De voor water aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a aan- en afvoer van water;
b waterhuishouding;
c waterberging;
alsmede voor:
d oevers en kaden;
e groenvoorzieningen;
f overige bijbehorende voorzieningen;
met bijbehorende:
g bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals bruggen, duikers en oeverbeschoeiingen.
Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 6.1.1 omschreven bestemmingen en met inachtneming van de volgende bepalingen:
a Gebouwen zijn niet toegestaan.
b
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen
zijnde, mag ten hoogste