6.2 OostvaardersWold

Het gebied tussen Almere, Zeewolde en Lelystad wordt nu nog gekenmerkt door zijn agrarische functie en heeft een grootschalig open karakter. Door de groei van Almere en in mindere mate van Lelystad neemt de druk op dit gebied de komende jaren toe.

De belangrijkste opgaven in het gebied zijn de robuuste ecologische verbinding tussen de Oostvaardersplassen en de Veluwe, de wateropgave, recreatie, infrastructuur (wegen en fietspaden), woningbouw en bedrijventerrein. Deze opgaven kunnen alleen als samenhangend pakket gerealiseerd worden. Minimaal 1.000 hectare nieuwe natuur moet door het rijk worden gefinancierd. De robuuste ecologische verbinding moet in 2018 gerealiseerd zijn en de wateropgave moet voor 2015 gerealiseerd zijn. Gezamenlijk doel is om in 2015 een functionerende groen-blauwe zone te hebben gerealiseerd, die als basis dient voor de mogelijke verdere gebiedsontwikkeling.

Het OostvaardersWold moet ruimte bieden aan stille natuur voor onder andere edelherten, aan vogels om te foerageren en aan water, recreatie, wonen en werken in en nabij de natuur. Zuidelijk Flevoland krijgt er een natuurgebied bij met een omvang van circa de helft van de Oostvaardersplassen dat voor 85% wordt opengesteld voor het publiek. Het OostvaardersWold zal grootschalig worden waardoor wonen, werken en recreëren in een groene omgeving nabij de Randstad mogelijk wordt. De provincie is net als het rijk van mening dat een aanwijzing van de groen-blauwe zone OostvaardersWold als Natura 2000 gebied ongewenst is. In de groen-blauwe zone kan geen grootschalige dagrecreatieve voorziening worden gesitueerd.

De groen-blauwe zone OostvaardersWold komt aan beide zijden van het Adelaarswegtracé te liggen met een begrenzing van ongeveer 875 meter ten zuidwesten en ruim 500 meter (de kavelgrenzen) ten noordoosten van het Adelaarswegtracé (ter hoogte van de achterkavels), zie figuur 25. Het is gewenst aansluitend op het genoemde gebied nog ongeveer 300 hectare aanvullend aan te wijzen. Deze hectares dienen te grenzen aan de verbindingszone. Dit dient te geschieden op basis van vrijwilligheid. Het aanvullende gebied dient te liggen in het zoekgebied gelegen tussen de noordoostelijke grens van het reeds genoemde gebied voor de verbindingszone en de Dodaarsweg-Duikerweg (het gearceerde gedeelte in figuur 25), waarbij de ligging de ontwikkeling van Lelystad Airport binnen de PKB niet mag belemmeren. Aan de aanvullende hectares dient binnen vijf jaar invulling te worden gegeven. Na vijf jaar vervalt het zoekgebied. Deze locatie van de zone is een logische plek tussen de oostelijke landbouwgrond en het westelijke gebied waar toekomstige stedelijke ontwikkeling is gepland.
Doordat de natuur van de verbinding vrij nat wordt, kan hier ook goed overtollig water geborgen worden met een fluctuerend waterpeil. De verbinding zal in het noorden aansluiten op het Kotterbos en de Vaartplas, waar naar verwachting een passage komt bij het spoor en de A6. Zuidelijk moet de verbinding aansluiten op het westelijk deel van het Horsterwold, omdat aan deze kant geen recreatie, tuinbouwgrond of zenderparken zijn. Daarna moet de zone aansluiten op de mogelijke verbinding naar Gelderland. De aansluiting op de Gelderse Vallei vindt plaats via het Horsterwold. De locatie daarvan wordt nader bepaald en hangt samen met de ruimte tussen Nuldernauw en A28 en mogelijkheden tot combinatie met bestaande plannen voor recreatieve en ecologische ontwikkelingen.
Het OostvaardersWold heeft een totale oppervlakte van 1950 hectare met daarin een combinatie van verschillende opgaven van recreatie, natuur (ook als foerageergebied), waterberging en extensieve landbouw, plus ruimte voor compensatie ten behoeve van de stedelijke uitbreiding van Almere. Door de verschillende functies met elkaar te combineren blijft het ruimtebeslag beperkt.

Bij het ontwikkelen van woningbouw in Spiegelhout is een groen-blauwe drager essentieel als basis voor landelijke woonmilieus. De realisatie hiervan zorgt voor een aantrekkelijke omgeving die in de toekomst ca. 20.000 woningen in landelijke woonmilieus mogelijk maakt. Bij de locatiekeuze is rekening gehouden met de gevolgen voor de woningbouw en de benodigde ruimte voor landelijk wonen.
Er zal een Masterplan Landbouw worden opgesteld voor de uit te plaatsen agrariërs. De provincie voert de regie bij het proces in het OostvaardersWold om te komen tot een visie voor het gebied en een uitvoeringsmaatregelenpakket. Daarbij is de provincie verantwoordelijk voor het aanwijzen, begrenzen en realiseren van de robuuste ecologische verbinding.