Plan: | Stedelijk |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1916.Stedelijk-VG01 |
het bestemmingsplan Stedelijk met identificatienummer NL.IMRO.1916.Stedelijk-VG01 van de gemeente Leidschendam-Voorburg;
Toets bij een vergunningaanvraag voor woningsplitsing en kamerverhuur waarbij de leefbaarheid in de directe omgeving van het betreffende gebouw in kaart wordt gebracht zoals opgenomen in Beleidsnota Woningsplitsing en kamerverhuur Leidschendam-Voorburg;
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
een beroep, dat op kleine schaal in een woning en/of de daarbij behorende bouwwerken door een bewoner van die desbetreffende woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende beroepsuitoefening een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een woning, die zich bevindt op een aangrenzend bouwperceel;
met een vaartuig tegen een oever, meerpalen, een remmingwerk, steiger of langszij een ander vaartuig ligplaats innemen en daaraan vastmaken;
een steiger waaraan een vaartuig kan aanleggen;
erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 meter achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen;
de van de weg en/of water afgekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één van de weg of water afgekeerde gevel, niet zijnde de voor- of zijgevel;
platform voor verhuur van woonruimte ten behoeve van tijdelijk en/of recreatief verblijf, waarbij boeking en betaling en hoofdzaak via internet plaatsvinden;
een bedrijf waarin geheel of overwegend door middel van handwerk goederen worden vervaardigd, bewerkt, hersteld en/of geïnstalleerd, waaronder mede begrepen het verkopen en/of leveren –als ondergeschikte activiteit- van goederen die verband houden met het ambacht;
antennemast of andere constructie bedoeld voor de bevestiging van een antenne;
installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een of meer techniekkasten opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie;
een inhoudelijk document waarin het doel, de vraagstelling en de uitvoeringswijze van een archeologisch veldonderzoek en specialistisch onderzoek verwoord staan, alsook de randvoorwaarden van het onderzoek, bijvoorbeeld met betrekking tot de omgang met het vondstmateriaal. Voor aanvang van het onderzoek dient het PvE door het bevoegd gezag te zijn goedgekeurd;
een advies, opgesteld door de archeologisch adviseur van het bevoegd gezag, waarin de kaders voor een uit te voeren archeologisch onderzoek zijn aangegeven en aan de hand waarvan opdrachtverstrekking kan plaatsvinden aan de instantie die het archeologisch onderzoek verricht;
een door het bevoegd gezag aangewezen adviseur die het bevoegd gezag adviseert op archeologisch gebied;
begeleiding van de graaf- en/of werkzaamheden door een archeoloog;
diverse vormen van onderzoek naar de archeologische waarden binnen een plangebied, uitgevoerd volgens de geldende versie van de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie;
een door een gekwalificeerde archeoloog of archeologisch onderzoeksbureau opgesteld rapport, waarin de resultaten van archeologisch onderzoek worden beschreven: hiervan maken in elk geval een beschrijving van de archeologische (verwachtings)waarde in het onderzoeksgebied en de gevolgen daarvoor van een geplande ingreep onderdeel uit;
gebied of terrein welke van algemeen belang zijn wegens daar aanwezige archeologische waarden en die van rijkswege beschermd zijn. Deze door de Minister als monument aangewezen terreinen zijn beschermd conform de Erfgoedwet. De beschermde monumenten kennen een aanduiding op de verbeelding;
de aan een gebied toegekende verwachting in verband met de kans op het in dat gebied voorkomen van archeologische relicten;
de aan een gebied toegekende waarden in verband met de kennis en studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteit in het verleden;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
achtererfgebied alsmede de grond onder het hoofdgebouw, uitgezonderd de grond onder het oorspronkelijk hoofdgebouw;
een voorziening gericht op het bieden van de mogelijkheid tot overnachting en het serveren van ontbijt als toeristisch recreatieve activiteit, die ondergeschikt is aan de hoofdbestemming. Onder een bed & breakfast-voorziening wordt niet verstaan overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden en/of arbeid”;
een onderneming, waarbij het accent ligt op het vervaardigen, bewerken, herstellen, installeren en/of verhandelen van goederen dan wel op het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij eventueel detailhandel uitsluitend plaatsvindt als niet-zelfstandig onderdeel van de onderneming in de vorm van verkoop c.q. levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen, dan wel van goederen die in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende handelingen;
alle inpandige ruimte die voor de individuele bedrijfsvoering benodigd is, waaronder in elk geval begrepen alle voor het publiek toegankelijke ruimten alsmede alle ruimten die uitsluitend voor personeel toegankelijk zijn, maar exclusief ruimte die collectief gebruikt wordt (zoals bezoekerspassages, expeditieruimtes, afvalopslag, etc.) alsmede exclusief constructieve elementen, trapgaten, vides, ruimten en/of voorzieningen zoals brandgangen, ruimten voor nutsvoorzieningen, stijgpunten ten behoeve van woningen of parkeervoorzieningen, etc.;
detailhandel in goederen die ter plaatse worden vervaardigd, gerepareerd en/of toegepast in het bedrijfsproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de bedrijfsfunctie;
een gebouw, dat dient voor de uitoefening van een bedrijf;
een woning in of bij een bedrijfsgebouw of op een bedrijventerrein (terrein met de bedrijfsbestemming), slechts bedoeld voor bewoning door (het huishouden van) een persoon of een gezin, die behoort bij de bedrijfsuitoefening of het beheer van het bedrijf of instelling op het perceel waar de woning zich bevindt, en waarvan de huisvesting ter plaatse noodzakelijk is voor en verband houdt met de bedrijfsuitoefening of het beheer van het bedrijf of de instelling op dat perceel;
de onderste bouwlaag van een gebouw;
de ontsluiting of opgraving van een vindplaats met als doel de daar aanwezige archeologische informatie te verzamelen en te documenteren volgens de voorwaarden die zijn vastgelegd in een hiervoor opgesteld Programma van Eisen;
behoud in situ is het duurzaam in stand houden van archeologische waarden in de bodem, als bron van kennis en beleving door middel van technische maatregelen en/of inpassing en vrijwaring van de archeologische waarden in de inrichting van het plangebied;
een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een richtwaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, waarmee rekening moet worden gehouden;
beschermd monument als bedoeld in de Erfgoedwet, met uitzondering van een beschermd archeologisch monument;
stads- en dorpsgezichten die door de minister zijn aangewezen, met ingang van de datum van publicatie van die aanwijzing in de Nederlandse Staatscourant;
bestaand op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan;
bestaand stedenbouwkundig samenstel van bebouwing ten behoeve van wonen, dienstverlening, bedrijvigheid, detailhandel of horeca, alsmede de daarbij behorende openbare of sociaal culturele voorzieningen, stedelijk groen en infrastructuur;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
het bestuursorgaan dat bevoegd is omtrent een specifieke zaak besluiten te nemen of beschikkingen af te geven;
uitbreiding van een (hoofd)gebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend (hoofd)gebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak;
een op zich zelf staand, al dan niet vrijstaand, gebouw dat gesitueerd is bij, in bouwkundig en functioneel opzicht ondergeschikt is aan en ten dienste staat van een op hetzelfde (bouw)perceel gesitueerd (hoofd)gebouw;
overdekte ligplaats in of direct aan het water voor een of meer vaartuigen;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
de grens van een bouwvlak;
een doorlopend gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen binnenwerks is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van de zolder;
een detailhandelsbedrijf waar bouwmaterialen, alsmede materialen die nodig zijn voor het verrichten van bouw- en verbouwwerkzaamheden, te koop en/of te huur worden aangeboden, waarbij niet als bouwmaterialen worden aangemerkt materialen die uitsluitend dienen voor versiering, aankleding, inrichting en gebruik van bouwwerken;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
de grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waarop ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
een bouwkundige constructie van enige omvang, van hout, steen, metaal of ander materiaal, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
een horecabedrijf, niet zijnde een discotheek of bar/dancing, dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van alcoholische en niet-alcoholische dranken voor consumptie ter plaatse met als nevenactiviteiten het verstrekken van al dan niet ter plaatse bereide kleine etenswaren;
een horecabedrijf dat tot doel heeft het verstrekken van al dan niet voor consumptie ter plaatse bedoelde etenswaren, met als nevenactiviteit het verstrekken van niet - en zwak alcoholische dranken;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, bedoeld als stallingsplaats voor één of meer auto's, bestaande uit een overkapping met maximaal één wand die deel uitmaakt van de constructie van de carport zelf;
een bedrijf waar etenswaren en/of dranken worden bereid, welke door of vanuit het bedrijf naar de afnemers en/of gebruikers worden gebracht;
culturele, recreatieve en sociaal-culturele voorzieningen en daaraan ondergeschikte voorzieningen ten behoeve van dienstverlening, alsmede ondergeschikte vormen van detailhandel en/of horeca ten dienste van deze voorzieningen, op het gebied van: atelier, bioscoop, bowlingbaan, creativiteitscentrum, dansschool, museum, muziekschool, muziektheater, sauna, kinderspeelvoorziening, theater, wellness, etc.;
de aan een gebied en/of bouwwerk toegekende waarde in verband met ouderdom of gaafheid, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis heeft gemaakt van dat bouwwerk of dat gebied;
een horecabedrijf dat in hoofdzaak is gericht op het overdag verstrekken van dranken en etenswaren aan bezoekers van andere functies, met name functies als centrumvoorzieningen en dagrecreatie, zoals theehuisjes, ijssalons, croissanterieën, dagcafé's en -restaurants en naar aard en openingstijden daarmee gelijk te stellen horecabedrijven;
iedere bovenbeëindiging van een gebouw of -indien en voor zover daarbij sprake is van een bovenbeëindiging van enige relevante omvang- een bouwwerk;
hoogste punt van een schuin dak;
laagste punt van een schuin dak;
een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich tussen de goot en de nok van een dakvlak bevindt, waarbij deze constructie onder de noklijn is gelegen en de onderzijde van deze constructie in het dakvlak is geplaatst;
een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich boven de dakgoot bevindt, waarbij deze constructie deels boven de oorspronkelijke nok uitkomt en de onderzijde(n) van de constructie in één of meer dakvlakken van het dak zijn geplaatst;
de eenheid voor het aanduiden van de sterkte van geluid, weergegeven door middel van een verhouding op een logaritmische schaal;
geluidssterktes die gecorrigeerd zijn voor de gevoeligheid van het (menselijk) oor;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die de goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, waaronder grootschalige detailhandel, volumineuze detailhandel, tuincentrum en supermarkt;
de detailhandel in de categorieën levensmiddelen en/of artikelen ten behoeve van de persoonlijke verzorging;
de detailhandel, niet zijnde detailhandel in dagelijkse artikelen;
een detailhandelsbedrijf te onderscheiden in de volgende categorieën:
een horecavoorziening binnen een bestemming detailhandel waar men ten behoeve van de hoofdfunctie en ondergeschikt daaraan strikt functiegebonden ondersteunende horeca mag uitoefenen;
een bedrijf of instelling waarvan de werkzaamheden bestaan uit het verlenen van commerciële, economische en/of maatschappelijke diensten aan derden, waarbij sprake is van een aanmerkelijke publieksfunctie, met uitzondering van een garagebedrijf, horeca inrichting en een seksinrichting;
het aanbieden, verkopen en/of leveren van commerciële, economische en/of maatschappelijke diensten aan derden;
al dan niet overdekte ruimte waarbinnen dieren worden gehouden;
een horecabedrijf dat primair gericht is op het ten gehore (laten) brengen van overwegend versterkte muziek en het aan bezoekers bieden van gelegenheid om te dansen, waarbij secundair het verstrekken van drank en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse een wezenlijk onderdeel vormt van de bedrijfsmatige activiteiten;
de aan een gebied toegekende waarden die verband houden met de samenhang tussen dieren en planten en hun leefomgeving of tussen dieren en planten onderling;
een zelfstandig, al dan niet zijdelings aaneengebouwd gebouw dat één woning omvat;
een vermaaksfunctie, die uitsluitend gedurende de openingstijden van het overdekte winkelcentrum binnen dat winkelcentrum plaatsvindt en die gericht is op het vermaak van het winkelend publiek;
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden;
een afscheiding op en rond een erf, waarmee de gronden worden begrensd die in ruimtelijk opzicht direct bij, in functioneel opzicht ten dienste staan van en/of in feitelijk opzicht direct aansluiten op het (hoofd)gebouw op dat erf; de eigendomsgrenzen zijn hierbij niet van doorslaggevende betekenis;
ruimte, in plattegrond trapeziumvormig, rechthoekig of halfrond, als uitbreiding van een op de begane grond gelegen verblijfsruimte, die buiten de voor- of zijgevel uitsteekt en in open verbinding staat met de bedoelde verblijfsruimte;
een vermaaksfunctie, die is gericht op het (laten) geven van voorstellingen en/of vertoningen van erotisch-pornografische aard, zoals onder meer een seksbioscoop, een seksclub en een seksautomatenhal;
ruimte waarin personen zich laten opsluiten om zich daar vervolgens binnen een vooraf bepaalde tijdsduur uit te bevrijden;
een bedrijf dat klanten voorziet van escorts, dat wil zeggen: personen die tegen betaling als partner van klanten optreden;
elke voor het publiek toegankelijke verrichting van vermaak, inclusief herdenkingen, waarbij een verzameling mensen zich in een bepaald tijdvak in/op een (meestal) begrensde en (eventueel beperkt) openbaar toegankelijke inrichting of terrein bevindt of beweegt;
een publieksevenement van beperkte omvang, zoals buurtfeesten, straatbarbecues, e.d., dat in de regel tussen 07:00 uur en 23:00 uur plaatsvindt en dat voldoet aan de volgende randvoorwaarden:
een publieksevenement van grote omvang, zoals popfestivals, met veel publiek en vanwege het geluidskarakter een grote invloed op de woon- en leefomgeving, waarbij een geluidsrapport met dB(A)-contouren deel uitmaakt van de evenementenvergunning en dat voldoet aan de volgende randvoorwaarden:
een publieksevenement van zodanige aard, omvang en/of geluidsproductie, zoals (tent)feesten, feestdagen, muziekfeesten, kermissen, e.d., dat dit voor ergernis dan wel overlast voor de woon- en leefomgeving kan zorgen en dat voldoet aan de volgende randvoorwaarden:
een tenminste aan drie zijden omsloten, overdekte ruimte, die primair bedoeld is voor het stallen van één of meerdere motorvoertuigen, danwel gebruikt wordt als een berging;
een als complex gebouwde individuele stalling die primair bedoeld is voor het stallen van één of meerdere motorvoertuigen, danwel gebruikt kan worden als een berging;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
groep onroerende zaken, onder andere bomen, wegen, straten, pleinen, bruggen, vaarten, sloten en andere wateren die van algemeen belang zijn wegens hun schoonheid, hun onderlinge ruimtelijke of structurele samenhang dan wel hun wetenschappelijke of cultuurhistorische waarden en in welke groep zich één of meer monumenten bevinden, die overeenkomstig de bepalingen van de gemeentelijke Erfgoedverordening zijn aangewezen als beschermd gemeentelijk dorpsgezicht;
een woning waarboven en/of waaronder een andere woning is gebouwd of andere woningen zijn gebouwd, dan wel waaronder voorzieningen ten behoeve van bijvoorbeeld detailhandel of dienstverlening zijn gebouwd;
bewoning of andere geluidsgevoelige functies binnen zones rond industrieterreinen, wegen en spoorwegen zoals bedoeld in de Wet geluidhinder, c.q. het Besluit geluidhinder;
gebouw welke dient ter bewoning of ten behoeve van een andere geluidsgevoelige functie binnen zones rond industrieterreinen, wegen en spoorwegen zoals bedoeld in de Wet geluidhinder c.q. het Besluit geluidhinder;
een winkel voor kleine en snelle aankopen met een beperkt assortiment van dagelijkse en/of direct te gebruiken artikelen;
een inrichting waarvoor ingevolge de Wet geluidhinder (zoals deze luidt ten tijde van de inwerkingtreding van dit plan) rondom het terrein van vestiging in dit bestemmingsplan een zone moet worden vastgesteld;
een als zodanig op de verbeelding aangegeven lijn die de ligging van de voorgevel(rooilijn) als bedoeld in 1.191 respectievelijk 1.192 van een gebouw aanduid;
een publieksevenement waarbij:
een commerciële onderneming die voor eigen rekening en risico goederen verhandelt die buiten de eigen onderneming zijn vervaardigd en die aan bedrijfsmatige (niet-consumptieve) afnemers (andere ondernemingen) worden (af)geleverd;
midden van de leiding zoals op de verbeelding is aangegeven;
een maximale waarde voor de geluidbelasting, die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld binnen zones rond industrieterreinen, wegen en spoorwegen op grond van de Wet geluidhinder c.q. het Besluit geluidhinder;
een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is door hun constructie, afmeting en/of functie;
de massa van een gebouw, met uitzondering van aan- en/of uitbouwen en aangebouwde bouwwerken;
het bedrijfsmatig verstrekken van etenswaren en/of dranken, overwegend voor gebruik ter plaatse, en/of het exploiteren van zaalaccommodatie en/of het bedrijfsmatig verstrekken van logies, één en ander gepaard gaande met dienstverlening en al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie (met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie);
een dienstverlenend etablissement met een commercieel oogmerk waar iemand tegen betaling kan overnachten of tijdelijk onderdak kan vinden, waarbij het verblijf als regel van korte duur en overwegend recreatief van aard is, er doorgaans toezicht aanwezig is in de vorm van personeel en meestal diverse vormen van verzorging worden geboden zoals schoonmaak, roomservice en de verstrekking van maaltijden en met inbegrip van het exploiteren van zaalaccommodatie;
een bedrijf gericht op aanleg en onderhoud van tuinen en groenvoorzieningen;
een alleenstaande dan wel twee of meer personen die een duurzaam gemeenschappelijk huishouden voeren;
een winkelcentrumconcept dat zich kenmerkt door:
het bewonen van een ruimte, die deel uitmaakt van een woning die door een ander huishouden in gebruik is genomen met dien verstande dat dit slechts is toegestaan binnen de bestaande woning;
gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;
Het (al dan niet bedrijfsmatig) verschaffen van woonverblijf aan meer dan één huishouden en aan meer dan 4 personen;
een onderkomen of voertuig:
een ondergeschikte vorm van niet-zelfstandige horeca ten dienste van een op grond van dit plan toegestane vorm van gebruik;
een gebouw of een gedeelte daarvan, dat uitsluitend of in hoofdzaak wordt gebruikt voor het verrichten van administratieve werkzaamheden, zakelijke en niet-zakelijke dienstverlening en werkzaamheden die verband houden met het doen functioneren van overheidsinstellingen, semi-overheidsinstellingen, het bankwezen en naar aard daarmee gelijk te stellen instellingen;
een gesloten en (gedeeltelijk) hellende bovenbeëindiging van een bouwwerk;
een eendaagse, kleinschalige activiteit die zich in de openbare ruimte afspeelt met als doel vermaak en ontspanning te bieden, waarbij het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT) veroorzaakt door het ten gehore brengen van versterkte / onversterkte muziek en/of door het gebruik van geluidsapparatuur ter plaatse van de gevel van woningen van derden en andere geluidgevoelige bestemmingen niet meer bedraagt dan 70 dB(A);
een natuur-educatieve voorziening voor kinderen in de vorm van een boerderij met dieren, waarbij ook op kleine schaal productie, bewerking en verkoop van (eigen) boerderijproducten kan plaatsvinden;
het anders dan om niet verzorgen, opvoeden en bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen tot de eerste dag van de maand waarop het voorgezet onderwijs voor die kinderen begint;
een in het openbaar gebied gesitueerd gebouw waar kranten, tijdschriften, rookwaren, snoep of bloemen verkocht mogen worden;
in het openbaar gebied gesitueerd gebouw ten behoeve van een jachthaven waar (gebruiks)artikelen t.b.v. de watersport verkocht mogen worden alsmede horeca t/m categorie 1, als bedoeld in de van deze regels deel uitmakende Staat van Horeca-activiteiten;
het in of bij een woning verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid door middel van handwerk, waarvan de aard, omvang en uitstraling zodanig zijn dat de activiteit ter plaatse (in de woning en/of de daarbij behorende bouwwerken) kan worden uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende activiteit een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie;
voorzieningen ten behoeve van activiteiten zoals wandelen, fietsen, vissen, zwemmen, kanoën en natuurobservatie in de vorm van bijvoorbeeld aanlegsteigers, picknickplaatsen, observatiepunten, informatieborden en banken;
kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie. De kwaliteitsnorm, bestaande uit een omvangrijke set van algemeen geaccepteerde eisen, specificaties en protocollen. Tevens wordt in de KNA de minimum opleidings- en ervaringseisen beschreven waaraan personen moeten voldoen om bepaalde archeologische werkzaamheden te mogen uitvoeren;
objecten zoals aangemerkt in het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
een bij de gemeente in dienst zijnde of een door het bevoegd gezag aangewezen of aan te wijzen deskundige of commissie van deskundigen, op het gebied van landschapsinrichting, landschapswaarden en daarmee samenhangende aspecten;
recreatieve en toeristische voorziening inclusief de daarbij behorende ondergeschikte horeca en detailhandel, die zich richt op een of meer van de hierna volgende activiteiten:
een formeel door het bevoegd gezag als zodanig aangewezen plaats in het water, al dan niet aangevuld met een op de oever aanwezig terrein of een gedeelte daarvan, dat bestemd is voor het permanent afmeren van een voor woon-, bedrijfsmatige of recreatieve doeleinden geschikt vaartuig;
een winkelcentrum dat beschikt over zowel een uitgebreid aanbod voor dagelijkse boodschappen en frequent benodigd niet-dagelijks winkelaanbod (textiel, huishoudelijke artikelen) als over een recreatief winkelaanbod waarbij het boodschappenaanbod een lokale verzorgingsfunctie vervult en het recreatieve winkelaanbod in sommige gevallen een bovenlokale functie kan vervullen;
voorzieningen van educatieve, sociale, culturele, medische en levensbeschouwelijke aard al dan niet in combinatie met daaraan ondergeschikte voorzieningen ten behoeve van dienstverlening en/of sport alsmede ondergeschikte detailhandel en/of horeca ten dienste van deze voorzieningen. Binnen deze bestemming zijn alle vormen van kinderopvang toegestaan;
intensieve zorg of ondersteuning, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie, rechtstreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die de gebruikelijke hulp van huisgenoten voor elkaar overstijgt, en waarvan de behoefte met een verklaring van een huisarts, wijkverpleegkundige of andere door de gemeente aangewezen sociaal-medisch adviseur kan worden aangetoond;
een woning op het terrein van het huis van iemand die mantelzorg nodig heeft. De woning is bedoeld voor de zorgverlener (vriend, familielid). Het is ook mogelijk dat de persoon die zorg nodig heeft in de mantelzorgwoning woont. In dat geval woont de zorgverlener in het bijbehorende huis;
een door de feitelijke terreininrichting aanwezig verschil tussen het beloop van lijnen in het veld en een op de kaart aangegeven bestemmings- of bouwgrens;
de naam die voor een zelfstandige winkel of winkelketen wordt gehanteerd;
een publieksevenement waarbij:
planologisch relevante effecten op het milieu ten aanzien van de luchtkwaliteit, externe veiligheid, bodem, flora en fauna, geluid en water;
ruimtelijke ontwikkeling, herontwikkeling en/of functieverandering van een perceel en/of pand niet passend binnen de vigerende bestemming, geldend op het moment van vaststelling van het bestemmingsplan "Stedelijk";
Nota parkeernormen Leidschendam-Voorburg zoals geldend op het moment van vaststelling van het bestemmingsplan "Stedelijk";
voorzieningen ten behoeve van het openbaar nut, zoals onder meer transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, apparatuur voor telecommunicatie en daarmee gelijk te stellen voorzieningen;
omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 of 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo);
een gedeelte van een gebouw, dat wordt afgedekt door een vloer waarvan de bovenkant minder dan 1,20 meter boven peil is gelegen;
het qua aard en omvang beperkt verstrekken van dranken en etenswaren voor gebruik ter plaatse als ondergeschikte activiteiten in direct in verband met andere ter plaatse toegestane hoofdactiviteiten (niet zijnde horeca);
maatschappelijke voorzieningen die qua aard en omvang ondergeschikt en gerelateerd zijn aan de ter plaatse toegestane hoofdactiviteiten, daaronder begrepen instellingen voor welzijn en jongeren- en/of buurtverenigingen;
weg en/of langzaam verkeersroute waaraan de hoofdtoegang tot het bouwperceel is gesitueerd: bij bouwpercelen welke (de mogelijkheid tot) twee hoofdtoegangen hebben wordt, voor het bepalen van wat de ontsluitende weg is, aansluiting gezocht bij de aangrenzende bouwpercelen;
de onttrekking van woningen aan de woningvoorraad als bedoeld in artikel 21 van de Huisvestingswet 2014;
alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar water en andere openbare buitenruimten en gebieden die voor het publiek openbaar toegankelijk zijn;
bedrijfsmatig of in aard en omvang alsof zij bedrijfsmatig is opslaan van partijen goederen;
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen gebouw zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
een bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden, betreedbaar en afsluitbaar is;
voorzieningen voor het laten stilstaan van voertuigen, (brom)fietsen daaronder mede begrepen, langer dan nodig is voor het (onmiddellijk) laten in-, uit- en afstappen van passagiers of voor het laden en/of lossen van goederen;
verzameling ligplaatsen die (gebruikers van) recreatievaartuigen de mogelijkheid bieden hun reis tijdelijk te onderbreken en/of te overnachten;
het peil gelden de volgende regels tenzij in de bestemmingsregels anders is bepaald:
een zodanig gebruik van een gebouw dat uitsluitend is bestemd om te dienen als recreatief woonverblijf door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen, dat dit noopt tot inschrijving in het bevolkingsregister van de gemeente, overeenkomstig de ter zake geldende wettelijke voorschriften;
een locatie waar de consument (uitsluitend via internet) bestelde goederen kan afhalen en/of retourneren, waar uitsluitend gedurende een korte periode logistiek en opslag van bestelde goederen plaatsvindt en waarbij geen sprake is van uitstalling ten verkoop en/of overige activiteiten;
een (werk)ruimte bedoeld voor de uitoefening van medische, paramedische of daarmee gelijk te stellen beroepen of werkzaamheden;
een centraal aangestuurd management van het gehele winkelcentrum dat integraal verantwoordelijk is voor:
het zich tegen vergoeding beschikbaar stellen voor het verrichten van seksuele handelingen met een ander;
dienstverlening, die naar aard, verschijningsvorm en gevolgen voor de omgeving als verwant aan detailhandel kan worden aangemerkt, zoals banken, reisbureaus, kap- en schoonheidsalons, nagelstudio's, (para-)medische functies zoals praktijkruimten voor fysiotherapie, apotheken, etc.;
het tegen betaling verhuren van een woonruimte aan een of meerdere personen ten behoeve van vrijetijdsbesteding;
een gebouw, geen stacaravan zijnde, al dan niet met vaste fundering, dat dient als recreatief verblijf, waarvan de gebruikers hun vaste woon- of verblijfplaats elders hebben;
een winkelcentrum dat een verzorgende functie heeft voor (delen van) de regio waarbinnen het is gelegen en waarbij de ligging en het karakter van het winkelcentrum zorgen voor accentverschillen tussen de diverse regionaal verzorgende winkelcentra: een regionaal verzorgend winkelcentrum beschikt over een gemengd aanbod met het accent op het middensegment en richt zich door middel van een hoogwaardig kwaliteitsaanbod inclusief vernieuwende concepten op de specifieke doelgroepen in het verzorgingsgebied;
een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden: onder seksinrichting worden in elk geval begrepen een prostitutiebedrijf, een erotische massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater en/of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
het (eventueel structureel) aanbieden van zelfstandige woonruimte voor tijdelijke bewoning aan één huishouden of aan personen die geen huishouden vormen, voor een aaneengesloten periode van minimaal één week en maximaal 4 maanden;
een constructie boven het water, meestal langs een oever, die dient voor het afmeren van vaartuigen, woonschepen of woonarken;
geheel of gedeeltelijk afbreken;
waterbouwkundig werk waardoor twee wateren, veelal met een verschillend peil, met elkaar in verbinding kunnen worden gebracht en van elkaar kunnen worden gescheiden;
een horecabedrijf dat tot doel heeft het verstrekken van al dan niet voor consumptie ter plaatse bedoelde etenswaren, met als nevenactiviteit het verstrekken van niet - en zwak alcoholische dranken;
een inrichting, bedoeld voor vermaak of ontspanning waarbij uitsluitend van zwaartekracht of van fysieke kracht van de mens gebruik wordt gemaakt;
allerlei lichamelijke oefeningen en ontspanning waarbij vaardigheid, kracht en inzicht vereist worden, alsmede ondergeschikte vormen van horeca ten dienste van deze voorzieningen;
het gebruik van de openbare gronden en de daarbij behorende bebouwing voor recreatieve en educatieve doeleinden. Daarbij zijn in beperkte mate functies toegestaan die qua aard en omvang kleinschalig en aan de stadstuin ondergeschikt zijn. Daarmee wordt onder andere bedoeld ondergeschikte horeca, ondergeschikte detailhandel zoals verkoop van producten uit de stadstuin, alsmede vormen van educatie en informatiebijeenkomsten direct gerelateerd aan de functie van de stadstuin;
een caravan, die als een gebouw valt aan te merken;
de staat van horeca-activiteiten die van deze regels deel uitmaakt;
ruimtelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein of zeehaventerrein, of van kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen als bedoeld in het Besluit ruimtelijke ordening;
een (bouw)plan voor woningen, detailhandelsvoorzieningen, parkeerterreinen, bioscopen, theaters, sportcentra, kantoorgebouwen en dergelijke dan wel een combinatie daarvan, waarbij per saldo sprake kan zijn van aanzienlijke negatieve gevolgen voor het milieu;
een relatief grote (zelfbedienings)winkel met een grote verscheidenheid aan levensmiddelen en een aanvullend assortiment aan huishoudelijke producten, in de vorm van hetzij een full-service supermarkt hetzij een hard-discounter supermarkt;
een buiten de besloten ruimte van een inrichting liggend deel van een horecabedrijf waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie kunnen worden bereid of verstrekt;
tuin, behorende bij en ten dienste van de op de aangrenzende gronden gelegen gebouwen;
detailhandelsbedrijf waarin artikelen voor de aanleg, de inrichting en het onderhoud van en het verblijf in particuliere tuinen en de daarmee rechtstreeks samenhangende artikelen en diensten worden aangeboden, alsmede kamerplanten en snijbloemen met de bijbehorende potten, vazen, e.d., dierenbenodigdheden en seizoensgebonden sierproducten zoals paas- en kerstartikelen e.d.;
een voorwerp, dat bestemd of ingericht is, voor het vervoer over water, van personen en/of goederen, danwel een drijvend werktuig of woonschip;
de verbeelding van het bestemmingsplan "Stedelijk" bestaande uit 3 kaarten;
de vergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014;
het bedrijfsmatig en uitsluitend via het internet aanbieden en verkopen van goederen aan derden, zonder uitstalling ten verkoop, opslag, bezichtiging en/of afhaal van de goederen ter plaatse;
een bouwtechnische voorziening, zoals een balkon- of terrashekwerk of borstwering, die wordt aangebracht om (val)ongelukken te voorkomen;
een perceel grond dat geen deel uitmaakt van de grond waarop de woning van de gebruiker staat, waarop de gebruiker siergewassen en/of groenten voor eigen gebruik teelt eventueel met bijbehorende bouwwerken zoals tuinhuisjes, kweekkassen, berg- en toiletruimte en/of groenvoorzieningen;
besluit waarbij toepassing is gegeven aan artikel 3.7 van de Wet ruimtelijke ordening;
erf dat geen onderdeel is van het achtererfgebied;
de naar de weg en/of water gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg of water gekeerde gevel, de meest beeldbepalende gevel van dat gebouw, tenzij op de verbeelding anders is aangegeven;
een denkbeeldige dan wel op de verbeelding aangegeven lijn in het verlengde van de voorgevel die in de richting van de openbare weg en/of het water niet door bebouwing mag worden overschreden;
de maximale waarde voor de geluidbelasting, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder en/of het Besluit grenswaarden binnen zones rond industrieterreinen, het Besluit grenswaarden binnen zones langs wegen en/of het Besluit geluidhinder spoorwegen (zoals deze luiden ten tijde van de vaststelling van dit plan);
wet van 6 november 2008 (Stb. 2008, 496);
wet van 16 februari 1979 (Stb. 1979, 99);
wet van 20 oktober 2006 (Stb. 2006, 566);
een methode om energie in de vorm van warmte en/of koude op te slaan in de bodem, die onder meer gebruikt kan worden om gebouwen te verwarmen en/of te koelen;
een gebouw of een gedeelte daarvan, dat een ruimte omvat, die door zijn indeling kennelijk bedoeld is te worden gebruikt voor de detailhandel;
een winkelformule is:
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden of maximaal vier personen die geen huishouden vormen;
wet van 29 augustus 1991 (Stb. 1991, 439);
een gebouw, dat meerdere naast elkaar en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden;
een schip (of een daarmee naar aard en dergelijke gelijk te stellen ander vaartuig of andere drijvende inrichting) dat uitsluitend of in hoofdzaak gebruikt wordt of bestemd is voor bewoning of recreatief verblijf;
een op de verbeelding aangeduid vlak, bestemd voor het innemen van een ligplaats met een woonschip of woonark;
complex van (zelfstandige) woningen gericht op beschermd wonen met een zorg- en/of service-arrangement;
een voorziening voor jongvolwassenen met één of meer beperkingen waar werken en wonen, begeleiding en verzorging op een duurzame wijze een eenheid vormen en die de betrokken jongvolwassenen in staat stelt op een zo zinvol mogelijke wijze deel te nemen aan de maatschappij;
het bouwkundig en/of functioneel splitsen van één woning in twee of meer woningen;
woonwagen, zijnde een voor bewoning bestemd gebouw dat is of wordt geplaatst op een woonwagenstandplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst;
standplaats, zijnde een kavel die is bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, van andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten;
een gebouw dat is gebouwd en feitelijk bestemd voor een combinatie van bedrijfsuitoefening en wonen, waarbij detailhandel en horeca zijn uitgesloten;
de kleinste binnen één of meer panden gelegen en voor woondoeleinden geschikte eenheid van gebruik die in functioneel opzicht zelfstandig is;
de zijdelingse gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één van de weg of water afgekeerde gevel, niet zijnde de voor- of achtergevel;
bovenste verdieping van een gebouw welke zich onder een hellend dak bevindt niet zijnde een bouwlaag;
detailhandel in medische en/of zorggerelateerde goederen, zoals bijvoorbeeld apotheken, opticiëns, audiciëns, leveranciers van medische hulpmiddelen, e.d;
dienstverlening op medisch en/of zorggerelateerd gebied, zoals bijvoorbeeld bloedbanken, medische laboratoria, ambulancediensten, diëtisten, medische praktijken, paramedische instellingen, e.d;
kantoren ten behoeve van bedrijven en instellingen die werkzaam zijn op het gebied van welzijn, gezondheidszorg en andere aan de zorg gerelateerde activiteiten, zoals bijvoorbeeld instellingen voor thuiszorg, instellingen voor gehandicaptenzorg, zorgverzekeraars, groothandels in farmaceutische producten, e.d;
woning en/of wooneenheid ten behoeve van zorg aan en verpleging van een bijzondere groepering of instelling;
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
De kortste afstand tussen bouwwerken onderling alsmede van bouwwerken tot de perceelsgrens, gemeten vanaf elk deel van het bouwwerk.
Een percentage, dat de grootte van het deel van een bestemmingsvlak, bouwvlak respectievelijk (gedeelte van een) bouwperceel aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd. Ondergronds bouwen wordt hier niet meegerekend.
Alle inpandige ruimte die voor de individuele bedrijfsvoering benodigd is, waaronder in elk geval begrepen alle voor het publiek toegankelijke ruimten alsmede alle ruimten die uitsluitend voor personeel toegankelijk zijn, maar exclusief ruimte die collectief gebruikt wordt (zoals bezoekerspassages, expeditieruimtes, afvalopslag, etc.) alsmede exclusief constructieve elementen, trapgaten, vides, ruimten en/of voorzieningen zoals brandgangen, ruimten voor nutsvoorzieningen, stijgpunten ten behoeve van woningen of parkeervoorzieningen, etc.;
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftkokers, lichtkappen, antennes, technische installaties en naar de aard en omvang daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
Tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidsmuren.
Langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel. Daar waar een gevellijn staat aangegeven op de verbeelding wordt de goothoogte gemeten in de gevellijn.
Vanaf het peil tot aan het middelpunt van de (wieken)as van de windmolen c.q. -turbine.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, technische installaties, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw- c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 0,75 meter bedraagt.
Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
De voor het publiek toegankelijke ruimte waar goederen zijn tentoongesteld en/of uitgestald ten behoeve van verkoop.
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Bedrijf' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Tankstationluifels | 7,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Vrijstaande antenne-installaties, niet zijnde schotelantennes ten behoeve van mobiele telecommunicatie | 5,0 meter |
Vrijstaande antenne-installaties, ten behoeve van telecommunicatie, niet zijnde schotelantennes en zonder techniekkast | 15,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de artikel 3.2.2 en artikel 3.2.3 ten behoeve van het realiseren van een dakterras ten behoeve van een woning, mits er toepassing wordt gegeven aan de regels welke zijn opgenomen in de nota 'Het dak op!', beleidsnotitie met sneltoets criteria voor dakterrassen', overeenkomstig de bijlage Het dak op.
Voor het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep gelden de volgende regels:
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend: het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of bouwwerken voor horeca en/of detailhandel, met uitzondering van bedrijfsgebonden detailhandel.
Verkoop via internet wordt geacht in overeenstemming te zijn met de bestemming en is toegestaan, mits:
Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 7.2 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt behoudens het bepaalde in de artikelen 46.3.1 en 47.2.1 in ieder geval gerekend het gebruik van een woning als meer dan één zelfstandige woning en indien dit gebruik is gestart nadat het bestemmingsplan 'Stedelijk' in ontwerp ter inzage is gelegd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 3.4.1 ten behoeve van het vergroten van het vloeroppervlak tot een maximum van 65 m², mits er geen sprake is van onevenredige verkeersaantrekkende werking en in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, ook ten behoeve van de uitbreiding.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 3.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 3.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Bedrijf - Gasdrukmeet- en regelstation' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Bedrijf - Gasdrukmeet- en regelstation' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 3,5 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend: het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of bouwwerken voor horeca en/of detailhandel.
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming ‘Bedrijf - Gasdrukmeet- en regelstation' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 4.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Bedrijf - Nutsvoorziening' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Bedrijf - Nutsvoorziening' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend: het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of bouwwerken voor horeca en/of detailhandel.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 5.1.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 5.4.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Centrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
op de begane grond:
op de eerste verdieping:
vanaf de tweede verdieping:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Centrum' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen binnen het bouwvlak gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de artikel 6.2.2 en artikel 6.2.3 ten behoeve van het realiseren van een dakterras ten behoeve van een woning, mits er toepassing wordt gegeven aan de regels welke zijn opgenomen in de nota 'Het dak op!', beleidsnotitie met sneltoets criteria voor dakterrassen', overeenkomstig de bijlage Het dak op.
Voor het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep gelden de volgende regels:
Voor detailhandel ondersteunende horeca gelden de volgende regels:
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Verkoop via internet wordt geacht in overeenstemming te zijn met de bestemming en is toegestaan, mits:
Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 7.2 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt behoudens het bepaalde in de artikelen 46.3.1 en 47.2.1 in ieder geval gerekend het gebruik van een woning als meer dan één zelfstandige woning en indien dit gebruik is gestart nadat het bestemmingsplan 'Stedelijk' in ontwerp ter inzage is gelegd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 6.4.1 ten behoeve van het vergroten van het vloeroppervlak tot een maximum van 65 m², mits er geen sprake is van onevenredige verkeersaantrekkende werking en in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, ook ten behoeve van de uitbreiding.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 6.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 6.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Cultuur en ontspanning' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Cultuur en ontspanning' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Vrijstaande antenne-installaties, niet zijnde schotelantennes ten behoeve van mobiele telecommunicatie | 5,0 meter |
Vrijstaande antenne-installaties, ten behoeve van telecommunicatie, niet zijnde schotelantennes en zonder techniekkast | 15,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 7.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 7.3.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Cultuur en ontspanning - Molen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Cultuur en ontspanning - Molen' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Speeltoestellen | 5,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de artikel 8.2.2 en artikel 8.2.3 ten behoeve van het realiseren van een dakterras ten behoeve van een woning, mits er toepassing wordt gegeven aan de regels welke zijn opgenomen in de nota 'Het dak op!', beleidsnotitie met sneltoets criteria voor dakterrassen', overeenkomstig de bijlage Het dak op.
Voor het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep gelden de volgende regels:
Verkoop via internet wordt geacht in overeenstemming te zijn met de bestemming en is toegestaan, mits:
Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 7.2 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt behoudens het bepaalde in de artikelen 46.3.1 en 47.2.1 in ieder geval gerekend het gebruik van een woning als meer dan één zelfstandige woning en indien dit gebruik is gestart nadat het bestemmingsplan 'Stedelijk' in ontwerp ter inzage is gelegd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 8.4.1 ten behoeve van het vergroten van het vloeroppervlak tot een maximum van 65 m², mits er geen sprake is van onevenredige verkeersaantrekkende werking en in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, ook ten behoeve van de uitbreiding.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 8.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 8.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Detailhandel' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Voor detailhandel ondersteunende horeca gelden de volgende regels:
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Verkoop via internet wordt geacht in overeenstemming te zijn met de bestemming en is toegestaan, mits:
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 9.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 9.4.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Garage' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Garage' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
op de begane grond
vanaf de eerste verdieping
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
Op de adressen Mariënpark 90 t/m 151 zijn de voor 'Gemengd' aangewezen gronden tevens bestemd voor:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Gemengd' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de artikel 11.2.2 en artikel 11.2.3 ten behoeve van het realiseren van een dakterras ten behoeve van een woning, mits er toepassing wordt gegeven aan de regels welke zijn opgenomen in de nota 'Het dak op!', beleidsnotitie met sneltoets criteria voor dakterrassen', overeenkomstig de bijlage Het dak op.
Voor het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep gelden de volgende regels:
Voor detailhandel ondersteunende horeca gelden de volgende regels:
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Verkoop via internet wordt geacht in overeenstemming te zijn met de bestemming en is toegestaan, mits:
Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 7.2 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt behoudens het bepaalde in de artikelen 46.3.1 en 47.2.1 in ieder geval gerekend het gebruik van een woning als meer dan één zelfstandige woning en indien dit gebruik is gestart nadat het bestemmingsplan 'Stedelijk' in ontwerp ter inzage is gelegd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 11.4.1 ten behoeve van het vergroten van het vloeroppervlak tot een maximum van 65 m², mits er geen sprake is van onevenredige verkeersaantrekkende werking en in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, ook ten behoeve van de uitbreiding.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 11.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 11.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Gemengd - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
op de begane grond:
vanaf de eerste verdieping:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
Op de adressen Mariënpark 1a t/m 86 en Prins Bernhardlaan 58 t/m 70 zijn de voor 'Gemengd - 1' aangewezen gronden tevens bestemd voor:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Gemengd - 1' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Tuinmeubilair | 2,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de artikel 12.2.2 en artikel 12.2.3 ten behoeve van het realiseren van een dakterras ten behoeve van een woning, mits er toepassing wordt gegeven aan de regels welke zijn opgenomen in de nota 'Het dak op!', beleidsnotitie met sneltoets criteria voor dakterrassen', overeenkomstig de bijlage Het dak op.
Voor het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep gelden de volgende regels:
Voor detailhandel ondersteunende horeca gelden de volgende regels:
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Verkoop via internet wordt geacht in overeenstemming te zijn met de bestemming en is toegestaan, mits:
Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 7.2 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt behoudens het bepaalde in de artikelen 46.3.1 en 47.2.1 in ieder geval gerekend het gebruik van een woning als meer dan één zelfstandige woning en indien dit gebruik is gestart nadat het bestemmingsplan 'Stedelijk' in ontwerp ter inzage is gelegd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 12.4.1 ten behoeve van het vergroten van het vloeroppervlak tot een maximum van 65 m², mits er geen sprake is van onevenredige verkeersaantrekkende werking en in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, ook ten behoeve van de uitbreiding.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 12.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 12.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
Het is verboden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag, de tevens voor cultuurhistorische waarden bestemde bebouwing te slopen.
De voor 'Gemengd - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
vanaf de eerste verdieping:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Gemengd - 2' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de artikel 13.2.2 en artikel 13.2.3 ten behoeve van het realiseren van een dakterras ten behoeve van een woning, mits er toepassing wordt gegeven aan de regels welke zijn opgenomen in de nota 'Het dak op!', beleidsnotitie met sneltoets criteria voor dakterrassen', overeenkomstig de bijlage Het dak op.
Voor het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep gelden de volgende regels:
Verkoop via internet wordt geacht in overeenstemming te zijn met de bestemming en is toegestaan, mits:
Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 7.2 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt behoudens het bepaalde in de artikelen 46.3.1 en 47.2.1 in ieder geval gerekend het gebruik van een woning als meer dan één zelfstandige woning en indien dit gebruik is gestart nadat het bestemmingsplan 'Stedelijk' in ontwerp ter inzage is gelegd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 13.4.1 ten behoeve van het vergroten van het vloeroppervlak tot een maximum van 65 m², mits er geen sprake is van onevenredige verkeersaantrekkende werking en in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, ook ten behoeve van de uitbreiding.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 13.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 13.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Gemengd - 3' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Gemengd - 3' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Voor detailhandel ondersteunende horeca gelden de volgende regels:
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 14.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 14.4.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Groen' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van een op de grond staand bijbehorend bouwwerk, uitsluitend in de vorm van bijgebouwen gelden de volgende regels:
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan aangegeven in onderstaande tabel:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
Terreinafscheiding bij sportvelden in bebouwde kom | 4,00 meter |
Cruyff Court Prinsenhof | 6,00 meter |
Lantaarnpalen | 6,00 meter |
Lichtmasten | 9,00 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,00 meter |
Speeltoestellen | 5,00 meter |
Straatmeubilair | 3,00 meter |
Vlaggenmasten | 6,00 meter |
Vrijstaande antenne-installaties ten behoeve van (mobiele) telecommunicatie, niet zijnde schotelantennes en zonder techniekkast | 15,00 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,00 meter |
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 15.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Met dien verstande dat subleden a. en c. zijn uitsluitend van toepassing als er sprake is de aanduiding (pa) als bedoeld in artikel 15.1.1.
Het in artikel 15.4.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Groen - Stadstuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Groen - Stadstuin' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen en bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan aangegeven in onderstaande tabel:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
Lantaarnpalen | 6,00 meter |
Lichtmasten | 9,00 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,00 meter |
Speeltoestellen | 5,00 meter |
Straatmeubilair | 3,00 meter |
Vlaggenmasten | 6,00 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,00 meter |
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 16.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Met dien verstande dat subleden a. en c. zijn uitsluitend van toepassing als er sprake is de aanduiding (pa) als bedoeld in artikel 17.1.1.
Het in artikel 16.4.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Horeca' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Speeltoestellen | 5,0 meter |
Straatmeubilair | 3,0 meter |
Tuinmeubilair | 2,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 17.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 17.1.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend 'Kantoor' worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Straatmeubilair | 3,0 meter |
Tuinmeubilair | 2,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Vrijstaande antenne-installaties, niet zijnde schotelantennes ten behoeve van mobiele telecommunicatie | 5,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de artikel 18.2.2 en artikel 18.2.3 ten behoeve van het realiseren van een dakterras ten behoeve van een woning, mits er toepassing wordt gegeven aan de regels welke zijn opgenomen in de nota 'Het dak op!', beleidsnotitie met sneltoets criteria voor dakterrassen', overeenkomstig de bijlage Het dak op.
Voor het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep gelden de volgende regels:
Verkoop via internet wordt geacht in overeenstemming te zijn met de bestemming en is toegestaan, mits:
Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 7.2 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt behoudens het bepaalde in de artikelen 46.3.1 en 47.2.1 in ieder geval gerekend het gebruik van een woning als meer dan één zelfstandige woning en indien dit gebruik is gestart nadat het bestemmingsplan 'Stedelijk' in ontwerp ter inzage is gelegd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 18.4.1 ten behoeve van het vergroten van het vloeroppervlak tot een maximum van 65 m², mits er geen sprake is van onevenredige verkeersaantrekkende werking en in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, ook ten behoeve van de uitbreiding.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 18.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 18.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding (sm-wzv) zijn de voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn tevens bestemd voor:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Maatschappelijk' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Speeltoestellen | 5,0 meter |
Tuinmeubilair | 2,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Vrijstaande antenne-installaties, niet zijnde schotelantennes ten behoeve van mobiele telecommunicatie | 5,0 meter |
Vrijstaande antenne-installaties, ten behoeve van telecommunicatie, niet zijnde schotelantennes en zonder techniekkast | 15,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden in afwijking van artikel 19.2.5 de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
Overige erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Vlaggenmasten en/of bannieren | 8,0 meter |
Lantaarnpalen | 10,0 meter |
Voor het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep gelden de volgende regels:
Verkoop via internet wordt geacht in overeenstemming te zijn met de bestemming en is toegestaan, mits:
Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 7.2 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt behoudens het bepaalde in de artikelen 46.3.1 en 47.2.1 in ieder geval gerekend het gebruik van een woning als meer dan één zelfstandige woning en indien dit gebruik is gestart nadat het bestemmingsplan 'Stedelijk' in ontwerp ter inzage is gelegd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 19.3.1 ten behoeve van het vergroten van het vloeroppervlak tot een maximum van 65 m², mits er geen sprake is van onevenredige verkeersaantrekkende werking en in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, ook ten behoeve van de uitbreiding.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 19.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 19.5.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Maatschappelijk - Begraafplaats' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt;
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Maatschappelijk - Begraafplaats' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Tuinmeubilair | 2,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 20.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 20.3.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Recreatie - Volkstuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Met daarbij behorende:
De minimale oppervlakte van een volkstuin bedraagt tenminste 100 m² (complex ATV Essesteijn) en 150 m² (complex VTV Mariahoeve). Voor de overige volkstuincomplexen geldt geen minimale oppervlakte per volkstuin.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Recreatie - Volkstuin' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van een of meerdere hoofdgebouwen gelden per volkstuincomplex de volgende regels:
Voor het bouwen van vrijstaande bijbehorende bouwwerken in de vorm van bijgebouwen binnen het bestemmingsvlak gelden per volkstuincomplex de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen op ten minste 1 meter achter de voorgevelrooilijn | 2,0 meter |
Lantaarnpalen | 3,0 meter |
Speeltoestellen | 3,0 meter |
Tuinmeubilair | 3,0 meter |
Vlaggenmasten | 3,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Overige erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 21.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 21.5.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij bijbehorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Sport' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
Ballenvangers ten behoeve van sport | 9,0 meter |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Lichtmasten ten behoeve van sport | 15,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Speeltoestellen | 5,0 meter |
Straatmeubilair | 3,0 meter |
Tuinmeubilair | 2,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Vrijstaande antenne-installaties, niet zijnde schotelantennes ten behoeve van mobiele telecommunicatie | 5,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de artikel 22.2.2 en artikel 22.2.3 ten behoeve van het realiseren van een dakterras ten behoeve van een woning, mits er toepassing wordt gegeven aan de regels welke zijn opgenomen in de nota 'Het dak op!', beleidsnotitie met sneltoets criteria voor dakterrassen', overeenkomstig de bijlage Het dak op.
Voor het uitoefenen van een aan huis verbonden beroep gelden de volgende regels:
Verkoop via internet wordt geacht in overeenstemming te zijn met de bestemming en is toegestaan, mits:
Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 7.2 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt behoudens het bepaalde in de artikelen 46.3.1 en 47.2.1 in ieder geval gerekend het gebruik van een woning als meer dan één zelfstandige woning en indien dit gebruik is gestart nadat het bestemmingsplan 'Stedelijk' in ontwerp ter inzage is gelegd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 22.4.1 ten behoeve van het vergroten van het vloeroppervlak tot een maximum van 65 m², mits er geen sprake is van onevenredige verkeersaantrekkende werking en in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, ook ten behoeve van de uitbreiding.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 22.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 22.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op, dan wel in, deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Verkeer' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen als bedoeld in artikel 23.2.1 gelden de volgende regels:
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend: het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of bouwwerken voor horeca en/of detailhandel.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 23.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 23.4.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Verkeer - Snelweg' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op, dan wel in, deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Verkeer - Snelweg' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen als bedoeld in lid 24.2.1 gelden de navolgende regels:
Voor het bouwen als bedoeld in lid 24.2.1 gelden de navolgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Straatmeubilair | 3,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Speeltoestellen | 5,0 meter |
Straatmeubilair | 3,0 meter |
Tuinmeubilair | 2,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Vrijstaande antenne-installaties, niet zijnde schotelantennes ten behoeve van mobiele telecommunicatie | 5,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 24.2.2 ten behoeve van het bouwen van gebouwen ten behoeve van het stallen van fietsen buiten de aanduiding (fis) mits:
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 24.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 24.4.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Verkeer - Spoorweg' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op, dan wel in, deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Verkeer - Spoorweg' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen als bedoeld in lid 25.2.1 gelden de navolgende regels:
Voor het bouwen als bedoeld in lid 25.2.1 gelden de navolgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Straatmeubilair | 3,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Speeltoestellen | 5,0 meter |
Straatmeubilair | 3,0 meter |
Tuinmeubilair | 2,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Vrijstaande antenne-installaties, niet zijnde schotelantennes ten behoeve van mobiele telecommunicatie | 5,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 25.2.1 ten behoeve van het bouwen van gebouwen ten behoeve van het stallen van fietsen buiten de aanduiding (fis) mits:
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 25.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 25.4.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
mede bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Een terras mag uitsluitend geplaatst worden, indien:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op, dan wel in, deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Verkeer - Verblijfsgebied' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen als bedoeld in artikel 26.2.1 gelden de volgende regels:
Voor het realiseren van een horecavoorziening gelden de volgende regels:
Op de gronden met de aanduiding 'sv-inf' (specfieke vorm verkeer - infiltratie) is het vervangen van de waterdoorlatende verharding door gewone bestrating alleen toegestaan, mits kan worden aangetoond dat dit geen negatieve hydrologische gevolgen heeft en hiervoor positief advies is ontvangen van het Hoogheemraadschap van Delfland.
Medegebruik voor incidentele markten, niet zijnde warenmarkten waarop de Marktverordening van toepassing is, is op het Stationsplein in Voorburg toegestaan;
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend: het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of bouwwerken voor horeca en/of detailhandel.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 26.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 26.4.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede voor:
mede bestemd voor:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op, dan wel in, deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Water' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, als bedoeld in artikel 27.2.1, sub a, gelden de volgende bouwregels:
In aanvulling op het bepaalde in 27.2.1 gelden voor het bouwen van een gebouw ten behoeve van een sprinklerinstallantie als bedoeld in artikel 27.2.1 sub b. de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, als bedoeld in artikel 27.2.1, sub c, gelden de volgende bouwregels:
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 27.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 27.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Winkelcentrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor een regionaal verzorgend winkelcentrum waarvan, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 28.3 en 28.4 de volgende functies, voorzieningen en/of activiteiten deel mogen uitmaken:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden in het plan eveneens zijn aangewezen.
Voor detailhandelondersteunende horeca gelden de volgende regels:
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Winkelcentrum' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
In afwijking van het bepaalde in 2.10 mogen bij het bouwen op deze gronden de bouwgrenzen ten behoeve van het bouwen van luifels, uitkragingen en daarmee vergelijkbare bouwdelen van gebouwen worden overschreden met ten hoogste 1,2 meter, mits de overschrijding van de bouwgrens niet tevens leidt tot overschrijding van één of meer bestemmingsgrenzen;
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde | Maximale bouwhoogte |
aangebouwde overkappingen | 14,00 meter |
antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,00 meter |
erf- en perceelafscheidingen op ten minste 1 meter achter de voorgevelrooilijn | 2,00 meter |
lantaarnpalen | 6,00 meter |
lichtmasten | 15,00 meter |
objecten van beeldende kunst | 6,00 meter |
schotelantennes | 3,00 meter |
speeltoestellen | 10,00 meter |
straatmeubilair | 3,00 meter |
vlaggenmasten | 9,00 meter |
vrijstaande antenne-installaties, niet zijnde schotelantennes ten behoeve van mobiele telecommunicatie | 5,00 meter |
vrijstaande antenne-installaties ten behoeve van telecommunicatie, niet zijnde schotelantennes en zonder techniekkast | 15,00 meter |
vrijstaande overkappingen | 4,00 meter |
overige erf- en perceelafscheidingen | 1,00 meter |
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 3,00 meter |
Op de voor 'Winkelcentrum' aangewezen gronden zijn, met inachtneming van het bepaalde in artikel 28.3.2, de volgende vormen van detailhandel toegelaten:
De totale omvang van de functies die op grond van artikel 28.1.1 sub a. tot en met f. op gronden met de bestemming 'Winkelcentrum' zijn toegelaten mag, tenzij elders in deze regels anders is bepaald, niet meer bedragen dan aangegeven in onderstaande tabel:
Functie | Max. m² (bvo) | Waarvan voor subfunctie ten hoogste | Max. m² (bvo) |
Detailhandel, waaronder mede begrepen pick-uppoints, detailhandelondersteunende horeca, merkbelevingsfuncties en sport- en leisurefuncties, waarvan ten hoogste:
I. voor detailhandel in dagelijkse artikelen II. voor detailhandel in niet-dagelijkse artikelen, alsmede merkbelevingsfuncties en sport- en leisurefuncties |
96.229
13.046 83.183 |
II.a) voor autoshowrooms zonder verkoopfunctie en brand experience centers II.b) voor sport- en leisurefuncties in de vorm van sportscholen, fitnesscentra, commerciële- en sociaal-innovatieve vrijetijdsvoorzieningen, vermaaksfuncties (niet zijnde bioscopen of seksinrichtingen) en overige naar aard, omvang, gebruik, etc. hiermee gelijk te stellen functies |
2.857 9.524 |
Aan de detailhandel dan wel aan het regionaal verzorgend winkelcentrum gerelateerde functies, voorzieningen en/of activiteiten in de vorm van:
I. horeca tot en met ten hoogste categorie 4 als bedoeld in de van deze regels deel uitmakende Staat van Horeca-activiteiten - Mall of the Netherlands, met uitzondering van hotels II. publieksgerichte dienstverlening |
9.323 |
||
Cultuur en ontspanning in de vorm van ten hoogste één bioscoop |
6.500 | ||
TOTAAL BESTEMMING WINKELCENTRUM | 112.052 |
Bij het verwezenlijken van resp. het gebruiken van gronden in overstemming met de bestemming 'Winkelcentrum' resp. de functies die op de voor deze bestemming aangewezen gronden op grond van 28.1.1 zijn toegestaan moeten de in onderstaande tabel aangegeven gemiddelde parkeernormen, met toepassing van de in de tabel opgenomen aanwezigheidspercentages, in acht worden genomen:
Functie |
Parkeernorm (in pp per eenheid) |
Eenheid |
Aanwezigheids- percentage |
||
detailhandel (bestaand) |
2,9 tot 3,9 (gemiddeld: 3,4) | per 100 m² bvo | 100 % | ||
detailhandel (nieuw / uitbreiding) |
2,9 tot 3,9 (gemiddeld: 3,4) | per 100 m² bvo | 100 % | ||
horeca tot en met categorie 2 |
2,9 tot 3,9 (gemiddeld: 3,4) | per 100 m² bvo | 100 % | ||
in categorie 3 en 4 | 2,9 tot 3,9 (gemiddeld: 3,4) | per 100 m² bvo | 100 % | ||
cultuur & ontspanning: bioscoop | 5,5 tot 7,5 (gemiddeld: 6,5) | per 100 m² bvo | 40 % | ||
sport- en leisure | 2,1 tot 3,1 (gemiddeld: 2,6) | per 100 m² bvo | 100 % |
Tot gebruik, strijdig met de bestemming 'Winkelcentrum', wordt in ieder geval gerekend het (laten) gebruiken van de gronden en opstallen voor het binnen een detailhandelsbedrijf (laten) uitoefenen van horeca-activiteiten van een zodanige aard en/of omvang dat deze niet kunnen worden aangemerkt als zijnde detailhandelondersteunende horeca: hiervan is in elk geval sprake indien de horeca-activiteiten een oppervlakte beslaan van meer dan 30% van de de bedrijfsvloeroppervlakte van het desbetreffende detailhandelsbedrijf.
Het bevoegde gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 28.3.2 en toestaan dat de daarbij aangegeven maximale omvang van de genoemde functies met ten hoogste 5% wordt verruimd tot maximaal de in onderstaande tabel aangegeven omvang:
Functie | Max. m² (bvo) | Waarvan voor subfunctie ten hoogste | Max. m² (bvo) |
Detailhandel, waaronder mede begrepen pick-uppoints, detailhandelondersteunende horeca, merkbelevingsfuncties en sport- en leisurefuncties, waarvan ten hoogste:
I. voor detailhandel in dagelijkse artikelen II. voor detailhandel in niet-dagelijkse artikelen, alsmede merkbelevingsfuncties en sport- en leisurefuncties |
101.041
13.698 87.342 |
II.a) voor autoshowrooms zonder verkoopfunctie en brand experience centers II.b) voor sport- en leisurefuncties in de vorm van sportscholen, fitnesscentra, commerciële- en sociaal-innovatieve vrijetijdsvoorzieningen, vermaaksfuncties (niet zijnde bioscopen of seksinrichtingen) en overige naar aard, omvang, gebruik, etc. hiermee gelijk te stellen functies |
3.000 10.000 |
Aan de detailhandel dan wel aan het regionaal verzorgend winkelcentrum gerelateerde functies, voorzieningen en/of activiteiten in de vorm van:
I. horeca tot en met ten hoogste categorie 4 als bedoeld in de van deze regels deel uitmakende Staat van Horeca-activiteiten - Mall of the Netherlands, met uitzondering van hotels II. publieksgerichte dienstverlening |
9.789 | ||
Cultuur en ontspanning in de vorm van ten hoogste één bioscoop |
6.825 | ||
TOTAAL BESTEMMING WINKELCENTRUM | 117.655 |
Het bevoegde gezag kan van de in 28.4.1 genoemde afwijkingsbevoegdheid slechts gebruik maken indien en voor zover de verruiming van de omvang van de betreffende functies:
De voor 'Wonen - Boerderij met appartementen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
door maximaal 4 huishoudens, met dien verstande dat ter plaatse uitsluitend zijn toegestaan:
en mede bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Wonen - Boerderij met appartementen' uitsluitend worden gebouwd:
met dien verstande dat:
Voor de plaatsing van bouwwerken als bedoeld in artikel 29.2.1 in het bestemmingsvlak gelden de volgende regels:
Voor bouwwerken als bedoeld in artikel 29.2.1 geldt de volgende maatvoering:
bouwwerken | max. goothoogte (meter) | max. bouwhoogte (meter) | |
woningen | 4,5 | 9 | |
overige gebouwen | 3 | 6 | |
pergola's en overkappingen | - | 3 | |
erf- of perceellafscheidingen op ten minste 1 meter achter de voorgevel(rooi)lijn | - | 2 | |
overige erf- en perceelafscheidingen | - | 1,2 | |
voorzieningen voor mestopslag | - | 1 | |
overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | - | 2,5 |
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd aanvullend op het bepaalde in artikel 29.2 nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en afmeting van bouwwerken, in verband met:
Het een ander met inachtneming van hetgeen in de Ruimtelijke kwaliteitsparagraaf is beschreven.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in artikel 29.2.2 en artikel 29.2.3 ten behoeve van:
Burgemeester en wethouders maken uitsluitend gebruik van de in artikel 29.4.1 genoemde afwijkingsmogelijkheid, indien en voor zover:
Parkeren is niet toegestaan in het voorerfgebied. In afwijking van deze regel mogen voertuigen wel worden geparkeerd op:
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Onder strijdig gebruik wordt niet verstaan het medegebruik van een woning (inclusief aan- en uitbouwen) of een daarbij behorend bijgebouw voor de uitoefening van een aan huis verbonden beroep of voor de beoefening van een activiteit op kunstzinnig-cultureel gebied (atelier), al dan niet in combinatie een galerie, met dien verstande dat:
Verkoop via internet bij de woning wordt geacht in overeenstemming te zijn met de woonbestemming en is toegestaan, mits:
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 29.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 29.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
Het is verboden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag, de tevens voor cultuurhistorische waarden bestemde bebouwing te slopen.
De voor 'Wonen - Gestapeld' aangewezen gronden zijn uitsluitend bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Wonen - Gestapeld' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Speeltoestellen | 5,0 meter |
Tuinmeubilair | 2,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Vrijstaande antenne-installaties, niet zijnde schotelantennes ten behoeve van mobiele telecommunicatie | 5,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Indien de oppervlakte, bouwhoogte en/of andere maten van bestaande rechtmatig gebouwde bijbehorende bouwwerken afwijken van het bepaalde in artikel 30.2.3, mogen de oppervlakte, bouwhoogte en/of andere maten van bijbehorende bouwwerken ten hoogste gelijk zijn aan de bestaande, afwijkende maten.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de artikel 30.2.2 en artikel 30.2.3 ten behoeve van het realiseren van een dakterras, mits er toepassing wordt gegeven aan de regels welke zijn opgenomen in de nota 'Het dak op!', beleidsnotitie met sneltoets criteria voor dakterrassen', overeenkomstig de bijlage Het dak op.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 30.2.3 ten behoeve van het realiseren van een afwijkende bouwhoogte, mits de bouwhoogte maximaal 6 meter bedraagt en deze verhoging niet onevenredig nadelig is voor de daglichttoetreding in aangrenzende woningen.
Een beroep aan huis bij de woning, of hiermee naar aard en omvang gelijk te stellen beroepen, wordt geacht in overeenstemming te zijn met de woonbestemming en is toegestaan, mits:
Voor detailhandel ondersteunende horeca gelden de volgende regels:
Parkeren is niet toegestaan in het voorerfgebied. In afwijking van deze regel mogen voertuigen wel worden geparkeerd op:
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Verkoop via internet bij de woning wordt geacht in overeenstemming te zijn met de woonbestemming en is toegestaan, mits:
Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 7.2 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt behoudens het bepaalde in de artikelen 46.3.1 en 47.2.1 in ieder geval gerekend het gebruik van een woning als meer dan één zelfstandige woning en indien dit gebruik is gestart nadat het bestemmingsplan 'Stedelijk' in ontwerp ter inzage is gelegd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 30.4.1 ten behoeve van het vergroten van het vloeroppervlak tot een maximum van 65 m², mits er geen sprake is van onevenredige verkeersaantrekkende werking en in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, ook ten behoeve van de uitbreiding.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 30.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 30.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
De voor 'Wonen - Grondgebonden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Wonen - Grondgebonden' uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van een erker aan de oorspronkelijke voorgevel van een hoofdgebouw gelden de volgende regels:
De maximale bouwhoogte voor het realiseren van een carport, uitsluitend ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding' [sba-car], bedraagt per perceel 3 meter.
Het realiseren van een fietsenberging in het voorerfgebied is alleen toegestaan indien:
Voor het realiseren van een fietsenberging gelden de volgende bouwregels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het voorerfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 1,0 meter |
Lantaarnpalen | 4,0 meter |
Pilasters/penanten en soortgelijke plaatselijke versieringen | 1,5 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 1,5 meter |
Bouwwerken, geen gebouw zijnde, in het achtererfgebied | Maximale bouwhoogte |
Erf- en perceelafscheidingen | 2,0 meter |
Antenne-installaties die op bouwwerken worden geplaatst, niet zijnde schotelantennes | 5,0 meter |
Lantaarnpalen | 6,0 meter |
Objecten voor beeldende kunst | 6,0 meter |
Schotelantennes | 3,0 meter |
Speeltoestellen | 5,0 meter |
Tuinmeubilair | 2,0 meter |
Vlaggenmasten | 6,0 meter |
Vrijstaande antenne-installaties, niet zijnde schotelantennes ten behoeve van mobiele telecommunicatie | 5,0 meter |
Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 3,0 meter |
Indien de oppervlakte, bouwhoogte en/of andere maten van bestaande rechtmatig gebouwde bijbehorende bouwwerken afwijken van het bepaalde in artikel 31.2.3, 31.2.4 en 31.2.5, mogen de oppervlakte, bouwhoogte en/of andere maten van bijbehorende bouwwerken ten hoogste gelijk zijn aan de bestaande, afwijkende maten.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de artikel 31.2.2 en artikel 31.2.3 ten behoeve van het realiseren van een dakterras, mits er toepassing wordt gegeven aan de regels welke zijn opgenomen in de nota 'Het dak op!', beleidsnotitie met sneltoets criteria voor dakterrassen', overeenkomstig de bijlage Het dak op.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 31.2.3 ten behoeve van het realiseren van een afwijkende bouwhoogte, mits de bouwhoogte maximaal 6 meter bedraagt en deze verhoging niet onevenredig nadelig is voor de daglichttoetreding in aangrenzende woningen.
Een beroep aan huis bij de woning, of hiermee naar aard en omvang gelijk te stellen beroepen, wordt geacht in overeenstemming te zijn met de woonbestemming en is toegestaan, mits:
Voor detailhandel ondersteunende horeca gelden de volgende regels:
Parkeren is niet toegestaan in het voorerfgebied. In afwijking van deze regel mogen voertuigen wel worden geparkeerd op:
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Verkoop via internet bij de woning wordt geacht in overeenstemming te zijn met de woonbestemming en is toegestaan, mits:
Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 7.2 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt behoudens het bepaalde in de artikelen 46.3.1 en 47.2.1 in ieder geval gerekend het gebruik van een woning als meer dan één zelfstandige woning en indien dit gebruik is gestart nadat het bestemmingsplan 'Stedelijk' in ontwerp ter inzage is gelegd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 31.4.1 ten behoeve van het vergroten van het vloeroppervlak tot een maximum van 65 m², mits er geen sprake is van onevenredige verkeersaantrekkende werking en in voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, ook ten behoeve van de uitbreiding.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 31.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 31.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
Het is verboden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag, de tevens voor cultuurhistorische waarden bestemde bebouwing te slopen.
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een ondergrondse hoge druk gastransportleiding (inclusief voorzieningen), met een belemmeringenstrook van 4,00 meter ter weerszijden van de hartlijn van de leiding.
Voor zover de in artikel 32.1.1 genoemde gronden tevens zijn aangewezen voor de daar voorkomende dubbelbestemming(en), zijn deze bestemmingen ten opzichte van elkaar nevengeschikt.
In geval van strijdigheid van bepalingen gaan de bepalingen van dit artikel vóór de bepalingen die op grond van andere artikelen op de desbetreffende gronden van toepassing zijn. Verder geldt voor zover de op de verbeelding weergegeven dubbelbestemmingen geheel of gedeeltelijk samenvallen, dat de dubbelbestemming 'Leiding - Gas' voorrang heeft op de overige dubbelbestemmingen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Leiding - Gas' uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van artikel 32.2.2 voor het bouwen overeenkomstig de andere daar voorkomende bestemming(en) indien de veiligheid van de betrokken leiding en energieleveringszekerheid niet wordt geschaad en vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder. Een omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien geen kwetsbare objecten worden toegelaten.
Tot een strijdig gebruik van gronden en/of bouwwerken met deze bestemming wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 47, in ieder geval gerekend:
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 32.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 32.5.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
Alvorens te beslissen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 32.5.1, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de beheerder(s) van de leiding(en) met de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen van de leiding(en) niet worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld om eventuele schade te voorkomen.
De voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de instandhouding en bescherming van een ondergrondse hoogspanningsverbinding met een belemmeringenstrook van 5,00 meter breed te weten 2,50 meter aan weerszijde van de hartlijn van de leiding.
Voor zover de in sublid 33.1.1 genoemde gronden tevens zijn aangewezen voor de daar voorkomende dubbelbestemming(en), zijn deze bestemmingen ten opzichte van elkaar nevengeschikt.
Voor zover de in sublid 33.1.1 genoemde gronden tevens zijn aangewezen voor (een) andere daar voorkomende bestemming(en), is daarbij het bepaalde in de regels behorende bij de desbetreffende bestemming(en) secundair van toepassing.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Leiding - Hoogspanning' uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 33.2.2 onder b, indien de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en het belang van de leiding(en) door de bouwactiviteiten niet wordt geschaad. Alvorens toepassing te geven aan deze afwijking dient schriftelijk advies te worden gevraagd aan de leidingbeheerder.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 33.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in artikel 33.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden:
Alvorens te beslissen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 33.4.1, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de beheerder(s) van de leiding(en) met de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen van de leiding(en) niet worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld om eventuele schade te voorkomen.
Artikel 37 Leiding - Hoogspanningsverbinding
De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor een bovengrondse hoogspanningsverbinding van ten hoogste 150 kV, met een belemmeringenstrook van 55,00 meter breed, te weten 27,50 meter aan weerszijde van de hartlijn.
Voor zover de in artikel 34.1.1 genoemde gronden tevens zijn aangewezen voor de daar voorkomende dubbelbestemming(en), zijn deze bestemmingen ten opzichte van elkaar nevengeschikt.
Voor zover de in artikel 34.1.1 genoemde gronden tevens zijn aangewezen voor (een) andere daar voorkomende bestemming(en), is daarbij het bepaalde in de regels behorende bij de desbetreffende bestemming(en) secundair van toepassing.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 34.2.2 onder b, indien de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en het belang van de leiding(en) door de bouwactiviteiten niet wordt geschaad. Alvorens toepassing te geven aan deze bepaling dient schriftelijk advies te worden gevraagd aan de leidingbeheerder.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 34.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in artikel 34.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden:
Alvorens te beslissen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 34.4.1, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de beheerder(s) van de leiding(en) met de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen van de leiding(en) niet worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld om eventuele schade te voorkomen.
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg en onderhoud van een ondergrondse riooltransportleiding met een belemmeringenstrook van 2,50 meter ter weerszijden van de hartlijn van de leiding.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Leiding - Riool' uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 35.2.2 onder b, indien de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en het belang van de leiding(en) door de bouwactiviteiten niet wordt geschaad. Alvorens toepassing te geven aan deze afwijking, dient schriftelijk advies te worden gevraagd aan de leidingbeheerder.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 35.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in artikel 35.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden:
Alvorens te beslissen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 35.4.1, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de beheerder(s) van de leiding(en) met de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen van de leiding(en) niet worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld om eventuele schade te voorkomen.
De voor 'Leiding - Water' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg en onderhoud van een ondergrondse watertransportleiding met een belemmeringenstrook van respectievelijk 5,00 meter (drinkwatertransportleidingen) en 9,00 meter (rivierwatertransportleidingen) ter weerszijden van de hartlijn van de leiding.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Leiding - Water' uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 36.2.2 onder b, indien de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en het belang van de leiding(en) door de bouwactiviteiten niet wordt geschaad. Alvorens toepassing te geven aan deze afwijking dient schriftelijk advies te worden gevraagd aan de leidingbeheerder.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 36.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in artikel 36.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden:
Alvorens te beslissen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 36.4.1, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de beheerder(s) van de leiding(en) met de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen van de leiding(en) niet worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld om eventuele schade te voorkomen.
De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), bestemd voor:
Ter plaatse van de in deze bestemming bedoelde gronden mag niet worden gebouwd, tenzij het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende bouwwerken:
Het bevoegd gezag kan middels de afgifte van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 37.2 indien:
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 37.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), bestemd voor de bescherming en het behoud van de op en/of in deze gronden voorkomende en te verwachten archeologische waarden.
Ter plaatse van de in deze bestemming bedoelde gronden mag niet worden gebouwd, tenzij het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende bouwwerken:
Het bevoegd gezag kan middels de afgifte van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 38.2 indien:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), bestemd voor de bescherming en het behoud van de op en/of in deze gronden voorkomende en te verwachten archeologische waarden.
Ter plaatse van de in deze bestemming bedoelde gronden mag niet worden gebouwd, tenzij het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende bouwwerken:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
De voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), bestemd voor de bescherming en het behoud van de op en/of in deze gronden voorkomende en te verwachten archeologische waarden.
Ter plaatse van de in deze bestemming bedoelde gronden mag niet worden gebouwd, tenzij het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende bouwwerken:
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 40.2 indien:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
De voor 'Waarde - Beschermd stads- en dorpsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en/of de versterking van de aanwezige historisch-ruimtelijke en/of cultuurhistorische waarden.
De volgende gebieden zijn door de Minister aangewezen als rijksbeschermd dorpsgezicht:
Op de gronden met deze bestemming gelden de volgende regels:
het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 41.2 sub a, indien:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd afwijking te verlenen van het bepaalde in artikel 41.2, sub f, indien het betrokken bouwplan geen onevenredige afbreuk doet aan en mede sterkt tot behoud en/of versterking van de aanwezige historische ruimtelijke - en/of cultuurhistorische waarden van het beschermd stads- en dorpsgezicht.
Burgemeester er wethouders zijn bevoegd afwijking te verlenen van het bepaalde in artikel 41.2 mits bij verbouw of vervanging van reeds bestaande beeldverstorende panden en bij nieuwbouw in verstoorde gebieden de aanwezige historisch-ruimtelijke en/of cultuurhistorische waarden behouden en/of versterkt worden.
Alvorens een afwijking als bedoeld in de leden 41.3.1, 41.3.2 en 41.3.3 te verlenen winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de gemeentelijke monumentencommissie, waarbij in ieder geval de volgende aspecten dienen te worden beoordeeld:
Tot gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend het gebruiken of laten gebruiken van gronden en/of bouwwerken op een wijze of tot een doel ten gevolge waarvan de aanwezige ruimtelijk-historische - en/of cultuurhistorische waarden onevenredig worden aangetast.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 41.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 41.5.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens omtrent een aanvraag omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te beslissen, winnen burgemeester en wethouders, indien nodig, advies in bij de met betrekking tot het betreffende terrein meest aangewezen instantie.
Het is verboden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag, de tevens voor cultuurhistorische waarden bestemde bebouwing te slopen.
De voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden en gebouwen zijn, behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en), bestemd voor het behoud en/of de versterking van de aanwezige historisch-ruimtelijke en/of cultuurhistorische waarden en/of waardevolle bebouwingselementen.
Met betrekking tot de gronden als bedoeld in artikel 42.1.1, geldt dat het realiseren van de krachtens dit plan op gronden in het plangebied gelegde bestemmingen niet mag leiden tot een onevenredige aantasting van de waardevolle landschaps- en bebouwingsstructuren en landschaps- en bebouwingselementen.
Op, dan wel in, deze gronden als bedoeld in artikel 42.1 mag niet worden gebouwd.
Het bevoegd gezag is bevoegd af te wijken van het bepaalde in artikel 42.2 voorzover een bouw- of inrichtingsplan geen onevenredige afbreuk doet aan, respectievelijk strekt tot, het behoud en/of de versterking van de historisch-ruimtelijke landschappelijke en/of cultuurhistorische waarden en/of elementen en/of bebouwingselementen.
Alvorens te beslissen omtrent het al dan niet afwijken van het gestelde in artikel 42.2 wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij een landschapsdeskundige en/of een deskundige op het gebied van cultuurhistorie.
Het bevoegd gezag is bevoegd af te wijken van het bepaalde in artikel 42.1 voorzover een beoogde wijze van gebruik geen onevenredige afbreuk doet aan, respectievelijk strekt tot, behoud en/of de versterking van de historisch-ruimtelijke landschappelijke en/of cultuurhistorische waarden en/of bebouwingselementen.
Alvorens te beslissen omtrent het al dan niet afwijken van het gestelde in artikel 42.1 wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij een landschapsdeskundige en/of een deskundige op het gebied van cultuurhistorie.
Tot gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend het gebruiken of laten gebruiken van gronden en/of bouwwerken op een wijze of tot een doel ten gevolge waarvan de aanwezige ruimtelijk-historische - en/of cultuurhistorische waarden en/of bebouwingselementen onevenredig worden aangetast.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 42.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 42.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
Alvorens te beslissen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 42.6.1, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de beheerder(s) van de waterloop met de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen van de waterloop niet worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld om eventuele schade te voorkomen.
Het is verboden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag, de tevens voor cultuurhistorische waarden bestemde bebouwing te slopen.
De voor 'Waarde - Cultuurhistorie Westbosch' aangewezen gronden en gebouwen zijn, behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en), bestemd voor het behoud en/of de versterking van de aanwezige historisch-ruimtelijke en/of cultuurhistorische waarden en/of waardevolle bebouwingselementen.
Met betrekking tot de gronden als bedoeld in artikel 43.1.1, geldt dat het realiseren van de krachtens dit plan op gronden in het plangebied gelegde bestemmingen niet mag leiden tot een onevenredige aantasting van de waardevolle landschaps- en bebouwingsstructuren en landschaps- en bebouwingselementen.
Op, dan wel in, deze gronden als bedoeld in artikel 43.1 is het verboden te bouwen.
Het bevoegd gezag is bevoegd af te wijken van het bepaalde in artikel 43.2 voorzover een bouw- of inrichtingsplan geen onevenredige afbreuk doet aan, respectievelijk strekt tot, het behoud en/of de versterking van de historisch-ruimtelijke landschappelijke en/of cultuurhistorische waarden en/of elementen en/of bebouwingselementen met inachtneming van artikel 43.3.2.
Voor het realiseren van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:
Alvorens te beslissen omtrent de aanvraag omgevingsvergunning zoals bedoeld in artikel 43.3.2 wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij een landschapsdeskundige en/of een deskundige op het gebied van cultuurhistorie.
Het bevoegd gezag is bevoegd af te wijken van het bepaalde in artikel 43.1 voorzover een beoogde wijze van gebruik geen onevenredige afbreuk doet aan, respectievelijk strekt tot, behoud en/of de versterking van de historisch-ruimtelijke landschappelijke en/of cultuurhistorische waarden en/of bebouwingselementen.
Alvorens te beslissen omtrent het al dan niet afwijken van het gestelde in artikel 43.1 wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij een landschapsdeskundige en/of een deskundige op het gebied van cultuurhistorie.
Tot gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend het gebruiken of laten gebruiken van gronden en/of bouwwerken op een wijze of tot een doel ten gevolge waarvan de aanwezige ruimtelijk-historische - en/of cultuurhistorische waarden en/of bebouwingselementen onevenredig worden aangetast.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 43.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 43.6.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
Alvorens te beslissen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 43.6.1, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de beheerder(s) van de waterloop met de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen van de waterloop niet worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld om eventuele schade te voorkomen.
Het is verboden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag, de tevens voor cultuurhistorische waarden bestemde bebouwing te slopen.
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de waterkering, met de daarbij behorende bouwwerken.
Op, dan wel in, deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming 'Waterstaat - Waterkering' uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 44.2 onder b, indien de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en het belang van de waterkering door de bouwactiviteiten niet wordt geschaad. Alvorens toepassing te geven aan deze afwijking dient schriftelijk advies te worden gevraagd aan de beheerder van de waterkering.
Het is verboden op of in de gronden als bedoeld in artikel 44.1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 44.4.1 opgenomen verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt slechts verleend indien en voor zover:
Alvorens te beslissen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 44.4.1, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de beheerder(s) van de waterkering met de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen van de waterkering niet worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld om eventuele schade te voorkomen.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
De bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen die meer bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven én niet in strijd zijn met het voorheen geldend plan, mogen als ten hoogste toelaatbaar worden aangehouden.
De bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen die minder bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven én niet in strijd zijn met het voorheen geldend plan, mogen als ten minste toelaatbaar worden aangehouden.
In geval van nieuwe ontwikkelingen binnen het plangebied dient de Nota Parkeernormen Leidschendam-Voorburg te worden gehanteerd. Uitgangspunt is dat parkeervoorzieningen op eigen terrein gerealiseerd dienen te worden.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 46.3.1 ten behoeve van het verbouwen van een woning tot twee of meer zelfstandige woningen.
Alvorens te beslissen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 46.3.2, toetst het bevoegd gezag de aanvraag aan:
Tot gebruik, strijdig met dit plan, wordt in ieder geval gerekend:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 47.2.1 onder de volgende voorwaarden:
Alvorens te beslissen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 47.2.2, toetst het bevoegd gezag de aanvraag aan:
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding pg og (parkeergarage ondergronds) is een ondergrondse parkeergarage toegestaan.
Tot gebruik in strijd met de aanduiding (pg) wordt in ieder geval gerekend: het in gebruik nemen van de ondergrondse parkeergarage, gesitueerd onder het pand Raadhuisstraat 2 in Voorburg, als bedoeld in lid 48.1, zonder te voldoen aan de volgende voorwaarden:
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding pg hv (overige zone - parkeergarage half verdiept) is een halfverdiepte parkeergarage toegestaan.
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding wb070 (overige zone - waterberging park 070) dient minimaal 25 m³ waterberging te worden gerealiseerd in de vorm van aantoonbaar en beheersbare klimaatadaptieve vasthoudmaatregelen. In overleg met het Hoogheemraadschap van Delfland wordt vastgesteld, op welke wijze vasthoudmaatregelen worden aangelegd.
In afwijking van het bepaalde in de overige bestemmingsregels mogen ter plaatse van de aanduiding 'Veiligheidszone - gasdrukmeet- en regelstation 1' geen beperkt kwetsbare objecten en kwetsbare objecten worden gebouwd.
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'Veiligheidszone - gasdrukmeet- en regelstation 1', wordt in ieder geval gerekend:
Het bevoegd gezag kunnen het plan wijzigen, in die zin dat aan de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Veiligheidszone - gasdrukmeet- en regelstation 1' de bestemming wordt ontnomen of gewijzigd, indien de inrichting ter plaatse is beëindigd of wordt gewijzigd.
In afwijking van het bepaalde in de overige bestemmingsregels mogen ter plaatse van de aanduiding 'Veiligheidszone - gasdrukmeet- en regelstation 2' geen kwetsbare objecten worden gebouwd.
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'Veiligheidszone - gasdrukmeet- en regelstation 2', wordt in ieder geval gerekend:
Het bevoegd gezag kunnen het plan wijzigen, in die zin dat aan de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Veiligheidszone - gasdrukmeet- en regelstation 2' de bestemming wordt ontnomen of gewijzigd, indien de inrichting ter plaatse is beëindigd of wordt gewijzigd.
In afwijking van het bepaalde in de ter plaatse voorkomende bestemming(en), zijn op of in de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - verkeerstunnel - beschermingszone 1' de volgende aanvullende voorwaarden van toepassing.
Voor het oprichten van gebouwen, en bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
In afwijking van het bepaalde in de ter plaatse voorkomende bestemming(en), zijn op of in de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - verkeerstunnel - beschermingszone 2' de volgende aanvullende voorwaarden van toepassing.
Voor het oprichten van gebouwen, en bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
Ter plaatse van de aanduiding 'Vrijwaringszone - molenbiotoop' zijn de gronden primair bestemd voor het beschermen van de functie van de in dit gebied voorkomende molen als werktuig en van zijn waarde als beeldbepalend element.
Daar waar een bestemming samenvalt met de aanduiding 'Vrijwaringszone - molenbiotoop' geldt primair het bepaalde van de aanduiding. De regels van de onderliggende bestemming(en) zijn uitsluitend van toepassing voorzover deze niet strijdig zijn met het bepaalde ten aanzien van de aanduiding.
Om de vrije windvang en het zicht op de molen veilig te stellen geldt, tenzij de vrije windvang en het zicht op de molen in de bestaande situatie al is beperkt, binnen de op de verbeelding als 'Vrijwaringszone - molenbiotoop' aangeduide gronden dat:
Ter plaatse van de aanduiding 'Vrijwaringszone - landgoedbiotoop' zijn de gronden primair bestemd voor het beschermen en/of versterken van de volgende kenmerken en waarden van de landgoedbiotoop:
Daar waar een bestemming samenvalt met de aanduiding 'Vrijwaringszone - landgoedbiotoop' geldt primair het bepaalde van de aanduiding. De regels van de onderliggende bestemming(en) zijn uitsluitend van toepassing indien en voorzover deze niet strijdig zijn met het bepaalde ten aanzien van de aanduiding.
Om de in artikel 48.9.1 bedoelde kenmerken en waarden van de landgoedbiotoop te beschermen geldt, tenzij deze kenmerken en waarden in de bestaande situatie al zijn aangetast, voor het bouwen op gronden die zijn voorzien van de aanduiding 'Vrijwaringszone - landgoedbiotoop' dat bouwwerken uitsluitend mogen worden opgericht indien en voor zover de belangen van het landgoed en/of de landgoedbiotoop zich daartegen niet verzetten.
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 1' aangewezen gronden, te wijzigen in de bestemmingen 'Groen', 'Verkeer - Verblijfsgebied', 'Water' en/of 'Wonen - Gestapeld' als bedoeld in de artikelen '15', '26', '27' en/of '30'.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Voor de toepassing van de in artikel 48.10 genoemde wijzigingsbevoegdheid gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 2' aangewezen gronden, te wijzigen in de bestemming 'Verkeer - Verblijfsgebied', als bedoeld in de artikel '26'.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Voor de toepassing van de in artikel 48.11 genoemde wijzigingsbevoegdheid gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 3' aangewezen gronden, te wijzigen in de bestemmingen 'Groen', 'Verkeer - Verblijfsgebied', 'Water' en/of 'Wonen - Gestapeld' als bedoeld in de artikelen '15', '26', '27' en/of '30'.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Voor de toepassing van de in artikel 48.12 genoemde wijzigingsbevoegdheid gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 4' aangewezen gronden, te wijzigen in de bestemmingen 'Groen', 'Verkeer - Verblijfsgebied', 'Water' en/of 'Wonen - Gestapeld' als bedoeld in de artikelen '15', '26', '27' en/of '30'.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Voor de toepassing van de in artikel 48.13 genoemde wijzigingsbevoegdheid gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 5' aangewezen gronden, te wijzigen in de bestemmingen 'Water' en/of 'Wonen - Grondgebonden' als bedoeld in de artikelen 27 en/of 31.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Voor de toepassing van de in artikel 48.14 genoemde wijzigingsbevoegdheid gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 6' aangewezen gronden, te wijzigen in de bestemmingen 'Groen', 'Maatschappelijk', 'Verkeer - Verblijfsgebied' en/of 'Water'.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Voor de toepassing van de in artikel 48.15 genoemde wijzigingsbevoegdheid gelden de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag is met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening bevoegd om ten behoeve van:
ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 7' aangewezen gronden de bestemming van de betreffende gronden te wijzigen:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Bij de toepassing van de in artikel 48.16.1 genoemde wijzigingsbevoegdheid neemt het bevoegd gezag de volgende voorwaarden in acht:
Het bevoegd gezag is met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening bevoegd om ter plaatse van de voor Wetgevingszone - wijzigingsgebied 8'' aangewezen gronden de bestemming van de betreffende gronden te wijzigen:
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Bij de toepassing van de in 48.17.1 genoemde wijzigingsbevoegdheid neemt het bevoegd gezag de volgende voorwaarden in acht:
de totale hoeveelheid oppervlaktewater in het gehele plangebied mag niet afnemen.
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 9' aangewezen gronden, te wijzigen in de bestemming 'Verkeer' als bedoeld in artikel '23' van dit plan.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 10' aangewezen gronden, te wijzigen in de bestemmingen ' Wonen - Gestapeld' en/of 'Wonen - Grondgebonden' als bedoeld in de artikelen '30' en/of '31' van dit plan.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Bij de toepassing van de in 48.19.1 genoemde wijzigingsbevoegdheid neemt het bevoegd gezag de volgende voorwaarden in acht:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 11' aangewezen gronden, te wijzigen in de bestemming 'Wonen - Grondgebonden' als bedoeld in de artikel '31' van dit plan.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Bij de toepassing van de in 48.20.1 genoemde wijzigingsbevoegdheid neemt het bevoegd gezag de volgende voorwaarden in acht:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 12' aangewezen gronden, te wijzigen in de bestemming 'Wonen - Grondgebonden' als bedoeld in de artikel '31' van dit plan.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Bij de toepassing van de in 48.21.1 genoemde wijzigingsbevoegdheid neemt het bevoegd gezag de volgende voorwaarden in acht:
De westelijk gesitueerde woning:
Voor de oostelijk gesitueerde woning zijn er twee mogelijkheden:
Aanvullend op de mogelijkheden voor de westelijke alsmede de oostelijk gesitueerde woningen gelden de volgende aanvulende voorwaarden:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 13' aangewezen gronden, te wijzigen in de bestemming 'Wonen - Grondgebonden' als bedoeld in de artikel '31' van dit plan.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Bij de toepassing van de in 48.22.1 genoemde wijzigingsbevoegdheid neemt het bevoegd gezag de volgende voorwaarden in acht:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 14' aangewezen gronden, te wijzigen in de bestemming 'Water' met de nadere aanduiding ligplaats voor een vaartuig als bedoeld in de artikel '27' van dit plan.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Bij de toepassing van de in 48.23.1 genoemde wijzigingsbevoegdheid neemt het bevoegd gezag de volgende voorwaarden in acht:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 15' aangewezen gronden, geheel of gedeeltelijk te wijzigen in de bestemming 'Wonen - Grondgebonden' als bedoeld in de artikel '31' van dit plan.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Bij de toepassing van de in 48.24.1 genoemde wijzigingsbevoegdheid neemt het bevoegd gezag de volgende voorwaarden in acht:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 16' aangewezen gronden, geheel of gedeeltelijk te wijzigen in de bestemming 'Wonen - Grondgebonden' als bedoeld in de artikel '31' van dit plan.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Bij de toepassing van de in 48.25.1 genoemde wijzigingsbevoegdheid neemt het bevoegd gezag de volgende voorwaarden in acht:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 17' aangewezen gronden, geheel of gedeeltelijk te wijzigen in de bestemming 'Wonen - Grondgebonden' als bedoeld in de artikel '31' van dit plan.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Bij de toepassing van de in 48.26.1 genoemde wijzigingsbevoegdheid neemt het bevoegd gezag de volgende voorwaarden in acht:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 18' aangewezen gronden, geheel of gedeeltelijk te wijzigen in de bestemming 'Wonen - Grondgebonden' als bedoeld in de artikel '31' van dit plan.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Bij de toepassing van de in 48.27.1 genoemde wijzigingsbevoegdheid neemt het bevoegd gezag de volgende voorwaarden in acht:
Het bevoegd gezag is bevoegd om, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming van de, ter plaatse van de voor 'Wetgevingszone - wijzigingsgebied 19' aangewezen gronden, geheel of gedeeltelijk te wijzigen in de bestemming 'Wonen - Grondgebonden' als bedoeld in de artikel '31' van dit plan.
De bij deze bestemming behorende bouw-, gebruiks- en overige regels zijn slechts van toepassing indien en voor zover deze niet in strijd zijn met de regels, behorende bij de dubbelbestemming(en) waarvoor deze gronden eveneens zijn aangewezen.
Bij de toepassing van de in 48.28.1 genoemde wijzigingsbevoegdheid neemt het bevoegd gezag de volgende voorwaarden in acht:
Het bevoegd gezag kan, indien en voor zover geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden alsmede de elders in dit plan beschreven ruimtelijke -, cultuurhistorische -, landschappelijke - en natuurwaarden, bevoegd af te wijken van:
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 49.1 wordt slechts verleend:
Het bevoegd gezag kan afwijken van de gebruiksregels van dit plan en toe te staan dat een bestaand bijbehorend bouwwerk / bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, indien en voor zover:
Het bevoegd gezag trekt de afwijking als bedoeld in artikel 49.2.1 in zodra de bestaande noodzaak vanuit oogpunt van het verlenen van mantelzorg niet langer aanwezig is.
Het bevoegd gezag kan het plan te wijzigen in die zin dat de situering en/of begrenzing van op de verbeelding aangegeven bouwvlakken en/of bestemmingsvlakken wordt gewijzigd indien:
De wijzigingsbevoegdheid als bedoeld in artikel 50.1 wordt niet toegepast voor het vergroten van de maximale omvang in m² bvo van artikel 28 toegestane functies en/of voorzieningen, wanneer daarmee sprake zou zijn van cumulatieve werking ten opzichte van het bepaalde in artikel 28.4.
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Het bevoegd gezag kan eenmalig afwijken van het bepaalde in artikel 51.1.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in artikel 51.1.1 met maximaal 10%.
Artikel 51.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in artikel 51.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in artikel 51.2.1, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
artikel 51.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Indien toepassing van het in 51.2 opgenomen overgangsrecht gebruik zou kunnen leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard voor één of meer natuurlijke personen, die op het tijdstip van de inwerkingtreding van dit plan grond en/of opstallen gebruikten in strijd met het voordien geldende bestemmingsplan, kan het bevoegd gezag met het oog op beëindiging op termijn van die met het bestemmingsplan strijdige situatie ten behoeve van die natuurlijke persoon of personen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 51.2 .
deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Stedelijk'