1. Inleiding

In dit plan is het integrale omgevingsbeleid van de provincie Flevoland voor de periode 2006-2015 neergelegd, met een doorkijk naar 2030. Het Omgevingsplan is een samenbundeling van de vier wettelijke plannen op provinciaal niveau: Streekplan, Milieubeleidsplan, Waterhuishoudingsplan en Provinciaal Verkeer- en Vervoerplan. Door de vier plannen in één integraal plan samen te voegen, zijn de hoofdlijnen van het beleid van de provincie Flevoland compact en is de samenhang tussen de diverse beleidsterreinen het best gewaarborgd. Het Omgevingsplan bevat tevens de hoofdlijnen van het economische, sociale en culturele beleid.
In dit Omgevingplan worden normen en kaders die in Europese en nationale regelgeving zijn vastgelegd niet herhaald wanneer dit niet expliciet is voorgeschreven.
Wel wordt waar nodig een doorvertaling gemaakt naar de Flevolandse situatie.

Het Omgevingsplan Flevoland 2006 komt in de plaats van het Omgevingsplan 2000, de partiële herziening van oktober 2004 en de partiële herziening -Tijdelijke stop plaatsing windmolens- uit juli 2005. (1)
Bij de voorbereiding van het ontwerp Omgevingsplan is ook aan een tweetal wettelijke verplichtingen voldaan: de watertoets en de strategische milieubeoordeling (SMB).

Geldigheidsduur

Volgens de huidige wettelijke bepalingen heeft het Milieubeleidsplan van de vier plannen de kortste geldigheidsduur, namelijk vier jaar, met de mogelijkheid tot een eenmalige verlenging met twee jaar. Met de ervaringen van het Omgevingsplan 2000 in het achterhoofd, kiest de provincie Flevoland op voorhand voor een verlenging van de geldigheidsduur in 2010. De dynamiek in Flevoland is groot, maar ook weer niet zo groot dat al na vier jaar een actualisatie van het omgevingsbeleid noodzakelijk is. Dit betekent dat het Omgevingsplan Flevoland 2006 in ieder geval tot ultimo 2012 van kracht zal zijn. De beleidsperiode van het plan is echter 2006-2015, omdat de provincie van mening is dat dit een realistische tijdsperiode is voor het behalen van de in dit plan gestelde doelen.

 Herziening Wet op de Ruimtelijke Ordening

Tijdens de planperiode 2006-2015 zal de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) worden gewijzigd. Naar het zich laat aanzien, zal het Streekplan dan vervallen en zal de provincie haar ambitie kunnen vastleggen in een structuurvisie. Die structuurvisie heeft geen juridische doorwerking naar derden, maar bindt slechts de provincie zelf. Als de provincie standpunten heeft waarvan zij vindt dat die moeten doorwerken in het beleid of gedrag van anderen, dan zullen deze standpunten kenbaar worden gemaakt. Dit kan in het kader van de planprocedures van andere overheden en kan zonodig worden vastgelegd in een verordening of een beleidsregel. De goedkeurende taak van de provincie bij bestemmingsplannen zal verdwijnen. De aandacht van de provincie zal meer naar de voorkant van het proces verschuiven (advisering en samenwerking) en daarom zal de provincie in de structuurvisie helder moeten maken wat voor haar van belang is. In dit Omgevingsplan heeft de provincie Flevoland getracht al op de nieuwe WRO te anticiperen door een onderscheid te maken tussen visie (deel I van het plan) en beleidskader (deel II) en door in de beoogde doorwerking van het beleid niet langer te leunen op alleen de toetsende rol van de provincie.
In haar werkzaamheden zal het zwaartepunt bij de provincie Flevoland verschuiven van toetser naar medeontwikkelaar. Samen met de partners gaat de provincie werken aan realisatie van gezamenlijke ambities. Het Omgevingsplan Flevoland 2006 is om die reden nadrukkelijk op de uitvoering gericht. De provincie heeft haar doelen en focus uitgedrukt in zeven speerpuntgebieden, aanvullend aan provinciebrede doelen. Die speerpuntgebieden worden in deel I kort beschreven en in deel III uitgewerkt. Aansluitend op dit Omgevingsplan zal de provincie een Uitvoeringsprogramma presenteren.
 

Burgerjury's

Ter ondersteuning van de besluitvorming rond het Omgevingsplan hebben Provinciale Staten drie Burgerjury's ingesteld. De leden hiervan vormden een afspiegeling van de bevolking in de drie Flevolandse deelgebieden Noordelijk Flevoland, Oostelijk Flevoland en Zuidelijk Flevoland. Burgers werden schriftelijk en per advertentie uitgenodigd zich op te geven. Er zijn rond de 350 reacties binnengekomen. Hieruit zijn drie jury's samengesteld van ieder twaalf tot viertien leden. De juryleden werden getraind en ondersteund door de Vrije Universiteit van Amsterdam. De burgerjury's hielden openbare zittingen, waarin zij deskundigen uitnodigden. Daarna discussieerden de leden onderling en werd het advies geformuleerd. De Burgerjury's hebben elk drie adviezen uitgebracht, steeds op basis van vragen die door Provinciale Staten waren voorgelegd. De adviezen zijn in een vergadering van de Projectcommissie Omgevingsplan aan Provinciale Staten gepresenteerd en toegelicht, zodat de Statenleden ze optimaal bij de besluitvorming konden betrekken.
 

Leeswijzer

In deel I van dit plan (hoofdstuk 2) zijn de ambities voor de langere termijn beschreven: hoe moet Flevoland er wat de provincie betreft in 2030 uitzien? In deel II (hoofdstuk 3 t/m 5) worden deze ambities vertaald naar te realiseren doelen die in de periode tot 2015 haalbaar zijn. Deel III van dit plan bevat de uitvoeringsagenda.


(1)
Het nieuwe beleid geldt vanaf de datum van publicatie van het Omgevingsplan 2006. Aanvragen voor vergunningen, ontheffingen e.d., die vóór die datum zijn ingediend worden in principe afgehandeld conform het oude beleid, met inbegrip van het daarin opgenomen overgangsbeleid. Ditzelfde geldt voor procedures, die formeel worden gestart met het indienen van een aanvraag bij een andere instantie (zoals een bouwaanvraag bij een gemeente). Als een aanvraag, die voor de datum van inwerkingtreding is ingediend, past binnen het Omgevingsplan Flevoland 2006 kan na afweging van alle relevante belangen deze aanvraag conform dat beleid worden afgehandeld. Voor een drietal windmolenopstellingen worden bij de afhandeling tevens de desbetreffende en reeds gemaakte afspraken en randvoorwaarden betrokken. Het betreft de grootschalige windmolenopstelling in de Noordoostpolder en de lopende projecten 'Zuidlob' en 'Sternweg' in de gemeente Zeewolde.