3.3 Instrumenten
De omgevingskwaliteit van Flevoland kenmerkt zich door de aanwezigheid van bijzondere waarden die beschermd en waar mogelijk verder ontwikkeld worden. Er worden drie categorieën van bescherming onderscheiden:
1 Gebieden die een bescherming kennen vanwege Europese of rijksregelgeving (b.v. Natura 2000-gebieden). Deze categorie kent een juridische doorwerking naar gemeenten en andere partijen bij planontwikkeling. Het zijn gebieden die op grond van Europese of rijksregelgeving aandacht en bescherming genieten. De provincie heeft een kaderstellende rol bij de Kaderrichtlijn Water bij het vaststellen van de beschermingsniveaus en in algemene zin een rol ten aanzien van kennisontwikkeling en -advisering.
2 Gebieden die een beschermde status genieten (grondwaterbescherming, stiltegebieden, archeologie, aardkunde) op basis van provinciaal beleid. Voor enkele van deze gebieden worden in de Verordening voor de fysieke leefomgeving regels opgenomen. De provincie wil bij de bescherming van deze gebieden een actieve, toetsende rol spelen en zal indien nodig handhavend optreden. De verschillende milieubeschermingsgebieden zijn weergegeven in de figuren 13 en 24, de archeologische kerngebieden in figuur 20 en de aardkundig waardevolle gebieden in figuur 21.
3 Gebieden met bijzondere kwaliteiten waarmee in planvormingsprocessen rekening moet worden gehouden. Denk aan bijzondere kwaliteiten op het gebied van landschap en aardkundige waarden (zie de figuren 17 t/m 21).
De figuren met de drie categorieën bieden niet alleen randvoorwaarden en handvatten, maar kunnen tevens als inspiratiebron dienen bij de planontwikkeling van overheden en ondernemers.
Tabel 1: Huidige kwaliteitsniveau en minimaal gewenste kwaliteit in 2015 voor beleidsthema's waar EU of rijksnormen richtinggevend zijn in kwantitatieve termen

De gewenste niveaus van omgevingskwaliteit zijn vertaald in doelen. Tabellen 1 en 2 geven een indicatief beeld van de huidige en gewenste situatie in Flevoland met betrekking tot omgevingskwaliteit, zoals in dit Omgevingsplan neergelegd. Een onderscheid is gemaakt naar thema's waar kwantitatieve normeringen van rijk en EU een rol spelen die richting geven aan het ambitieniveau in Flevoland (tabel 1) en thema's waar geen kwantitatieve normen door rijk of EU zijn neergelegd en waar de provincie dus meer beleidsvrijheid heeft om zelf het ambitieniveau te bepalen (tabel 2).
De indicatoren schetsen het gewenste kwaliteitsniveau in de provincie Flevoland aan het einde van de omgevingsplanperiode.
Tabel 2: Huidige kwaliteitsniveau en minimaal gewenste kwaliteit in 2015 voor beleidsthema's waar geen Europese of rijksnormen richtinggevend zijn in kwantitatieve termen
Bekijk de pdf...