artikel 11        Verkeer

 11.1       Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Verkeer’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a      wegen en voet- en fietspaden ten behoeve van doorgaand en overig verkeer;

 

alsmede voor:

b      parkeervoorzieningen en andere openbare ruimten;
c      groenvoorzieningen;
d      kunstuitingen;
e      water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
f       nutsvoorzieningen;
g      overige bijbehorende voorzieningen;

 

met bijbehorende:

h      overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
 
De gronden binnen deze bestemming zijn tevens bestemd voor de doeleinden en bouwmogelijkheden die in artikel 14, 15 en 16 voor de betrokken bestemmingen zijn geregeld, inclusief de daarin opgenomen afwijkingsbevoegdheden en/of omgevingsvergunningvereisten.

 11.2       Bouwregels

Bouwen is uitsluitend toegestaan ten dienste van de in lid 11.1 omschreven doeleinden en met inachtneming van de volgende bepalingen:

a      gebouwen zijn niet toegestaan;
b      nutsvoorzieningen mogen worden gebouwd, met dien verstande dat:
1    de oppervlakte niet meer bedraagt dan 15 m˛;
2    de hoogte niet meer bedraagt dan 3 m;
c      de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag ten hoogste bedragen:

-      van verlichting ten behoeve van de autosnelweg        15 m;

-      van overige verlichting                                                               6 m;

-      van voorzieningen voor de verkeersgeleiding               10 m;

-      van kunstuitingen                                                                      12 m;

-      van overige bouwwerken, geen gebouw zijnde             2 m.