Plan: | Molenstraat 10 te Oeffelt |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1684.WPBuMolenstr10-VA01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
Het wijzigingsplan 'Molenstraat 10 te Oeffelt' met identificatienummer NL.IMRO.1684.WPBuMolenstr10-VA01
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
Het bedrijfsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten geheel of overwegend door middel van handwerk, geen detailhandel zijnde en uitgezonderd prostitutie, waarvan de omvang in de activiteiten zodanig is, dat de activiteiten in de woning en de daarbij behorende bouwwerken met behoud van de woonfunctie kunnen worden uitgeoefend en de desbetreffende activiteit een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft, die met de woonfunctie in overeenstemming is. Hieronder wordt mede verstaan een publiekverzorgend ambacht.
Een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied, waaronder tevens de beroepen van schoonheidsspecialiste, manicure en pedicure en uitgezonderd prostitutie, dat door zijn beperkte omvang in een woning en de daarbij behorende bouwwerken, met behoud van de woonfunctie, kan worden uitgeoefend en een ruimtelijk uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
Gebieden met waardevolle aardkundige elementen met betrekking tot reliëf en bodem die een bepaalde (beperkte) mate van bescherming genieten.
Gebruik van de grond dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of middels het houden van dieren.
De aan een gebied toegekende waarde in verband met de kennis en de studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteit uit oude tijden.
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
Een horecagelegenheid ondergeschikt aan een woning, die in hoofdzaak bestaat uit het verstrekken van nachtverblijf voor korte tijd en waarbij het verstrekken van maaltijden en/of dranken aan de logerende gasten (daaraan) ondergeschikt is.
Bouwwerken die aanwezig zijn op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit bestemmingsplan of gebouwd zijn c.q. kunnen worden overeenkomstig de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht of krachtens die wet gegeven voorschriften, tenzij in de regels in plaats van het tijdstip van terinzagelegging een datum genoemd wordt.
van een kern bevat ten behoeve van een samenhangende ruimtelijke structuur van stedelijke functies.
De grens van een bestemmingsvlak.
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
Uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een op zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en op de grond staand gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
Een teeltondersteunende voorziening c.q. een bouwwerk in de vorm van een hek met afrastering, op percelen waar boomteelt plaats vindt en waarmee dieren van die percelen geweerd worden.
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
De grens van een bouwvlak.
Een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond, zijnde de eerste bouwlaag en met uitzondering van kelder, souterrain, zolder en vliering.
Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
De grens van een bouwperceel.
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
Elke constructie van enige omvang van hout, steen of ander materiaal die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren
Recreatieve activiteiten die plaats vinden in de openlucht en/of in gebouwen, anders dan in een woning, en zonder dat sprake is van verblijfsrecreatie of horeca.
Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ter verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen, met uitzondering van internetverkoop, aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, alsmede anders dan voor gebruik ter plaatse.
Al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden.
Afscheiding, inclusief poort, van een erf en/of gedeelte van een erf (terrein).
Het mede benutten van de gronden voor wandelen, fietsen, paardrijden, kanoën, skaten, ballonvaren, paramotorvliegen, etc.
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
Een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
Een alleenstaande, dan wel twee of meer personen die een duurzaam huishouden voeren of willen voeren.
Het aanbieden van producten via internet, om deze vervolgens te distribueren. Het opgeslagen houden van goederen ten behoeve van de verkoop via internet is toegestaan, evenals het hebben van een afhaalbalie. Het is echter uitdrukkelijk niet toegestaan om detailhandel te bedrijven, dan wel een showroomfunctie te hebben.
Afscheiding van hout, draad of gaas.
Detailhandel welke aan de hoofdactiviteit productie en/of installatie gerelateerd is, dan wel deze hoofdactiviteit ondersteunt. De detailhandel is voorts ondergeschikt in termen van benutte bedrijfsruimte.
Het opbergen van goederen ten behoeve van een kledingservice, met dien verstande ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - opslag kledingservice' geen detailhandel is toegestaan.
Een buitenrijbaan ten behoeve van paardrijactiviteiten, met een bodem van zand, hout of boomschors of ander materiaal om de bodem te verstevigen en al dan niet voorzien van een omheining.
Aaneengesloten, bij elkaar behorende en in het gebruik een eenheid vormende gronden.
Een lijn die een perceel van een ander perceel, ander terrein of van de openbare weg scheidt.
Het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.
Een bedrijf waarin het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding uitgeoefend wordt.
Vrijetijdsbesteding zoals verblijfsrecreatie, dagrecreatie, agrotoerisme en extensief recreatief medegebruik.
De voor het publiek toegankelijke besloten ruimte, waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichtingen worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater, een parenclub of een (raam-) prostitutiebedrijf, waaronder ook begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
Een voorziening in, op of boven de grond die door agrarische bedrijven met plantaardige teelten wordt gebruikt om de volgende doelen na te streven:
Elke naar de weg of openbaar toegankelijk gebied toegekeerde gevel van een (hoofd)gebouw.
De stedenbouwkundig gezien voorste begrenzing van het bouwvlak en het verlengde daarvan.
Voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede waterkering, wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, waterinfiltratie en waterkwaliteit. Hierbij kan onder meer gedacht worden aan infiltratievoorzieningen (zoals infiltratiekratten, wadi's, infiltratiegreppels, doorlatende bestrating en infiltratie- en transportriolen), dijken, dammen, grondwallen, duikers, stuwen, gemalen, inlaten etc.
Alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de wegen of paden behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de wegen liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen
Een (gedeelte van een) gebouw, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
Tussen bouwwerken onderling alsmede de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen waar deze afstand het kortst is, met uitzondering van ondergeschikte bouwdelen, zoals goten.
Langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
Tussen de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidingsmuren.
Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Vanaf het bouwkundige peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Gebouwen en de bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn uitsluitend binnen het bouwvlak toegestaan.
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 3.2.1 voor het bouwen van een schuilgelegenheid voor dieren, mits:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 3.2.1 voor het toestaan van omheiningen tot een hoogte van maximaal 3 meter indien de grotere hoogte noodzakelijk is om dieren binnen de omheining te houden.
Ondergeschikte detailhandel in eigen en/of streekgebonden agrarische producten is toegestaan, mits:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van woningen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
Paardenrijbakken zijn maximaal 1.200 m² groot, worden alleen binnen of aansluitend aan het bouwvlak opgericht op minimaal 25 meter afstand van woningen van derden en worden niet verlicht.
Het plaatsen van zonnepanelen is mogelijk op de dakoppervlakten van woningen, bijbehorende bouwwerken en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 4.2.5 voor het plaatsen van maximaal 6 lichtmasten met een hoogte van maximaal 8 meter bij een paardenrijbak.
Bij woningen zijn aan huis gebonden beroepen en internetverkoop toegestaan als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, mits:
Met een omgevingsvergunning kan recreatief medegebruik in de vorm van kleinschalig kamperen met ondersteunende horeca binnen of direct aansluitend op het bestemmingsvlak worden toegestaan, mits:
Paardrijbakken binnen of aansluitend aan de woonbestemming zijn enkel toegestaan ten behoeve van hobbymatig gebruik.
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. Deze bestemming is primair ten opzichte van de overige aan deze gronden toegekende bestemmingen.
Voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen dient de aanvrager van een omgevingsvergunning voor bouwwerken met een oppervlakte groter dan 2.500 m² en dieper dan 50 centimeter, een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die zullen worden verstoord, naar oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate zijn vastgesteld.
Indien uit het in het vorige lid genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de vergunning zullen of kunnen worden verstoord, kunnen burgemeester en wethouders één of meerdere van de volgende voorwaarden aan de vergunning verbinden:
Indien uit het rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de vergunning zullen worden verstoord zonder dat het mogelijk is om deze door het verbinden van voorwaarden aan de vergunning veilig te stellen, dan wordt de vergunning geweigerd.
Het is binnen deze bestemming verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de volgende werken en werkzaamheden uit te (laten) voeren:
Het in het vorige lid vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
In het belang van de archeologische monumentenzorg kunnen burgemeester en wethouders voorschriften verbinden aan een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk.
Aan een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk met een oppervlakte groter dan 2500 m² en waardoor de bodem verstoord wordt tot een grotere diepte dan 50 centimeter, kunnen burgemeester en wethouders het voorschrift verbinden dat het slopen begeleid wordt door een gekwalificeerde deskundige.
Indien tijdens het slopen vondsten van zeer hoge waarde worden aangetroffen, wordt hiervan terstond melding gemaakt bij burgemeester en wethouders die in het belang van de archeologische monumentenzorg aanvullende voorschriften kunnen verbinden aan de omgevingsvergunning voor het slopen van het bouwwerk.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen door de bestemming 'Waarde - Archeologie 3' geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Voor ondergronds bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Een en ander met dien verstande, dat:
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, gevelversieringen, ventilatiekanalen, liftschachten, vluchttrappen, gevel- en kroonlijsten, luifels, uitbouwen, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw- c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 meter bedraagt.
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan:
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - aardkundig waardevol gebied' zijn de gronden tevens bestemd voor het behoud, herstel of duurzame ontwikkeling van de aardkundige waarden en kenmerken van de onderscheiden gebieden.
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding ´overige zone - aardkundig waardevol gebied´ is het verboden om zonder omgevingsvergunning de volgende werken geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden uit te (laten) voeren:
Het verbod is niet van toepassing op werken geen bouwwerk zijnde en werkzaamheden die:
Het verlenen van de omgevingsvergunning is alleen toelaatbaar, onder voorwaarde dat door de werken geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, of door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen, de aardkundige waarden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast of de mogelijkheden tot herstel van genoemde waarden niet wezenlijk worden of kunnen worden verkleind.
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - steilrand' zijn de gronden tevens bestemd voor het behoud, beheer en herstel van steilranden.
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - steilrand' mogen de gronden niet als weiland en/of bouwland in gebruik worden genomen.
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding ´overige zone - steilrand´ is het verboden om zonder omgevingsvergunning de bodem te verlagen, te vergraven, op te hogen of te egaliseren.
Het verlenen van de omgevingsvergunning is alleen toelaatbaar indien de werken en werkzaamheden niet leiden tot aantasting van de steilrand.
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' mag in afwijking van hetgeen binnen diverse bestemmingen is toegestaan, binnen een afstand van 150 meter gemeten vanaf de voet van de molenromp de hoogte van bouwwerken maximaal 6,60 meter bedragen.
Op een afstand van meer dan 150 meter mag de hoogte van bouwwerken niet meer bedragen dan 1/50 van de afstand tussen het bouwwerk en de voet van de molenromp, vermeerderd met 3,60 meter.
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in het vorige lid ten behoeve van een grotere hoogte onder de voorwaarde dat de functie en de waarde van de molen niet onevenredig worden aangetast.
Indien niet op grond van een andere bepaling van deze regels afgeweken kan worden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van de desbetreffende bepalingen van het plan voor:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van de regels in artikel 3 door:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 1 indien:
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het wijzigingsplan 'Molenstraat 10 te Oeffelt'.