmee wordt aangesloten bij de Agenda Duurzaam Amsterdam om de stad regenbestendig te maken. Om Amsterdam regenbestendig te maken, is op initiatief van Waternet het programma Amsterdam Rainproof opgezet. Rainproof motiveert, informeert en activeert bewoners, ondernemers, ambtenaren en kenniswerkers om regenbestendig te werken bij de verandering van daken, straten, tuinen, parken en pleinen. Uitgangspunt is dat gerichte, kleinschalige, fijnmazige en rendabele maatregelen de stad regenbestendiger en tegelijk aantrekkelijker en leefbaarder maken. Bij invulling van voorliggend plan wordt initiatiefnemer geacht in vroeg stadium van de uitwerking van de plannen in contact te treden met Waternet om mogelijke Rainproof oplossingen voor het plan in kaart te brengen. In het kader van het bestemmingsplan vinden geen wijzigingen plaats waardoor compensatie niet nodig is.
Hemelwater
In het Gemeentelijk Riolerings Plan (GRP) 2016-2021 staat het beleid van de gemeente op het gebied van hemelwater beschreven. Amsterdam wil haar goede prestaties op het gebied van hemelwater verder verbeteren. De gemeente houdt bij de inrichting van de buitenruimte (privaat en publiek) rekening met het tijdelijk opvangen van extreme buien. Hierop wordt met het programma Rainproof op ingespeeld. De gemeente heeft de ambitie dat de stad in 2020 een bui van 60 mm per uur kan verwerken zonder schade aan huizen en vitale infrastructuur.
Wateropgave
Vanwege het feit dat dit wijzigingsplan geen ontwikkelingen mogelijk maakt, vindt er geen bijdrage aan invulling van de wateropgave.
Demping en verharding
In het kader van dit wijzigingsplan is geen sprake van demping van oppervlaktewater. Er is geen sprake van toename van de verharding. Compensatie is daarom niet noodzakelijk.
Waterkwaliteit
Gebruik materialen
Voor nieuwbouw worden géén materialen gebruikt die de kwaliteit van het regen- en oppervlaktewater negatief beïnvloeden, zoals uitloogbare materialen als koper, zink, lood of geïmpregneerd hout. In het plangebied is een (verbeterd) gemengd/gescheiden rioolstelsel aanwezig. Dit stelsel blijft in de huidige vorm aanwezig.
Woonboten
Naast de ´Beleidsnota woonboten en oevergebruik stadsdeel Oost´ van gemeente heeft ook Waternet/AGV beleid t.a.v. woonboten. Het beleid van Waternet/AGV voor woonboten is vastgelegd in de Keur 2019 en de beleidsregels voor de Keur AGV. Dit beleid werkt aanvullend ten opzichte van het wijzigingsplan. De belangrijkste punten uit het beleid zijn hieronder genoemd:
Na vaststelling van het wijzigingsplan is het niet meer mogelijk het plangebied te gebruiken als ligplaats voor een woonboot. Derhalve zal de regeling materieel gezien geen toepassing meer vinden op het plangebied.
Kabels en leidingen
Het wijzigingsplan heeft geen invloed op in het plangebied aanwezige kabels en leidingen.
Grondwater
Er worden geen kelders, ondergrondse parkeergarages of andere ondergrondse bebouwing gerealiseerd. Het wijzigingsplan heeft daarom geen gevolgen voor de grondwaterstromen in en nabij het projectgebied.
In het plangebied van het wijzigingsplan bevindt zich geen cultuurhistorisch waardevol element. Met het schrappen van een ligplaats voor een woonboot wordt tegemoet gekomen aan het herstellen van de Amstelboulevard aan de Weesperzijde als verblijfsgebied voor de stedeling om te recreeëren. De voorliggende wijziging levert daarmee een positieve bijdrage op het gebied van cultuurhistorie.
In het geldende bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' is het plangebied van het wijzigingsplan een archeologische dubbelbestemming toegepast op basis van archeologisch bureauonderzoek door Bureau Monumenten en Archeologie. Deze dubbelbestemming blijft van toepassing zodat archeologische bescherming gewaarborgd is.
Bij het opstellen van het voorliggende wijzigingsplan is uitgegaan van de eisen die de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en Besluit ruimtelijke ordening (Bro) aan bestemmingsplannen stellen. De Wro en Bro leggen onder meer verplichtingen op ten aanzien van de opzet en de presentatie van bestemmingsplannen en wijzigingsplannen. Hieruit vloeit onder andere voort, dat bestemmingsplannen uitwisselbaar moeten zijn. De Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2012 (SVBP 2012) is op het voorliggende plan toegepast, om aan genoemde wettelijke verplichting te voldoen. Ook een aantal algemene bepalingen welke in Hoofdstuk 3 en 4 van de regels is opgenomen, zijn voorgeschreven in het Besluit ruimtelijke ordening.
Het (juridische deel van het) wijzigingsplan bestaat uit de verbeelding en de regels, vergezeld van een toelichting. De verbeelding visualiseert de bestemmingen. De verbeelding vormt samen met de regels het voor de burgers juridisch bindende deel van het wijzigingsplan. De regels bevatten het juridisch instrumentarium voor het regelen van het gebruik van de gronden, bepalingen omtrent de toegelaten bebouwing, regelingen betreffende het gebruik van aanwezige en/of op te richten bouwwerken.
De toelichting heeft geen bindende werking; de toelichting maakt juridisch ook geen onderdeel uit van het wijzigingsplan, maar heeft wel een belangrijke functie bij de weergave en onderbouwing van het plan en ook bij de uitleg van de bestemmingen en overige regels. In de toelichting wordt ook een relatie met het relevante beleid gelegd en een gebiedsbeschrijving gegeven.
Waar de overige hoofdstukken van deze toelichting de achtergronden van het wijzigingsplan belichten, geeft dit hoofdstuk een toelichting op de planregels en de verbeelding. Uitgelegd wordt wat de bedoeling en strekking is van de verschillende onderdelen van de regels en de verbeelding. Daartoe worden in paragraaf 5.3 de regels per artikel toegelicht. Aangezien alle onderdelen van de verbeelding verbonden zijn met één of meer regels, wordt daarbij ook de verbeelding toegelicht.
Het voorliggende wijzigingsplan betreft een uitwerking van de wijzigingsbevoegdheid, zoals deze is opgenomen in het bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' (met identificatienummer NL.IMRO.0363.M1205BPSTD-OH01).
Het (juridisch deel van het) wijzigingsplan bestaat uit een verbeelding en regels, vergezeld van een toelichting. De verbeelding heeft een functie van visualisering van de bestemmingen. De (digitale) verbeelding vormt samen met de regels het voor de burgers bindende deel van het wijzigingsplan. De regels bevatten het juridisch instrumentarium voor het regelen van het gebruik van de gronden, bepalingen omtrent de toegelaten bebouwing, regelingen betreffende het gebruik van aanwezige en/of op te richten bouwwerken. De regels zijn onderverdeeld in vier hoofdstukken:
Ten aanzien van alle regels in onderhavig wijzigingsplan kan worden gesteld dat de (mogelijk) relevante regels ongewijzigd zijn overgenomen uit het bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook'. Doordat alleen op de betreffende locatie de functieaanduiding 'woonschepenligplaats' wordt geschrapt, maar de bestemming 'Water' en 'Waarde - Archeologie - 2' met bijbehorende regels in stand blijft, is het niet noodzakelijk om de bestaande regels te wijzigen.
Wegens de aard van onderhavig wijzigingsplan - het verwijderen van een ligplaats - is het niet noodzakelijk om een exploitatieplan op te stellen. Doordat de woonboot reeds is verplaatst zijn er voor de gemeente geen financiële consequenties en/of (planschade)risico's ten aanzien van het schrappen van de woonschepenligplaats. Hierdoor is dit wijzigingsplan economisch uitvoerbaar.
Met dit wijzigingsplan wordt een ligplaats onttrokken, wat de zichtbaarheid op de Amstel zal vergroten. Dit is een maatschappelijk breed gedragen ontwikkeling. Dientengevolge worden er door het schrappen van een ligplaats geen barrières verwacht, zowel in zijn algemeenheid als mogelijke individuele belangen die niet in lijn zijn met dit wijzigingsplan.
Uit de nota van toelichting bij het Bro blijkt dat slechts bij hoge uitzondering, indien het duidelijk gaat om een herziening van geringe omvang dan wel van in planologisch opzicht ondergeschikt belang, geen overleg zal hoeven plaats te vinden. Het onttrekken van een ligplaats is aan te merken als een aanpassing van ondergeschikt belang.
Met het onttrekken van een ligplaats zijn er geen provinciale belangen betrokken. Er zijn ook geen belangen van het hoogheemraadschap aanwezig. Daarnaast zijn desbetreffende instanties wel betrokken bij de voorbereiding van het moederplan 'Weesperzijdestrook'. Verder wordt er geen ontwikkeling mogelijk gemaakt middels dit wijzigingsplan. Gelet op het voorgaande en de beperkte omvang en planologische gevolgen in ogenschouw nemend, is afgezien van het wettelijk vooroverleg.
De inleidende regels van het bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' blijven onverminderd van toepassing op het wijzigingsplan.
Bestemmingsplan (moederplan) Weesperzijdestrook, onherroepelijk sinds 18 mei 2015. Met bijbehorende geometrisch bepaalde planobjecten, indentificatienummer NL.IMRO.0363.M1205BPSTD-OH01, regels en de daarbij behorende bijlagen;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
De bestemmingsplanregels van het bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' blijven onverminderd van toepassing op het wijzigingsplan.
Voor de gronden die in het wijzigingsplan zijn bestemd als 'Water' gelden de regels van artikel 20 van het bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook'.
Voor de gronden die in het wijzigingsplan zijn bestemd als 'Waarde - Archeologie 2' gelden de regels van artikel 23 van het bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook'.
De algemene regels van het bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' blijven onverminderd van toepassing op het wijzigingsplan.
De overgangsregels van het bestemmingsplan 'Weesperzijdestrook' blijven onverminderd van toepassing op het wijzigingsplan.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het wijzigingsplan 'Verwijderen ligplaats loswal'.